Mediawet: Dekker moet beloften op papier zetten

UPDATE De Eerste Kamer neemt geen genoegen met enkel beloften van staatssecretaris Dekker dat hij de Mediawet op punten aanpast. De Senaat wil dat alle toezeggingen schriftelijk worden vastgelegd; dan praat de Eerste Kamer verder en volgt een definitieve stemming.
Er werd gisteravond opnieuw over de nieuwe Mediawet gesproken. Een van de belangrijkste punten uit de voorstellen is het voorstel om externe productiehuizen makkelijker toegang tot het bestel te geven. Die optie is na bezwaren van omroepen verwaterd: omroepen blijven als co-producent een belangrijke stem houden, tot teleurstelling van producenten.
Regionale omroepen hebben ook problemen met de nieuwe wet, die meer macht naar de NPO overhevelt. De regionale omroepen vrezen marginalisatie en aantasting van de autonomie. Dekker kondigde aan de wijzigingen bij de regionale en publieke omroep te willen scheiden.
Dekker wil verdere vertraging besparen, aangezien bepaalde reorganisaties en bezuinigingsopdrachten van regionale omroepen al per 1 januari 2017 van start gaan. De bezuiniging van 17 miljoen is bovendien al ingeboekt en regionale omroepen zijn al met voorbereidingen bezig.
Het opknippen van de materie moet verdere vertraging in het proces (onder meer de vorming van een Regionale Publieke Omroep) voorkomen. Dekker beloofde met aanvullende wetgeving te komen om de eisen en wensen te verwerken. Regionale omroepen hebben herhaaldelijk aangegeven dat 1 januari volstrekt onhaalbaar is als ingangsdatum.
Over de toegenomen macht bij de NPO maakten omroepen en de Eerste Kamer zich ook druk: het grote aantal VVD’ ers op belangrijke plekken brengt de schijn van vriendjespolitiek, vonden sommige partijen. Dekker hield wat betreft een recente benoeming van de voorzitter van de Raad van Toezicht voet bij stuk.
De toezeggingen die Dekker onder druk van de Eerste Kamer heeft gedaan, moeten nu in een aanvullende wet worden vastgelegd. Pas als die beloften zwart-op-wit zijn gedaan, bespreekt de Eerste Kamer de Mediawet verder, aldus de NOS. Deze brief moet uiterlijk vrijdag 4 maart aan de Eerste Kamer zijn gestuurd.
Op basis van de brief wordt een besluit genomen over het verdere verloop van de behandeling van het wetsvoorstel. Het is daarmee nog onzeker of het volgende week daadwerkelijk tot een stemming komt.
Praat mee