Kabinet: publieke omroep grotendeels reclamevrij
De Nederlandse Publieke Omroep (NPO) wordt voor een belangrijk deel reclamevrij, de programmering dient meer naar online te verschuiven en er moet meer samenwerking komen. Dit zijn de belangrijkste punten uit het plan van minister Slob om de publieke omroep meer toekomstbestendig te maken. De ministerraad heeft hier mee ingestemd.
Volgens Frank Volmer, algemeen directeur van Ster, kloppen de berekeningen niet en het voornemen om reclame op de publieke omroep voor acht uur ‘s avonds te verbieden zal volgens hem veel meer kosten dan waar het kabinet van uitgaat, maar ondanks alle recente kritiek zet Slob die plannen door. Het kabinet is van mening dat het de NPO meer financiële stabiliteit kan bieden door de afhankelijkheid van reclame af te bouwen. Ook omdat de verwachting is dat deze neergaande tendens de komende jaren doorzet. Televisiereclame wordt alleen toegestaan na 20.00 uur en er zal niet langer online reclame worden gemaakt.
Daarnaast wil het kabinet dat lokale, regionale en landelijke omroepen elkaar beter gaan versterken. Het derde net wordt op termijn een platform voor regionale omroepen: NPO Regio. De wet zal worden aangepast zodat regionale omroepen toestemming krijgen hun regionale aanbod mede te ontwikkelen voor of beschikbaar te stellen aan de landelijke publieke omroep.
Ook wil het kabinet meer samenwerking tussen Nederlandse mediapartijen om Nederlandse content gezamenlijk aan te bieden. Over het vergemakkelijken en stimuleren van deze en andere publiek-private samenwerkingen worden nadere afspraken gemaakt.
De organisatie via omroepen blijft de wijze waarop het bestel in de basis invulling geeft aan diversiteit, de zogeheten externe pluriformiteit. Dit systeem wordt wel gemoderniseerd. Het aantal leden dat nodig is voor een licentie gaat naar beneden, maar omroepen zullen beter moeten laten zien hoe ze vanuit hun identiteit invulling aan pluriformiteit geven. Zo blijft het volgens Slob een open systeem met kansen voor nieuwe omroepen.
De verplichting om programmering te verzorgen voor een verplicht aantal landelijke tv- en radiozenders vervalt. Ook kunnen omroepen kiezen om naast het merk NPO hun eigen merk of die van programmatitels te gebruiken. Via eigen kanalen en platforms, maar ook via kanalen en platforms van derden.
Het kabinet constateert verder dat de beloning van topfunctionarissen en presentatoren een voortdurende bron is van discussie en toenemende irritatie. Om hier een einde aan te maken zal het kabinet met de NPO spreken over verdere afbouw van het aantal medewerkers boven de gestelde maxima en over hoe om te gaan met constructies waarbij presentatoren zich laten inhuren via een bedrijf. Een inrichting van de bestuurlijke organisatie en beloningsgebouw die passend zijn bij de omvang van de organisatie worden zwaar gewogen bij het verlenen van concessies.
Lees ook:
Herijking rol NPO op reclamemarkt stap in goede richting (7 juni 2019)
Praat mee