Zijn wij niet allen ‘strijders’?
Een lezer van NOS.nl heeft geklaagd dat het gebruik van het woord ‘strijder’ voor de leden van groepen als Boko Haram en IS ‘te neutraal’ is. De ombudsvrouw van de NOS laat weten dat ‘strijder’ een neutrale term is en dat ze die zullen blijven gebruiken.
De terminologie rondom ‘strijders’ is iets dat me al jaren bezighoudt. Hoe neutraal kun je zijn? Als twee partijen knokken vinden ze beiden dat ze zelf ‘goed’ zijn en de ander ‘slecht’ en als journalist zou je in principe beide mogelijkheden moeten openhouden en dus berichten in neutrale termen.
Maar zo gaat het in de praktijk niet. De ene beweging, bijvoorbeeld Boko Haram, wordt vaak aangeduid als ‘terroristische organisatie’, de ander, bijvoorbeeld de FARC, als ‘verzetsgroep’.
Gaat een ‘verzetsgroep’ iets te enthousiast aan de slag met het vermoorden van soldaten, boeren en burgers, dan schuiven ze op naar ‘terreurbeweging’. Maar in sommige media blijven het dan toch separatisten, oppositiestrijders, rebellen of radicalen. Islamieten worden iets sneller jihadi’s, islamisten, terroristen of extremisten.
Maar in andere gevallen, of in andere ogen, gaat het om vrijheidsstrijders, een onafhankelijkheidsbeweging, paramilitairen, geheime strijdcommando’s, buitenlandse provocateurs, ultra-linkse of ultra-rechtse geweldgroepen, een democratische verzetsbeweging, volksoproer, anti-dictatoriale strijders en wat je verder maar kunt bedenken.
De journalistiek worstelt daarmee, want taal is niet neutraal. Als de Taliban tegen de Russen vechten zijn het vrijheidsstrijders die door de VS worden gesteund. Vechten ze wat jaartjes later tegen de VS dan zijn het terroristen. Kijk naar de verschillende aanduidingen die in de loop van decennia zijn gebruikt voor bewegingen als de FARC, de ETA, de IRA, de RAF, het ANC, Al-Nusra, Het Lichtend Pad en ga zo maar door: oorlog wordt niet meer door staten onderling gevoerd, maar door losse groepen die er zo hun eigen idealen, normen en waarden op na houden. En vanuit onze eigen idealen, normen en waarden plakken we daar een niet-waardenvrij etiket op.
Iemand gooit een bom op een markt. Bom ontploft. Dertig doden. Dat is de meest neutrale variant. Maar in de praktijk van de berichtgeving maakt het wel degelijk uit of de bommenlegger een IS-strijder (?) is en de markt de Albert Cuyp (terrorisme), of dat het gaat om een zwaar onderdrukte Tibetaan en een markt in Beijing (verzet, onafhankelijkheid), of een straaljager van de VS of Nederland en een markt in Ar-Raqqah. In dat laatste geval is het meestal een ‘tragische vergissing van de Westerse coalitie’.
Er is vandaag de dag geen gebrek aan ‘strijders’ van allerlei pluimage. Het lijkt me heel grappig als ze bij de NOS eens een lange lijst zouden maken van alle ‘strijders’ in alle landen, en die dan na een uitvoerige discussie voorzien van het ‘juiste’ etiket. Lijkt me onbegonnen werk. Uiteindelijk zijn wij allen ‘strijders’. Het is een rommelige wereld waarin we leven.
Ben Rogmans was journalist.
Praat mee
1 reactie
J.C. Roodenburg, 18 februari 2016, 14:58
Elke journalist is in principe een strijder. Maar ook daarin kunnen de kwaliteiten en het doel behoorlijk verschillen.