Trouw ‘deels onzorgvuldig’ in metoo-claim Brandt Corstius

Hoewel Brandt Corstius in het verhaal stelde zijn belager om juridische redenen niet te kunnen noemen, voelde televisie-producent Gijs van Dam zich door de opgevoerde context genoodzaakt publiekelijk op de aantijgingen te reageren. Een onverkwikkelijke, in de media uitgevochten strijd was het gevolg.

De Raad is het met klager Van Dam oneens dat een gemiddelde lezer hem op basis van het verhaal zou kunnen identificeren. De opzet van het artikel Ik ook. Maar ik kan het niet vertellen is volgens de Raad voldoende duidelijk: een visie gebaseerd op persoonlijke ervaringen van Brandt Corstius. “Feitelijke verslaglegging staat niet voorop”, aldus de Raad.

Wel is Trouw volgens de Raad journalistiek onzorgvuldig geweest door de beschuldigingen in het verhaal in de redactionele inleiding als feit te presenteren en de beschuldigingen “tot de hare te maken”. Trouw had meer rekening moeten houden met de gevoeligheid van het onderwerp. Bovendien ontkende Van Dam de beschuldigingen van Brandt Corstius voorafgaand aan publicatie.

In een reactie voor publicatie stelde Van Dam dat van verkrachting geen sprake was geweest. De seks was volgens hem vrijwillig en wederzijds. Daags voor het stuk van Brandt Corstius werd gepubliceerd, heeft Van Dam via zijn advocaten de beschuldigingen nog eens ontkend. Die ontkenning is niet in het definitieve verhaal verwerkt.

“De krant [had] in haar inleiding terughoudender behoren te zijn. Zij heeft dit ten onrechte nagelaten”, luidt het oordeel. Meer bij de Raad voor de Journalistiek

Trouw snapt dit kritiekpunt en is verder tevreden met deze uitspraak, meldt de hoofdredactie op de website van Trouw.  “We hebben met het plaatsen van de brief een breder element in de #MeToo-discussie willen aankaarten, namelijk de juridische moeilijkheden die slachtoffers kunnen ondervinden als ze met hun verhaal naar buiten willen”, aldus hoofdredacteur Cees van der Laan. “Het ging ons niet om dit ene geval van mogelijk misbruik zelf. Uit de reacties van lezers hebben we daarna ook gemerkt dat dit probleem bij veel vermoedelijke slachtoffers speelt.”