word studentlid

— vrijdag 24 mei 2013, 09:28 | 0 reacties, praat mee

Op zoek naar de punt achter het verhaal

Op zoek naar de punt achter het verhaal
© Maaike Putman

33 jaar geleden verliet Rudie Kagie spoorslags Suriname na een nachtelijk verhoor in de Memre Buku Kazerne waar hij werd ondervraagd omdat hij had geïnformeerd naar de dood van oud-militair Fred Ormskerk. De zaak liet hem nooit los en vorig jaar schreef hij er het boek ‘bikkel’ over. onlangs was hij in Paramaribo om het boek te promoten.

Laatste wijziging: 10 maart 2015, 15:52

Presentator Gerald Vliet van het Surinaamse radiostation ABC stelt de vraag met een lachje dat van alles kan betekenen: ‘Bent u niet bang om dit boek in het hol van de leeuw te komen presenteren?’ Ik mag in zijn ochtendprogramma Aktueel vertellen over mijn semi-autobiografische boek ‘Bikkel. Het verhaal van de eerste politieke moord van het Bouterse-regime’.

‘Bang? Waar zou ik bang voor moeten zijn?’, vraag ik. De presentator schatert alsof hem een goede mop tere ore kwam en gebaart naar de technicus. Muziek!

Anderhalf uur later zit ik in de studio van de radio- en televisiezender Apintie. De eminente journaliste Willy Alberga zal eerst een gesprekje van zeven minuten voor de televisierubriek ‘In de branding’ met me opnemen, daarna praten we een uur voor het radioprogramma ‘Niet zomaar een gesprek’. ‘Bent u niet bang?’, valt zij met de deur in huis. ‘Mevrouw’, zeg ik, ‘overmorgen vlieg ik terug naar Nederland. U blijft hier en u bent zo moedig om dit gesprek uit te zenden.’ Na afloop van de opname stroopt Willy Alberga (1947) de rechterbroekspijp op en toont het letsel dat ze overhield aan schoten die vermoedelijk uit de hoek van Bouta’s NDP in haar richting werden gelost. Ze werd veelvuldig bedreigd en tegengewerkt, maar toch zet ze door, conform het motto van H.M. van Randwijk: ‘Een volk dat voor tirannen zwicht zal meer dan lijf en goed verliezen.’ Het onderhoud zal op vrijdag 3 mei worden uitgezonden. Dat is – noem het toeval – de Internationale Dag van de Persvrijheid.

Voor een journalist in de broze democratie Suriname is het om meer dan één reden praktisch onmogelijk om een boek als ‘Bikkel’ te schrijven. Het is makkelijk praten (en schrijven) in een West-Europees land waar geen sanctie op het vrije woord staat. Bovendien steekt de journalistieke infrastructuur in Suriname pover af bij die in Nederland. Zo nam ik voor het schrijven van dit boek een sabbatical van drie maanden, ik kreeg geld van het Fonds voor Bijzondere Projecten en met een beroep op de WOB kon ik bij Buitenlandse Zaken niet eerder gepubliceerde archiefstukken inzien – emolumenten die voor de schrijvende pers niet zijn weggelegd. De Koninklijke Bibliotheek heeft jaargangen van Surinaamse dagbladen op microfiche, terwijl die kranten in het land van herkomst worden bewaard in vergeelde leggers die als gevolg van de tropische vochtigheid zowat onder je vingers verpulveren. Geen wonder dat het in Suriname soms irriteert als een Nederlandse auteur weer eens een doorwrochte publicatie over het land komt presenteren – alsof een ‘bakra’ gekwalificeerder zou zijn om de waarheid over de voormalige kolonie te boekstaven dan een ‘kondreman’. Als het verhaal van ‘Bikkel’ niet ook mijn verhaal was geweest, zou mijn bescheiden promotour in Paramaribo zijn mislukt, al verliepen de contacten ook nu vaak moeizaam. ‘We worden een beetje moe van al die Hollandse schrijvers die met een opgeheven vingertje komen zeggen wat we fout doen’, zegt boekhandelaar Frits Terborg. In de tien jaar dat hij in Nederland woonde kreeg hij ‘de schurft aan de betweterige arrogantie van de Hollanders’.

Vanaf mijn 30ste wist ik dat ik dit boek ooit zou schrijven. Het zou me verbazen als niet veel journalisten hetzelfde hebben als waar ik mezelf steeds vaker op betrap: je vastbijten in een onderwerp dat meestal vanwege een persoonlijke ervaring bovenmatig fascineert, pas loslaten nadat de details grondig zijn uitgezocht en daar dan de nodige conclusies aan verbinden. De komma aan het eind van de zin moet een punt worden.

De behoefte om een onvoltooid verleden af te sluiten heeft in mijn geval te maken met de paar fantastische maanden die ik in de oertijd van mijn toenmalige freelance-praktijk in de West beleefde. Eind 1979 bracht ik beroepshalve mijn eerste bezoek aan de voormalige kolonie. Bij mijn vertrek nam ik me voor om zo gauw mogelijk terug te keren; het dagblad de Ware Tijd had me een baan aangeboden als verslaggever. Dit perspectief veranderde plotseling toen op maandagochtend 25 februari 1980 zestien muitende sergeanten onder leiding van Desi Bouterse een geslaagde greep naar de macht deden. Binnen een week reisde ik opnieuw af naar Suriname; het ticket had ik al. Nu het land vanwege de coup opeens in de belangstelling stond, kwam er onverwacht veel werk op me af. Ik ging met een contract aan de slag als correspondent voor NRC Handelsblad. De Wereldomroep zond drie ‘bulletins’ per dag uit naar Suriname, maar had destijds geen eigen man ter plekke, dus daar kon ik meteen aan de slag. Zeven dagen per week brandde tot diep in de nacht een peertje aan het plafond in mijn voorname bovenwoning aan de Gravenstraat. Daar zat-ie dan, Kuifje in de tropen, met een rooie kop van de zon en trots als een aap volcontinue te ratelen op zijn schrijfmachine. Aan de euforie kwam een einde toen ik in de vroege ochtend van zondag 4 mei 1980 om haf 2 uit mijn bed werd gebeld door sergeant Joeman. Dit NMR-lid wilde van ‘gedachten wisselen’ over een vraag die ik had gesteld over het lot van Fred Ormskerk, een Surinaamse oud-adjudant met de Nederlandse nationaliteit en de bijnaam Bikkel, die zou zijn opgepakt wegens het smeden van een tegencoup. Ik had bij geruchte vernomen dat Ormskerk was bezweken aan een hardhandig verhoor. Daar wilde Joeman dus over met me praten. ‘Wanneer?’, vroeg ik slaperig. ‘Nú!’, antwoordde Joeman. ‘Er is een jeep onderweg.’

Het nachtelijke onderhoud in de Memre Buku Kazerne dat volgde, staat me drieëndertig jaar later nog scherp voor de geest. Het was grof, agressief en intimiderend. Toen ik de volgende middag om twaalf uur werd vrijgelaten, bond Bouterse me op het hart niets over de zaak Ormskerk te publiceren. Op het schenden van een staatsgeheim staat de kogel, waarschuwde de huidige president toen. Een paar uur later zat ik in het vliegtuig, terug naar Nederland, hevig teleurgesteld in de NMR waar ik altijd zo welwillend over had bericht.

Wat was er waar van de verhalen over het tweehonderdvijftig man sterke huurlingenleger waarmee de excentrieke Ormskerk het land zou hebben willen binnenvallen? Waarom moest hij dood? Waarom werd ik ’s nachts opgepakt?

Vorig jaar besloot ik – toegegeven, rijkelijk laat, maar niet té laat – op zoek te gaan naar de antwoorden op de vragen die me al zo lang bezig hielden. Ik ontdekte dat Ormskerk een eenzame dood in de kazerne stierf. Vier militairen die hij ooit had opgeleid, knuppelden op hem in tot hij niet meer bewoog. Vanaf dat moment was er een lijk, maar geen bijbehorend verhaal. Koortsachtig werd de smoes uitgewerkt dat het slachtoffer op het punt zou hebben gestaan om een staatsgreep te plegen. Mijn vraag naar de toedracht kwam op een moment waarop de leugens nog niet rijp waren voor publicatie.

‘Dit is jullie land’, zeg ik tegen het publiek dat in een vol zaaltje te Paramaribo de Surinaamse presentatie van ‘Bikkel’ bijwoont. ‘De zwarte bladzijden uit de geschiedenis zijn het leerzaamst. Jullie president Bouterse vindt dat we het verleden moeten laten rusten, maar ik denk dat een land zonder geschiedenis geen toekomst heeft.’

Terug in het vliegtuig naar Nederland bedenk ik dat ik mijn bijdrage aan de geschiedschrijving misschien onbewust als cadeautje aan de Surinaamse samenleving is bedoeld. Ik ben het land veel verschuldigd. In het revolutiejaar 1980 begon ik te snappen waar het om draait in dit prachtvak.

Bekijk meer van

Persoonlijk

Tip de redactie

Logo Publeaks Wil je Villamedia tippen, maar is dat te gevoelig voor een gewone mail? Villamedia is aangesloten bij Publeaks, het platform waarmee je veilig en volledig anoniem materiaal met de redactie kunt delen: publeaks.nl/villamedia

Praat mee

Colofon

Villamedia is een uitgave van Villamedia Uitgeverij BV

Uitgever

Dolf Rogmans

Postadres

Villamedia Uitgeverij BV
Postbus 75997
1070 AZ Amsterdam

Bezoekadres

Johannes Vermeerstraat 22
1071 DR Amsterdam

Factuurgegevens

Villamedia Uitgeverij BV
Johannes Vermeerstraat 22
1071 DR Amsterdam

Contact

redactie@villamedia.nl

Redactie (tips?)

Chris Helt, hoofdredacteur

Marjolein Slats, adjunct-hoofdredacteur

Linda Nab, redacteur

Lars Pasveer, redacteur

Trudy Brandenburg-Van de Ven, redacteur

Rutger de Quay, redacteur

Sales

Sofia van Wijk

Emiel Smit

Teddy van der Laan

Webbeheer

Marc Willemsen

Vacatures & advertenties

vacatures@villamedia.nl

Bereik

Villamedia trekt maandelijks gemiddeld 120.000 unieke bezoekers. De bezoekers genereren momenteel zo’n 800.000 pageviews.

Rechten

Villamedia heeft zich ingespannen om alle rechthebbenden van beelden en teksten te achterhalen. Meen je rechten te kunnen doen gelden, dan kun je je bij ons melden.