Hyderabad: we can?
WEBLOG Het moet anders met ons beroep, onze krant, ons bedrijf. Zoveel is duidelijk na een week Hyderabad. De laatste dag van het WAN-IFRA congres in India begint met veel woorden cijfers en tabellen van Marieke van der Donk, PricewaterhouseCoopers. Het duizelt ons van de getallen. Veel stof tot nadenken. Dat krijgen we ook –maar dan heel anders– in een vlammend betoog van Juan Senor, media-onderzoeker.
Wat voor zin heeft het om 36 uur na de dood van Michael Jackson de krant te openen met: “King of pop is dood”. Tenzij je lezers in een grot leven, hebben ze dat allang gehoord. Op de radio, via internet, of op straat. Wat voor zin heeft het om als zoveelste krant op rij te koppen met “Obama: Yes we can.” Het is de lezer al lang duidelijk dat dit Obama’s leus is in de campagne.
En zo gaan grote namen als The New York Times, The Washington Post en The Guardian over het scherm in de zaal waarin zeker 600 mensen van kranten over de hele wereld geboeid naar Senor luisteren.
Alleen de Amerikaanse krant ”The Daily Dish” deed het volgens hem goed bij het verscheiden van Jackson: ”Michael Jackson died 20 years ago”. De journalist schreef een analyse over Jacksons ondergang, de afgelopen decennia.
Senor kan zijn verhaal ook onderbouwen. Zijn bedrijf, de Innovation International Media Consulting Group, heeft in alle werelddelen duizenden mensen gevraagd wat voor dagblad ze graag zouden lezen.
Een digitale krant? Ja, ook daar heeft Senor in gedachten een grote toekomst voor. Maar maak die vooral totaal anders dan de papieren versie, zegt hij tegen zijn gehoor in Hyderabad. Meld daar, bijvoorbeeld, onmiddellijk dat Michael Jackson is overleden.
Aan het einde van de dag, terug in ons hotel, lezen we The Times of India. Ze doen het goed, zou Senor zeggen. Niet: “India herdenkt slachtoffers Bhopal”, maar ”25 years of shame”; dat is de vp-opening.
What do we do about Google? Dat is het thema deze middag. Kees Spaan, voorzitter van de sessie begint zijn inleiding met een gemeend dankwoord aan David Drummond, vice-president van Google voor zijn bereidheid om in het hol van de leeuw te komen spreken.
Drummond, op zijn beurt, opent zijn speech met: “Alsjeblieft, niet schieten, ik ben niet gewapend en kom in vrede”. De sympathieke Amerikaan vraagt ons na te denken over de vraag waarom we eigenlijk zo boos zijn op Google.
“Feitelijk zijn we niet anders dan een krantenkiosk; we geven de gebruiker mogelijkheid te kiezen voor nieuws en informatie. We sturen miljoenen mensen per dag naar jullie sites”. Wat to do about Google? Het antwoord is volgens Drummond eenvoudigweg: samenwerken. Klinkt goed.
WAN-IFRA directeur Gavin O’Reilly stelt daar tegenover dat dit allemaal heel goed is, zeer welkom, maar nog steeds wordt copyright volop geschonden, iedere dag opnieuw op internet. Daar moet wat aan veranderen. We zijn niet afhankelijk van de bereidheid van Google om te helpen, we zijn zelf prima in staat onze businessmodellen te maken en te beschermen waar we zo goed in zijn; content leveren. Dat ferme zelfvertrouwen klinkt ook goed.
En wij? Kunnen we veranderen? De sprekers hier op dit congres zijn het erover eens. Yes, we can. Sterker nog: Yes, we will.
Jan Reijnoudt werkt voor de digitale media van het Reformatorisch Dagblad en bezoekt deze week de WAN-IFRA in India. Voor Villamedia houdt hij een weblog bij. Met bijdrage van Herman Weessies.
Dit is de laatste aflevering van het weblog Hyderabad. Eerdere afleveringen:
* Hot in Hyderabad: mobiel
* Hyderabad: internet zwart gat
* Hyderabad: over kosten gesproken
.
Praat mee