Aanhalingstekens
‘Boonen cocaïnedealer’, stond in grootst beschikbare punt op de voorpagina van een Vlaamse populaire krant. De Boonen in kwestie luistert naar de voornaam Tom, en is Vlaanderens beste wielrenner.
Een vriend van hem zou tijdens een ondervraging bij de politie Boonen als zijn cocaïneleverancier hebben aangeduid – wat die vriend inmiddels in alle toonaarden ontkent – en het Openbaar Ministerie vond het daarom ook onmiddellijk nodig om een huiszoeking bij de wielrenner én zijn ouders te verrichten. Je kan niet zeker genoeg zijn.
Inmiddels is het dossier vederlicht, zoniet onbestaande gebleken. Er is niets gevonden, er bestaat geen enkele aanwijzing, zelfs geen vermoeden dat de wielrenner zich met drugs inlaat. Hijzelf kon op het hele mediastormpje moeilijk reageren, hij was kilometers aan het afmalen in het verre Quatar, en kon enkel via internet de karaktermoord op zijn persoontje volgen.
Ooit, toen er nog ernstige journalistiek bedreven werd, zou het verhaal in zijn ware proporties zijn gebracht, met respect voor het vermoeden van onschuld, zeker wanneer er zo weinig in het dossier zat.
Vandaag, in een welhaast criminele samenzwering tussen mediageile en overijverige magistraten-speurders en door sensatieprimeurs geobsedeerd journaille, wordt probleemloos iemand aan de publieke schandpaal genageld.
Er is tussen bepaalde gerechtelijke verslaggevers en het gerecht een soort collusie ontstaan. Ik bezorg jou wat leuke primeurs en verhalen, jij schrijft wat een geweldige speurder ik ben. Het ons-kent-ons heeft de kritische journalistiek vervangen, ieder besef van een paar nochtans fundamentele basisregels van de rechtstaat afgebot.
Nieuws en de ontkenning ervan? Dat zijn dan twee verhalen, wordt op een aantal redacties gedacht. En dus gooit men zonder enige rem de reputatie op de voorpagina te grabbel.
Tussen aanhalingstekens, dat wel. Wanneer Boonen ons ooit terecht zou vervolgen, dan kunnen we nog altijd zeggen dat we alleen maar gerechtelijke anonieme bronnen citeerden, en dat wij nooit zelf die beschuldiging gemaakt hebben.
Supersnelle journalistiek, ongecontroleerd, ongefundeerd, bovendien laf en hypocriet. Zouden die jongens zelf aan de coke zitten, vraag je je af.
Praat mee