— donderdag 4 september 2014, 11:29 | 0 reacties, praat mee

Veelzijdig observator op een rampplek

1–11
© Pierre Crom
Een pro Russische rebel houdt een teddybeer omhoog van een slachtoffer van de crash met de MH17. 18-07-2014. Copyright Pierre Crom - © Pierre Crom
Nederlandse forensische experts en leden van de OVSE tonen hun respect aan de slachtoffers van de crash met de MH17 op het treinstation van Torez. 21-07-2014. Copyright Pierre Crom - © Pierre Crom
Stewa (rechts), de oudste zoon van Biserka (links) reageert nadat hij vijf dagen gevangen heeft gezeten. 27-05-2014. Copyright Pierre Crom - © Pierre Crom
Olga Kulygina, een geheim agent van de Russische veiligheidsdienst, patrouilleert met haar Kalasjnikov door de straten van Slavjansk. 02-05-2014. Copyright Pierre Crom - © Pierre Crom
Een Oekraïense officier onderhandelt met Russische officieren. Russische soldaten, die niet als zodanig herkenbaar zijn, houden de wacht. 20-03-2014. Copyright Pierre Crom - © Pierre Crom
Inwoners van Caïro passeren een roadblock bij het Tahir-plein. 16-12-2013. Copyright Pierre Crom - © Pierre Crom
Een mobiele eenheid bestormt het Gezi Park in Istanboel met waterkanonnen, traangas en rubberen kogels. 15-06-2013. Copyright Pierre Crom - © Pierre Crom
Zo'n 10.000 Roma's wonen in slechte omstandigheden in de voorsteden rond Parijs. 27-05-2013. Copyright Pierre Crom - © Pierre Crom
Op straat in Gemmayzeh, Beiroet. 14-05-2008. Copyright Pierre Crom - © Pierre Crom
Een Palestijnse soldaat bewaakt het verwoestte Muqata, twee dagen na de begrafenis van Yasser Arafat. 15-11-2004. Copyright Pierre Crom - © Pierre Crom

De Zilveren Camera 2014 is gewonnen door fotojournalist Pierre Crom. Vorig jaar september sprak Villamedia met de enige Nederlands sprekende fotojournalist die direct ter plekke was op de MH17-rampplek. Hij deed verslag in beeld, stem en geschreven woord. De ramp was te groot voor één journalist. Maar hij moest het doen: ‘Naasten van slachtoffers willen weten: hoe ziet de plek eruit?’ Laatste wijziging: 27 januari 2015, 12:04

Onwetend van de fatale gebeurtenissen die spoedig zouden volgen, had de fotograaf besloten de nachttrein uit Kiev te nemen en niet het vliegtuig, dat hem sneller en comfortabeler naar Oost-Oekraïne kon brengen. Pierre Crom (1967) reisde urenlang door het donker en arriveerde de volgende ochtend om acht uur in Donetsk, in het hart van het pro-Russische rebellengebied. Om vier uur ‘s middags verspreidde zich via de telefoons de melding over een neergestort vliegtuig. Nog geen drie uur later reed hij met een handvol collega’s een terrein op dat een Frans landschap had kunnen zijn. Uitgestrekte korenvelden en zonnebloemen, zoals in zijn geboorteland, maar hier en nu hadden de landbouwgronden een zwartgeblakerd hart, waarin de restanten van een vliegtuig nog na brandden.

Crom noemt het geen toeval, laat staan journalistiek geluk dat hij vrijwel direct ter plaatste was op de MH17-rampplek. Voor de nachttrein had hij op rationele gronden gekozen, na calculatie, onderzoek en grondige analyse van voorafgaande incidenten. Twintig militaire vliegtuigen waren in voorbije maanden al uit de lucht geschoten. ‘De vraag was: wanneer zal het een civiel vliegtuig overkomen? Alleen het tijdstip en de omvang kwamen voor mij als een verrassing. De rest was goede timing en journalistieke intuïtie.’

Hij vertelt zijn verhaal een paar dagen na terugkeer in Nederland. ‘Toen ik mijn twee kinderen en mijn ex-vrouw op Schiphol zag staan, was de spanning echt weg. Ik was veilig. Het weerzien met mijn kinderen was het moment waar ik naar had uitgekeken.’ Crom zit achter een werktafel met laptop en groot scherm in een volgepakte kantoorruimte in een Haags bedrijfsverzamelgebouw. Achter hem een kingsize uitvergroting van een woestijn met ribbelzand, een foto die hij lang geleden maakte. Tegen een kastje aangeplakt portretfoto’s van zijn kinderen, met wie hij via skype vrijwel dagelijks contact hield.

De deur van zijn kantoortje staat open. De boekhouder stapt binnen. ‘Hallo Pierre, fijn dat je veilig terug bent’, opent hij voorzichtig het gesprek. ‘Je hebt wel veel meegemaakt, toch?’ De fotograaf knikt en mompelt ‘ja, ja’. Iedereen die hem tegenkomt, de boekhouder, buren, vrienden en collega’s van de media, willen weten wat hij allemaal heeft beleefd. Van het vele wat ze willen weten geeft hij een beetje. Als het interview begint, spreekt hij een paar losse, welgekozen zinnen. Zijn ogen houdt hij op een punt schuin achter mij gericht: ‘Met mij gaat het goed. Ik zat niet in het vliegtuig. Had geen familie in het vliegtuig. Nam niet deel aan het conflict en was geen slachtoffer van geweld. Ik was een waarnemer op een plek, dat was ik.’ Als een vraag volgt over eventueel meegebrachte gruwelijke beelden, sluit hij dit onderwerp gedecideerd af. ‘Je denkt dat ik misschien getraumatiseerd ben. Dat is niet zo. Ik kan de beelden goed loslaten. Ik functioneer normaal.’

Freelancer Crom verbleef dit jaar drie keer in Oost-Oekraïne, in totaal drie en een halve maand, ook in perioden dat er nog niet veel aan de hand leek. Zo reisde hij eind februari naar De Krim en zag er hoe Russen het schiereiland annexeerden. Crom: ‘Ik was getuige van een historische gebeurtenis.’ In april en mei was hij in Slavjansk en Donetsk, het toen nog nieuwsarme Oost-Oekraïne. Hij was er vrijwel enige de fotojournalist. Halverwege juli keerde hij terug, op de dag dat het civiele toestel van Malaysian Airlines betrokken werd in de oorlog. ‘Het neerschieten van het vliegtuig was een oorlogsdaad, geen misverstand daarover. De reizigers van de MH17 waren oorlogsslachtoffers. Er is gericht op ze geschoten.’

De intuïtie stond hem ook aan het begin van zijn carrière al ten dienste. In 2004 koos hij ervoor om het Israëlisch-Palestijnse conflict in beeld te brengen, ‘als een soort onderzoek naar wat fotografie nu precies inhield’. Op de dag van zijn vertrek naar Palestina overleed PLO-leider Yasser Arafat. Crom trok het Palestijns gebied in en won na thuiskomst een prijs bij de Zilveren Camera.

In de voorafgaande jaren had hij nog veel in de studio doorgebracht, waar hij had geprobeerd producten, stillevens, voedsel en vrouwelijke modellen perfect in beeld te brengen. Het werk vloeide voort uit zijn hang naar esthetiek, die de jonge Fransman op de Haagse kunstacademie had kunnen uitleven. Maar de journalistiek en het buitenland lonkten. Opgroeiend in Frankrijk had hij er al van gedroomd in een ander land te wonen. Tijdens een tweejarig verblijf in Parijs, waar hij in de horeca zijn geld verdiende, leerde hij een Nederlandse vrouw kennen. De liefde bracht Crom in 1987 naar Nederland, zijn eerste buitenland.

Intussen is Crom een internationaal werkende rot in het vak, onder meer via het ANP en fotoagentschap Getty. Hij kwam soms geweld tegen, oorlogshandelingen, maar met een ramp was hij niet eerder geconfronteerd. Op 17 juli overzag hij staande tussen de smeulende brokstukken, koffers en andere persoonlijke bezittingen voor het eerst een rampplek. Het schemerde al maar hij wist wat hem te doen stond. ‘Ik ben als fotograaf een observator’, zegt hij. ‘Ik keek om me heen. Ik zag branden, maar branden alleen waren niet goed genoeg. Sfeer en informatie, die combinatie. De beelden moesten interessant zijn. Niet zomaar foto’s, nee mijn beelden zouden de geschiedenis ingaan. Ze waren onderdeel van het Oekraïens conflict en voor Nederlanders een 9/11, al besefte ik dat pas later.’

Vrijwel meteen rinkelde zijn telefoon, de hele wereld wilde hem spreken. Hij trok op met een paar collega’s, maar was de enige Nederlands sprekende fotojournalist ter plaatse. ‘De ramp was op dat moment te groot voor mij. Je staat er in je eentje. Ik ben maar een fotojournalist, maar iedereen wil iets van je. Ik heb me eerst gericht op de foto’s.’

Het ANP vroeg hem al snel een week lang exclusief foto’s te leveren. Crom hoefde niet lang na te denken, al zeiden collega’s dat hij bij internationale fotobureaus veel meer zou kunnen verdienen. Hij is er duidelijk over. Zijn omzet stond niet voorop: ‘Ik koos voor het ANP omdat ik in Nederland woon. Mijn hele carrière heb ik er opgebouwd en dan wil je een brug zijn tussen het rampgebied en het land waar je woont. Je moet verslag doen, naasten van slachtoffers willen weten: hoe ziet de plek eruit? Waar is mijn dochter gestorven?’ Crom maakte wel foto’s van enkele stoffelijke overschotten, maar stuurde deze niet op. Het ANP gaf aan de foto’s niet te zullen publiceren, wat de fotograaf begreep en accepteerde.

Met het persbureau, en ook met fotobureau Hollandse Hoogte, onderhield Crom een geregeld contact. De gesprekken gingen niet alleen over foto’s. Zijn veiligheid was een belangrijk thema. De fotograaf wist zich in vertrouwde en professionele handen, zegt hij: ‘Als ik iets nodig had, stonden ze klaar. Ik voelde me veilig doordat ze mijn verantwoordelijk voor veiligheid deelden. Eén goede foto is niemands leven waard.’

Aan het ANP, en later ook Hollandse Hoogte en Getty, leverde hij alleen foto’s. Voor NRC Handelsblad schreef Crom ook korte teksten, die beschreven wat hij op een dag in het rampgebied zag en meemaakte. De dagboeknotities waren in woorden omgezette fotografische waarnemingen, later door een redacteur bewerkt. De fotograaf had nooit eerder geschreven. Hij vond het een geslaagd experiment: ‘Je kan zaken beschrijven die je niet kunt fotograferen, met meer details. Het proces van schrijven is hetzelfde als bij fotograferen, of het maken van muziek. Het zijn middelen om te communiceren. Alleen de vorm is anders.’

Na bijna twee uur praten in de verduisterde werkruimte trekt hij zijn laptop naar zich toe en begint te googelen op BCC World Service. Plotseling klinkt via de radio zijn stem vanuit de straten van Slavjansk. Hij ziet soldaten, meldt hij in het Engels, en dan een goed geklede vrouw met een Kalasjnikov, naar later blijkt een Russische spionne. Hij richt zijn camera op haar en praat intussen door, totdat geweerschoten klinken. ‘We have to go, now, we have to go!’. Dat had hij ook nog gedaan, zegt hij, hij is als ooggetuige ook radioman geweest. Als het moest, kon hij alles.

Uiteindelijk is de foto voor hem de belangrijkste informatiedrager. Hij is immers fotojournalist. Honderden heeft hij er gemaakt, de beelden zitten in zijn hoofd en in de opslagruimte van zijn computer. Maar sinds 17 juli heeft Crom er nog niet eentje in een krant gezien. ‘Ik wil weten welke kranten ze gepubliceerd hebben en hoe ze erin staan’, zegt hij. ‘Deze week ga ik maar eens naar de bibliotheek van de Tweede Kamer. Daar heb ik misschien de rust om mijn werk eindelijk te bekijken.’

Pierre Crom, Beaune, 1967
Freelance, werkt voor ANP, Getty Images, Hollandse Hoogte, NRC Handelsblad, de Volkskrant, Le Parisien Magazine.
Maakte foto’s in Palestina/Israël, Egypte, Iran, Libanon, Turkije, Algerije, Oekraïne en heel Europa.
Won prijzen bij Zilveren Camera 2004, 2010 en 2013.

Bekijk meer van

Pierre Crom Oekraïne MH17

Tip de redactie

Wil je Villamedia tippen, maar is dat te gevoelig voor een gewone mail? Villamedia is aangesloten bij Publeaks, het platform waarmee je veilig en volledig anoniem materiaal met de redactie kunt delen: publeaks.nl/villamedia

Praat mee

Colofon

Villamedia is een uitgave van Villamedia Uitgeverij BV

Uitgever

Dolf Rogmans

Postadres

Villamedia Uitgeverij BV
Postbus 75997
1070 AZ Amsterdam

Bezoekadres

Johannes Vermeerstraat 22
1071 DR Amsterdam

Factuurgegevens

Villamedia Uitgeverij BV
Johannes Vermeerstraat 22
1071 DR Amsterdam

Contact

redactie@villamedia.nl

Redactie (tips?)

Chris Helt, hoofdredacteur

Marjolein Slats, adjunct-hoofdredacteur

Linda Nab, redacteur

Lars Pasveer, redacteur

Trudy Brandenburg-Van de Ven, redacteur

Rutger de Quay, redacteur

Nick Kivits, redacteur

Sales

Sofia van Wijk

Emiel Smit

Loes Smit

Webbeheer

Marc Willemsen

Vacatures & advertenties

vacatures@villamedia.nl

Bereik

Villamedia trekt maandelijks gemiddeld 120.000 unieke bezoekers. De bezoekers genereren momenteel zo’n 800.000 pageviews.

Rechten

Villamedia heeft zich ingespannen om alle rechthebbenden van beelden en teksten te achterhalen. Meen je rechten te kunnen doen gelden, dan kun je je bij ons melden.