‘Trump-tijdperk vereist nieuwe journalistieke aanpak’

Schrijver en docent journalistiek Dan Gillmor roept journalisten en media op niet langer als doorgeefluik voor leugens van de Amerikaanse overheid te fungeren. Het excuus dat er enkel verslag wordt gedaan voldoet niet langer. "Dit zijn geen normale tijden", stelt Gillmor. Er is volgens hem oorlog verklaard aan de journalistiek met desinformatie als strategie.
Gillmor is van plan een serie artikelen te schrijven over de wijze waarop de journalistiek zich zou moeten verweren tegen de strategie van Trump en zijn Witte Huis. Het belangrijkste is te stoppen met het ‘normaliseren’ van leugens en desinformatie.
Zelfs het sec verslaan van de leugens biedt nog altijd een podium voor de leugen, stelt Gillmor. Veel media zeggen tegenwoordig dat het om onjuiste informatie gaat - maar Gillmor hekelt de ‘zompige’ woordkeus die erbij wordt gehaald: media spreken dan vaak eufemistisch van ‘onwaardheden’ in een poging objectief te lijken.
Germany just recorded its lowest crime rate since 1992. The number of crimes dropped 10% from 2016 to 2017. https://t.co/8GyBYiaDd9 pic.twitter.com/GDwFbkw5hz
— Daniel Dale (@ddale8) June 18, 2018
Journalistieke bedrijven worstelden sinds het aantreden van Trump met de nieuwe realiteit van een persvijandige regering. Uitgaven hamerden in memo’s aan journalisten op de onpartijdigheid en “eerlijke en oprechte verslaggeving”.
Laat al die illusies van objectiviteit maar vallen, stelt Gillmor: het helpt alleen maar om leugens te herhalen en onderzoek toont aan dat herhaling voldoende is om een leugen gewicht te geven. Bewezen leugenaars moet je daarom niet langer een podium bieden. Nodig figuren als Trumps raadsvrouw Kellyanne Conway simpelweg niet meer uit, betoogt Gillmor: “Zet haar voor een camera en ze liegt. Doe dat dus niet langer.”
Partijen als Fox News varen bewust een puur propagandistische koers, maar ook die zijn niet gebaat door leugenaars een platform te bieden, hoopt Gillmor. Om dezelfde reden moeten Witte Huis-persconferenties eigenlijk niet meer live worden uitgezonden”, vindt hij.
Sinds het vertrek van Sean Spicer in juli 2017 zwaait Sarah Huckabee Sanders daar de scepter. Sanders doet geen poging haar minachting voor politiek verslaggevers en nieuwsbedrijven te verbergen: toen CNN gezien de vijandige houding van het Witte Huis bedankte voor de traditionele kersborrel, maakte Sanders daar een sneer over.
De bijzondere haat die Trump voor CNN heeft, inspireert labiele aanhangers van de president om werknemers met de dood te bedreigen.
Gillmore heeft meer ideeën: voer een zero tolerance-beleid voor leugens in. Wanneer een gast aantoonbaar onzin ophangt, is die niet langer welkom. Het is volgens Gillmor zaak botweg te erkennen “dat onze eigen gedragsregels tegen ons worden gebruikt”. “Dat vereist een radicale heroverweging van die gedragsregels”, vindt Gillmor.
Pratende hoofden van Trump en andere kabinetsleden hoeven bovendien niet per se verstaanbaar op televisie, vindt Gillmor. Het is een uitgelezen moment om op dat moment de juiste context te geven, in een voice-over. Vertel wat klopt of schort aan de uitspraken en verwijs mensen pas dan naar de onversneden audio of video, zodat nieuwsconsumenten goed voorbereid zijn.
De wijze waarop Trump en zijn regering journalisten en de pers tegemoet treedt, heeft niet enkel binnen Amerika gevolgen. Persvrijheidsorganisaties zeggen te merken dat repressieve landen zich gesterkt voelen door Amerikaans beleid.
Hoe een organisatie als de New York Times omgaat met het Trump-tijdperk is onderwerp van de vierdelige serie The Fourth Estate, dat door de VPRO werd uitgezonden, en - haast is geboden - nog enkele weken is terug te zien.
De eerste in de reeks van Gillmor is te lezen op Medium: Dear Journalists: Stop being loudspeakers for liars
Praat mee