Taaltip: hoge of lage aanhalingstekens
Op school hebben veel mensen geleerd om een zin met aanhalingstekens te beginnen met een dubbel aanhalingsteken onder aan de regel, en te eindigen met zo'n teken bovenaan: "Ik geloof niet meer in Sinterklaas", zei Nynke. In sommige, vooral gedrukte, media wordt dit nog steeds gedaan, maar vooral onder invloed van internationale computerstandaarden is het al vrij lang het gebruikelijkst om alle aanhalingstekens boven aan de regel te zetten: "Zeg, wat betekent 'quod non' eigenlijk?", vroeg Nynke.