Rechter: De Telegraaf hoeft misdaadjournalist geen schadevergoeding te betalen

De Telegraaf hoeft geen schadevergoeding te betalen aan misdaadjournalist Bas van Hout, die in een artikel dat in 2006 in De Telegraaf verscheen ervan werd beticht geheime stukken van de AIVD (de Algemene Inlichtingen- en Veiligheidsdienst) aan de krant te hebben aangeboden. De rechtbank Amsterdam concludeert dat de vordering is verjaard.
In een bodemprocedure eiste Van Hout een vergoeding voor zowel materiële schade (waarvan de hoogte nader te bepalen was) als immateriële schade van 35.000 euro. Van Hout beklaagde zich bij de rechter niet alleen over De Telegraaf-uitgever Mediahuis, maar ook over journalisten Joost de Haas en Bart Mos. Zij schreven in 2006 het artikel waarin wordt gesteld dat (inmiddels voormalig) officier van Justitie Fred Teeven stelt dat Van Hout ‘handelde in ontvreemde AIVD-stukken’.
Tijdens het inmiddels befaamde Oslo-proces kwam de rechter al tot de conclusie dat Van Hout geen stukken aan De Telegraaf lekte.
Een vordering tot schadevergoeding kan gedaan worden tot vijf jaar nadat voor het slachtoffer duidelijk is dat hij schade zal leiden én wie voor die schade verantwoordelijk is. In de zaak stelde Mediahuis dat dat voor Van Hout al bij het verschijnen van het De Telegraaf-artikel in 2006 duidelijk was. Van Hout betwistte dat niet in de rechtbank.
“Vaststaat dat hij op de dag van de publicatie (12 oktober 2006) wist dat de inhoud van het proces-verbaal waarover is geschreven onjuist was omdat hij in dat proces-verbaal (en dus het krantenartikel) wordt beschuldigd van iets dat hij niet heeft gedaan. Daarmee was sprake van een inbreuk op zijn goede naam”, aldus het vonnis. “Ook is duidelijk dat [eiser] direct in 2006 wist wie voor publicatie van het artikel, waardoor hij schade leed, verantwoordelijk waren, namelijk De Telegraaf c.s. De vraag is of hij ook wist dat zij voor zijn schade aansprakelijk waren.”
Van Hout stelt dat hij pas in 2019 en 2021 leerde dat De Telegraaf, Mos en De Haas, aansprakelijk waren voor zijn geleden schade. Ruim binnen de gestelde termijn van vijf jaar. De rechtbank Amsterdam acht dat echter niet bewezen. De feiten die Van Hout nu aandraagt, waren hem volgens de rechtbank ook al na publicatie van het artikel al bekend. Daarmee is er volgens de rechtbank sprake van verjaring.
Praat mee