Marketing
België, en bij inbreiding Vlaanderen, kan niet meteen bogen op een ijzersterk internationaal imago. Ik heb de afgelopen twintig jaar letterlijk honderden buitenlandse journalisten en televisieploegen ontvangen en ze achtereenvolgens moeten uitleggen waarom in Vlaanderen een extreemrechtse partij tot de grootste van het land kon uitgroeien, hoe het kon dat de politie zo blunderde in de zoektocht naar verdwenen en vermoorde meisjes in de buurt van Charleroi, en waarom de splitsing van een simpel kiesarrondissement kan uitgroeien tot de kwintessens van het politieke bedrijf.
Al praatte ik me de blaren op de tong, de meewarige blik verdween nooit uit hun ogen, en het nauwelijks verholen sarcasme niet uit hun verslaggeving. Rare jongens, die Belgen. Dat is – was – ons merk.
Het wereldrecord regering onderhandelen had daar nog een extra dimensie aan kunnen geven, het ultieme bewijs dat dit land echt onleefbaar is geworden en in een existentiële crisis verkeert. Erger nog dan Irak, stel je voor. Want als een land waar in de laatste oorlog een kleine zevenhonderdduizend doden vielen, honderdduizenden op de vlucht gingen, waar gewapende etnische en godsdienstige fracties al bijna even lang een bloedige burgeroorlog uitvechten, als die er desondanks op 249 dagen uit geraken, wat zegt dat dan over België?
Heel eenvoudig: wat onze politici ook verteld zouden hebben, ons imago zou onredbaar geweest zijn, vernietigd, gedaald onder het niveau van een bananenrepubliek eerste klasse.
Toen kwam de Facebook- en Twittergeneratie van het land weer in actie. Op enkele weken tijd werd meer dan tienduizend man bij elkaar genetwerkt om een feestje te bouwen in Gent. Kwamen er omkaderende activiteiten: frieten uitdelen, uit de kleren gaan, het zotste eerst. De internationale pers dook er gretig op. Waardoor er plots, van de ene dag op de andere, een totale shift in beeldvorming ontstond. Niet langer het hopeloos geblokkeerde land was het onderwerp, maar wel de humor en de zelfrelativering waarmee de bewoners ervan dit opnamen. Van Al Jazeera tot BBC News, van de sites van The Washington Post tot die van CNN klonk maar één boodschap door: dit wereldrecord moet je niet ernstig nemen, het is maar om te lachen. Het werkte wonderwel : zelfs de anchor van CNN zei nu wel zin te krijgen om eindelijk dat rare landje eens te bezoeken, en overal in de internationale berichtgeving overheerste sympathie boven misprijzen, de lach boven de meesmuilende kritiek.
Voor de beelden die de wereld rondgingen, voor het mediavolume dat gegenereerd werd, kom je niet toe met een paar miljoen euro. Als er nog kandidaten nodig zijn voor de titel van ‘Marketeer van het Jaar’: de organisatoren van het volksfeest in Gent zijn bij deze voorgedragen.
.(JavaScript moet ingeschakeld zijn om dit e-mail adres te bekijken)
is hoofdredacteur van De Morgen
Praat mee