Kleine omroep wegbezuinigen stuitend
Dat bij de publieke omroep uitgerekend de kleine religieuze omroepen wegbezuinigd worden, de enige restjes culturele diversiteit die er bij de publieke omroep te vinden zijn, is ronduit stuitend. Wat blijft is de slappe dertien in een dozijn televisie die de grootste gemene deler moet behagen, maar waarin men zich weinig onderscheidt van de commercie. Het aanbod, laat staan de redacties zullen ooit worden overgenomen door de reguliere omroepen. Of moet alles bij de NTR weggezet worden?, vraagt Harriet Duurvoort zich af.
We weten allemaal dat de publieke omroep gebaseerd is op een archaïsch systeem dat associaties oproept van het allang verdwenen, verzuilde Nederland ten tijde van Open het Dorp en De Avonden. Het systeem vertoont al tekenen van sleetsheid sinds de VPRO in 1968 afscheid nam van zijn vrijzinnig protestantse wortels. Toch geeft die worteling van de Nederlandse televisiecultuur een bepaalde identiteit, een behaaglijk knapperend wij-gevoel waarmee we zo zijn vergroeid dat we misschien stiekem niet anders willen. Ondanks dat het aanbod niet meer representatief is voor het Nederland van hier en nu. Oude zuilen werden flink uitgedund en er kwamen talrijke nieuwe bij.
Religie speelt een belangrijke rol in de samenleving en in het politieke en maatschappelijke debat. Ik hecht eraan toegang te hebben tot de perspectieven en meningen van gelovige moslims, bijvoorbeeld, om mijn positie als niet-moslim in het islamdebat te bepalen.
De kleine religieuze omroepen herbergen redacties, eindredacteuren en hoofdredacties met een bepaalde etnische en religieuze achtergrond en dat is uniek. Bij de reguliere omroepen is het, afgezien van uitzonderingen en zo nu en dan wat obligate stagiairs voor allochtone journalisten, een witte, ‘ons soort mensen’ bedoening en dat zal niet veranderen. In een land waar in veel grote steden 40 tot 50 procent allochtonen leven behoort het bij uitstek tot de publieke taak de stem van groepen een plek te geven. Onmisbare geluiden in het publieke debat, dat ook in Nederland zo vaak bepaald wordt door de botsing van religies en cultuur- en geloofstradities.
Argumenten als zou de Nederlandse bevolking geen behoefte hebben aan religieuze programmering zijn kul.
Zelfs een groot deel van de geseculariseerde autochtone Nederlandse bevolking is geen atheïst maar ‘ietsist’ - ook veel stemmers van PvdA en VVD. Zij zoeken spirituele inspiratie bij een waaier aan geloofstradities. Juist ietsisten kwamen prima aan hun trekken bij de vaak verrassende programma’s van de Boeddhistische omroep en de OHM, waar de meeste new agers zijn geestelijke boodschappen doet.
Natuurlijk is ook rond de kleine religieuze omroepen wat onnodige bureaucratie ontwikkeld. Maar juist omdat het vaak personeel betreft dat qua achtergrond en opvattingen afwijkt van ’ de etniciteit standaard Hilversum’ moet men geneigd zijn juist hen te sparen.
Religieuze programma’s eruit gooien met het argument dat men maar op internet zijn achterbannetje moet behagen verbant hen van het publieke domein. De bedoeling van televisie is immers dat men niet alleen voor eigen parochie preekt, maar dat mensen die uw kerk, moskee, synagoge of tempel nooit bezoeken, toch een inkijkje krijgen in het verhaal van achter de kansel. Kunnen zien men in zijn schild voert, zo u wilt.
Als je dan wat afschaft aan die publieke omroep, snijd dan in het peperdure amusement. Straks is de stichtelijke priemblik van Andries Knevel nog de enige spiritualiteit op televisie. Omdat wij een toevallig een grote, gereformeerde omroep hebben die zowel over leden beschikt als over een nog altijd sterke missiedrang (de EO). Historisch zo gegroeid, maar absoluut geen afspiegeling van de samenleving.
Praat mee