Fotografen in brief aan eigenaar ANP: tarieven zijn te laag

De brief van de fotografen en het antwoord van Bennis zijn in het bezit van Villamedia. De fotografen schrijven onder meer:

Sinds juni 2021 bent U de nieuwe eigenaar van het ANP en daarmee van het fotoarchief van het ANP. U zegt in een interview met het tijdschrift Villamedia: ‘Een tweede, veel belangrijker goudmijn, is de exploitatie van het fotoarchief van het ANP. Vooral de zwart-wit collectie van Hollandse Hoogte is een ‘parel binnen de ANP-catalogus: meer dan 100 miljoen foto’s. Als die foto’s zijn gedigitaliseerd kun je ieder onderwerp toegankelijk maken.’
Omdat het publicatierecht van genoemde foto’s bij de fotografen ligt is het realiseren van die goudmijn mede afhankelijk van de makers van de beelden, zij stellen hun foto’s aan het ANP beschikbaar.
Het ANP is geen eigenaar van het auteursrecht op de foto’s,  ANP exploiteert dat auteursrecht, de makers kunnen het recht op de exploitatie van het auteursrecht ook weer intrekken.
Daarom is het een goed idee dat u, geachte heer Oomen, eens een gesprek heeft met een aantal van de ANP en Hollandse Hoogte-fotografen. Om in eerste instantie kennis te maken en u tevens op de hoogte te brengen wat er zoal leeft bij de fotografen die hun werk bij het ANP hebben ondergebracht.
Een gespreksonderwerp zal zeker de wens van de fotografen worden om zelf een minimumprijs voor de licenties voor publicaties van hun werk te mogen vaststellen.
De tarieven waar de foto’s nu voor worden verkocht zijn onaanvaardbaar laag.

ANP-directeur Bennis antwoordt dat Oomen zich niet met de dagelijkse gang van zaken bemoeit.

Over de tarieven schrijft hij:
Helaas moet ik je melden dat de marktprijzen nauwelijks door ons kunnen worden beïnvloed. Nederlandse en internationale klanten hebben veel alternatieven voor een foto, soms zelfs gratis alternatieven. De gedachte dat je meer kan verdienen door de prijs van de foto simpelweg omhoog te schroeven is onjuist.
Het resultaat is het tegenovergestelde; je plaatst jezelf buiten de markt, je verkoopt minder en je zet minder om. Het ANP als bedrijf heeft precies hetzelfde belang bij meer omzet als de groep van fotografen als geheel, dus waarom zouden wij prijsverhogingen - individueel of collectief - tegenhouden als het zou werken?
Wij maken grote overeenkomsten met grote partijen en vanwege die hoge volumes wordt er fors onderhandeld. Op het moment dat je niet wil leveren voor die prijzen, doe je niet mee.
We zien overigens dat er heel wat fotografen een behoorlijke omzet weten te realiseren maar er zijn inderdaad ook fotografen - vaak zijn dat de minder actieve - die niet kunnen leven met wat ze bij het ANP genereren. Dat is niet iets wat wij zomaar kunnen oplossen, hoezeer we de honderden fotografen waarmee we samenwerken, dat zouden gunnen.
Wij vragen dus jullie vertrouwen dat wij voor de makers en voor het ANP als bedrijf, het maximale uit de markt proberen te halen. Wij staan open voor mogelijke verbeteringen en ongetwijfeld maken ook wij fouten, maar de verkoop van beeld is onze specialiteit. Dus laten we vooral in gesprek blijven maar verwacht niet dat wij een oplossing invoeren waarvan wij weten dat het het probleem verergert.

Namens de dertig fotografen zegt Piet den Blanken dat de groep zich beraadt op een reactie. ‘We vroegen iets aan Oomen en krijgen antwoord van Bennis. We hebben dus eigenlijk nog geen antwoord.’