Burn-out
Bijna eenderde van de beroepsjournalisten in Vlaanderen heeft last van burn-out. En dat moet wel waar zijn, want het is het resultaat van een onderzoek van een lector aan de Gentse Arteveldehogeschool, die daarvoor iedereen in het beroep een heus enquêteformulier heeft bezorgd, dat we allemaal anoniem mochten invullen. De allerbelangrijkste factor die volgens de onderzoeker met burn-out samengaat, is werkdruk. Hoe groter de werkdruk, hoe groter de uitputting en het cynisme bij de journalisten.
Raar is dat. Zit je al vijfentwintig jaar in de stiel, blijkt dat ofwel de collega links ofwel die van rechts aan een burn-out lijdt, en jij, ongevoelige botterik, hebt dat nooit in de smiezen gehad. Trouwens ook niet bij de collega voor en achter je. Journalisten lijden niet alleen massaal aan burn-out, ze zijn ook duidelijk meester in het verstoppen ervan. Ik heb er wel een paar meegemaakt: reporters die door een verwerkingsproces moesten na traumatische ervaringen die ze verslagen hadden, ik heb weet van een redactie waar iemand in een depressie sukkelde na een conflict met een collega, ik heb mensen zien vertrekken omdat ze een andere uitdaging zochten of omdat ze hun gezinsleven niet meer met de baan konden combineren. En vrijwel alle collega’s heb ik ooit wel eens op hun tandvlees weten zitten. Maar een echte burn-out? In de stijl licht uit, paar maanden platte rust? Eigenlijk niemand.
Toch heb ik tegelijk nog nooit een journalist meegemaakt die niet klaagde over het harde werk. Toen ik nog als hoofdredacteur de jaarlijkse evaluaties voor mijn rekening nam, had ik daar een trucje voor. In een anonieme kaft lag de jaarproductie van de grootste lettervreter van de redactie, en daarnaast legde ik hun productie, die meestal minder dan de helft was. Niet dat het volume er ook maar een moer toe deed – wat een journalist schrijft is belangrijker dan hoeveel hij schrijft – maar dan was je meteen van dat gezeur van te hoge productiedwang af.
Sterker, in mijn ervaring zijn het meestal de grootste Stachanovisten van de redactie die met de breedste smile rondlopen, en de plantrekkers die het hardste zeuren.
Maar ja, tegen zo’n wetenschappelijke studie, gebaseerd op anonieme antwoorden van journalisten die zo graag verkondigen hoe zwaar hun stiel wel niet is, weegt mijn povere ervaring natuurlijk niet op.
.(JavaScript moet ingeschakeld zijn om dit e-mail adres te bekijken)
Praat mee