Auteurscontractenrecht per 1 juli van kracht

Het wetsvoorstel Auteurscontractenrecht, onderdeel van de Auteurswet, is door de Eerste Kamer aangenomen. Het Auteurscontractenrecht moet de juridische positie van makers (fotografen, journalisten e.a.) verstevigen in onderhandelingen met exploitanten, waar makers meestal een zwakke onderhandelingspositie hebben. Nu het wetsvoorstel is aanvaard, treedt deze per 1 juli 2015 in werking. Het zogeheten Platform Makers, een samenwerkingsverband waarin ook de Nederlandse Vereniging van Journalisten (NVJ) in is vertegenwoordigd, drongen al aan op spoedige invoering van het Auteurscontractenrecht.
In de wet wordt nu een ‘billijke vergoeding’ vastgelegd, al is die term vaag - concrete omstandigheden bepalen wat billijk is. De minister van OCW kan zo’n vergoeding vaststellen, stelt NVJ-advocaat Mira Herens. Dat gebeurt alleen als verenigde makers en exploitanten daartoe gezamenlijk een verzoek voor indienen. Verder komt er voor makers een ‘bestsellersbepaling’, wat betekent dat als een productie onverwacht een buitengewoon succes wordt, een aanvullende vergoeding redelijk is.
Een exploitant kan straks ook geen exclusiviteit van inhoud meer afdwingen zonder dat er een officiële afspraak onder akte over is gemaakt. Bestaat zo’n afspraak niet, kan de maker de producties ook aan andere partijen aanbieden. Voor makers is ook de use-it-or-lose-it-bepaling een positieve ontwikkeling: maakt een afnemer binnen redelijke termijn geen gebruik van geleverd werk, kan na schriftelijke bevestiging het auteursrecht weer terugkomen bij de maker.
Het staat je dan vrij eerder gemaakte afspraken te ontbinden. Wie op basis van de nieuwe regels overhoop ligt met de afnemer, kan dan ook naar een geschillencommissie, die een dure rechtsgang kan vermijden. Platform Makers en het Platform Creatieve Media Industrie zijn nog niet uit de details over de vorming van zo’n commissie; de onderhandelingen daarover lopen nog.
Praat mee