43 tips (of meer) van andere fotografen
Wat te doen als de omzet uit fotografie tegen zit? Wereldwijd praten fotografen daar over. Velen laten het niet bij praten alleen, maar komen ook in beweging. Ze delen hun tips en tricks online. Creatief in tijden van crisis. En wat levert het op?
Is de fotojournalistiek dood? De Britse fotograaf Phil Toledano denkt van wel, zei hij eerder dit jaar tegen The New York Times. Toledano was in Amsterdam voor de uitreiking van de World Press Photo. ‘De kracht van één enkele foto is verdwenen. Twitter, Instagram en Facebook zorgen voor zo’n constante stroom aan beeld dat één enkel beeld ondersneeuwt.
Nu mag de analyse van Toledano wat somber klinken, maar net als vele anderen probeert hij te begrijpen wat er in de fotografie veranderd is. Om vervolgens zijn plan te trekken.
Aan duiders van de veranderingen geen gebrek. De distributie van nieuws(foto’s) gaat vandaag de dag niet meer via krant of televisie, maar vooral via Facebook, Snapchat en Twitter. Dat blijkt uit cijfers die onder meer de website Business Insider op een rijtje heeft gezet.
Mensen gebruiken vooral hun mobiele telefoon (en dus minder de desktop), waarbij ze niet allerlei nieuwsapps gebruiken, maar de eerder genoemde social media. Een trend van de laatste twee jaar is dat video aan een enorme opmars bezig is. Was dat eerst het domein van YouTube en de PC, inmiddels kijken meer mensen video via Facebook op hun mobieltje dan via YouTube.
De leeftijdsopbouw van al die social mediagebruikers verandert ook snel. Jongeren (tot 34 jaar) zijn ondervertegenwoordigd op Facebook, Twitter en LinkedIn. Daarentegen zijn Pinterest, Snapchat en Instagram weer meer van de jeugd. Grote verliezers in al dat nieuwe geweld: de huidige uitgevers. De meeste smartphone gebruikers hebben één favoriete app om nieuws mee te volgen. En die gebruiken ze minder dan hun social media apps.
Wat moet je als fotograaf met al die wijsheid? Een eerste conclusie kan zijn dat de bestaande opdrachtgevers, zoals kranten en tijdschriften, het dus moeilijk moeten hebben met hun bereik en inkomsten als mensen massaal overstappen naar andere platformen. De meeste fotografen merken dat in hun omzet, dus voor velen is dat een open deur.
Een niet onbelangrijke conclusie is dat alle genoemde social mediaplatformen zelf geen inhoud (content) maken, maar spullen van anderen distribueren. En de meest succesvolle content op social media bestaat uit foto’s en video’s. Daarmee wordt het interessanter voor fotografen. De conclusie is dan ook al snel: wordt op de een of andere manier je eigen uitgever.
Fotograaf Cliff Englert heeft bijvoorbeeld een overzicht gemaakt met 25 manieren om als fotograaf online je portfolio prachtig te presenteren. Om daarmee vervolgens bereik op te bouwen. Levert dat geld op? Elke etalage is een kans op verkoop, maar via bijvoorbeeld Pinterest wordt het wel heel makkelijk. Daar kun je inmiddels met een paar klikken je favoriete foto (ver-)kopen.
Wat voor foto’s plaats je dan op die nieuwe platforms? Het is een beetje naar wie je wilt luisteren. Fotograaf Marky Ramone Go maakte het verhaal ‘twintig dingen die je kunt leren van een Instagram-fotograaf’. Voor hem zijn de drie belangrijkste regels: maak liggende foto’s en onderbelicht ze om ze daarna te bewerken en lichter te maken. En: werk niet in zwart-wit, maar haal de kleur uit een kleurenfoto. Regel drie: plaats geregeld foto’s online, maar niet te veel.
De Amerikaanse producente Liza Faktor ziet dat fotografen succesvol voor de ‘verbreding’ kiezen. Zij introduceert het nieuwe beroep Transjournalism, een term van de (overleden) fotograaf Tim Hetherington. Die combineerde nieuwsfotografie met video, kunst, boeken en tentoonstellingen. Wat Faktor betreft, liggen daar enorme kansen voor fotografen.
De bazen van de persbureaus AFP en AP zouden al heel blij zijn als fotografen, en het liefst ook hun schrijvende collega’s, meer video gaan maken. AFP’s Phil Chetwynd omschreef het in een recente voordracht zo: ‘Journalisten die kunnen fotograferen, schrijven én filmen, maken een grotere kans om de interessante opdrachten te krijgen’.
Als je nog wat jonger bent en het is wat rustiger, dan heeft fotograaf Sebastião Salgado (71) een welgemeend advies: ‘Ga studeren. En dan bij voorkeur antropologie of sociologie, economie of geopolitiek. Studies die ervoor zorgen dat je begrijpt wat je fotografeert, wat je kan fotograferen en wat je zou moeten fotograferen.’
Wat als je even zonder ideeën zit? Dat overkomt ons allemaal wel eens, bedacht ex-fotograaf Russ Kendall toen ook zijn oud-collega Linda Epstein werd ontslagen. Hij startte een paar maanden geleden op Facebook de groep ‘What is your plan B’. Binnen een maand had hij ruim 2500 leden die elkaar motiveren en van tips voorzien. Het verhaal van Kendall zelf is zo’n les. Hij besloot te stoppen met fotograferen en runt nu een cateringbedrijf. Met een busje inclusief houtoven rijdt hij feesten en partijen af om pizza te bakken. ‘Ik verdien nu het dubbele in vergelijking met mijn werk als fotograaf en ik vind het veel leuker’.
Er is meer zelfhulp voorhanden. Belangrijke les voor iedereen die de omzetdaling aan den lijve ondervindt: vat het niet persoonlijk op. Want de markt verandert, jouw werk is niet slechter geworden. Een tweede veelgehoord advies: ik publiceer, dus ik besta. Ook al zijn er even geen betalende opdrachtgevers, laat dan toch je werk online zien. Je krijgt er waardering voor terug, merkt wat wel en niet werkt, blijft scherp. En het levert soms, niet altijd, betaald werk op.
Leuk al die nieuwe kanalen en dat tijdrovende zelf publiceren, maar wat schuift het? Levert de fotografie nog wel wat op? Journalist Daria Sukharchuk vroeg het begin juli aan zes collega’s, van Engeland via Denemarken en Nederland tot in Brazilië. Om met Pedro Strelkow uit Brazilië te beginnen, hij houdt er maandelijks zo’n duizend euro aan over. De Nederlandse Inge den Oudsten 2000 euro en Fred Bonatto uit Engeland komt niet verder dan 600 euro. Ter vergelijking, Sukharchuk deed eenzelfde rondje met mensen uit de gezondheidszorg. Tandarts Tommaso Rocca uit Zwitserland verdient 10.000 euro per maand. Julia Schwartz, jeugdpsychiater in Duitsland, verdient 2300 euro en de Deense verpleegster Michelle Lee neemt maandelijks 2700 euro mee naar huis.
Voor het geld word je geen fotograaf. Maar reden voor somberheid? Wolgang Blau, verantwoordelijk voor de digitale strategie bij The Guardian, wordt een beetje moe van die vraag. Zijn antwoord: ‘Ja, je kunt je over een hoop zaken zorgen maken, er is een hoop onzekerheid en veel journalisten verliezen vandaag de dag hun baan. Maar zou het nu juist niet zeer a-journalistiek zijn om niet opgewonden te raken van alle nieuwe mogelijkheden? (…) Waar komt die ondoordachte romantiek over het journalistieke verleden vandaan? En als laatste: Hoe komt het, denk jij, dat digitale journalisten zich nog steeds moeten verantwoorden voor hun optimisme? Jij moet veranderen.’
Extra leesvoer:
* Negen dingen om te onthouden uit het Reuters Institute Digital News Report 2015
* Je had het misschien niet door, maar vandaag was een hele belangrijke dag voor de toekomst van de journalistiek
* Wat zijn de grenzen van de journalistiek en hoe verandert de digitalisering die grenzen?
* 2015 is het jaar dat uitgevers echt de controle verloren over distributie
Praat mee