Tweede speler bij Apple
Na het overlijden van Apple-topman Steve Jobs werd ontwerper Jony Ive binnen het bedrijf naast hardware ook verantwoordelijk voor de vormgeving van het besturingssysteem iOS, dat op iPhones en iPads draait.
Het is geen overdrijving om te stellen dat de band die Ive met Jobs had, waardoor zijn ontwerpideeën op vruchtbare bodem vielen, het succes van Apple in de 21e eeuw mogelijk maakte. Na de monsterbiografie van Walter Isaacson over Jobs, is het terecht dat ook deze belangrijkste tweede speler binnen Apple aandacht krijgt. De belofte dat we een kijkje in het brein van ontwerper Ive krijgen wordt echter niet ingelost. Daarvoor zijn Kahneys observaties veel te voorspelbaar: Ive was op school al gedreven, zeer getalenteerd, werkte hard, bewonderde de eenvoud van het werk van Dieter Rams voor de Duitse elektronicareus Braun en won prijzen nog voor hij zijn school had afgemaakt.
Maar waaróm Ive zo gedreven was, hoe hij tot zijn belangrijkste ontwerpfilosofieën is gekomen… het blijft ook na 256 pagina’s giswerk. Kahney vat de geschiedenis van Ive’s levensloop samen aan de hand van veel citaten van anderen, interviews die Ive gaf aan derden en gesprekken met vrienden en oud-collega’s. Dat is dan wel volledig, maar schept ook een voelbare afstand tot het onderwerp.
In het nawoord schrijft Kahney hoe moeilijk het is om te schrijven over Apple en haar medewerkers, vanwege het notoir gesloten karakter van het bedrijf. ‘Apple zelf heeft nooit op onze verzoeken gereageerd’, schrijft hij teleurgesteld. Hij sprak uiteindelijk tweehonderd mensen, waarvan sommigen niet met naam wilden worden genoemd.
Dit feit, en de nogal droge beschrijvingen van werkrelaties en ontwerpkeuzes rond enkele iconische producten als de eerste iPod en de snoepkleurige eerste iMac maken de biografie helaas nogal vrijblijvend. Ive verwijderde bijvoorbeeld vorig jaar alle zogeheten skeumorfische elementen (zaken als leer- en houteffecten) uit het iPhone-besturingssysteem. Dat leverde wel een minimalistisch uiterlijk op, maar niet per se een eenvoudiger te bedienen telefoon.
Aan dergelijke kritiek en een antwoord op de vraag of een industrieel ontwerper ook automatisch een goede softwareontwikkelaar is, maakt Kahney geen woorden vuil. Juist als het je niet lukt Ive zelf te spreken (en Apple de vertrouwde zwijgzaamheid in acht neemt) is een kritische houding gewenst.
Kortom, op dé biografie van het genie achter Apple-producten zullen we nog moeten wachten. Hopelijk schrijft Ive hem ooit zelf.
Praat mee