Ten strijd tegen internettrollen

Internettrollen gebruiken graag echte foto’s zoals deze bij het verspreiden van desinformatie. De echtheid van zulke foto’s is vaak snel te verifiëren door ze door Google’s Image Search te halen (klik in de browser van je desktop op de fotocamera en upload de foto om te zien waar hij nog meer voorkomt). Toch neemt lang niet iedere internetter die moeite. En dat maakt het tegengaan van nepnieuws lastig.

The New York Times wil daar iets aan doen. Het sleutelwoord: metadata. Dat zijn gegevens die onder andere de datum waarop een foto of video is genomen laten zien, maar ook wie de maker is en op welke locatie het beeld genomen is. Zo wordt in één oogopslag duidelijk dat een foto waarop volgens internetters een arrestatie in Parijs te zien is, eigenlijk is genomen in Spanje.

Toegang krijgen tot die metadata vereist wat technische kennis en tijd. Twee dingen die internetters niet altijd hebben. Daarom startte The New York Times onlangs met The News Provenance Project: een experiment waarbij redacties metadata achter foto’s en video’s met elkaar en lezers delen. Het doel is een systeem ontwikkelen waarmee lezers en kijkers in één oogopslag kunnen zien waar in welke context een (stukje van een) foto of video de eerste keer is gepubliceerd.

Om misbruik te voorkomen wil The New York Times gebruik maken van blockchain-technologie. Een netwerk van computers houdt bij welke metadata bij welke foto of video hoort. Wanneer een foto of video vervolgens in een andere context wordt gebruikt, dan kan het systeem achter The News Provenance Project aan de bel trekken. Klaar is de oplossing nog lang niet. Maar potentie heeft het idee zeker. Iets om in de gaten te houden dus.