Taaltip: klemtoontekens
Als een woord of lettergreep nadruk moet krijgen, kan er een klemtoonteken op gezet worden: 'Sinterklaas bestaat écht!' Een lange klinker die als twee letters wordt geschreven, krijgt twee van die tekens: 'Néé joh, dat is Sinterkláás!' Vroeger werd er in tweeklanken maar één zo'n klemtoonteken gebruikt: 'Dat is niet óud, dat is níeuw.' In 1996 is de regel veranderd; sindsdien staan er ook op tweeklanken twee klemtoontekens: 'Dat is niet óúd, dat is níéuw.' Een derde klinker, zoals in 'nieuw', krijgt het teken niet: 'níéuw', 'gróéien', 'móói!'. Bron: Taalpost