Scheiden journalisten feiten van fictie? 40 procent vindt van wel

Dat blijkt uit het onderzoek Bias, Bullshit and Lies: Audience Perspectives on Low Trust in the Media van het Reuters Institute en de Universiteit van Oxford(hier te vinden in PDF). In het onderzoek wordt onder andere gezocht naar redenen van wantrouwen naar de media.

Agenda’s pushen
Tweederde van alle respondenten geeft in het onderzoek aan te geloven dat media misbruikt worden door mensen met macht, die daarmee hun eigen politieke en economische agenda’s pushen. Vooral onder jongeren is dat gevoel aanwezig. In veel landen – met name in de Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk – worden media gezien als bevooroordeeld, omdat ze een kant kiezen. 

Van alle media wordt televisie door de respondenten het meest vertrouwd. De deelnemers aan het onderzoek denken dat televisie het minst open staat voor manipulatie. Tegelijkertijd is er ook kritiek op de tv, vooral waar het aankomt op het verkiezen van snelheid boven juistheid van feiten en het brengen van opinie in plaats van feiten.

Lokale verschillen
Hoewel over de negen landen gezien 40 procent van de respondenten vindt dat journalisten hun werk goed doen, zijn de verschillen in landen onderling groot. In Ierland, Spanje, Duitsland, Denemarken en het Verenigd Koninkrijk is meer vertrouwen, terwijl van de Griekse respondenten maar 19 procent aangeeft te denken dat journalisten feiten en fictie goed scheiden. Griekenland is ook het enige land waarin sociale media betrouwbaarder gevonden wordt dan de journalistiek.

Opvallend is ook dat over de negen landen samen genomen jongeren minder vertrouwen hebben in de journalistiek dan ouderen. Slechts 34 procent van de respondenten onder de 35 denkt dat journalisten hun werk doen, tegenover 42 procent van de respondenten die ouder zijn dan 35 jaar. Ook onder lage inkomens is het wantrouwen groter. Van mensen met lage inkomens vertrouwt 35 procent de journalistiek, terwijl dat bij hoge inkomens 49 procent is.