word studentlid

— woensdag 23 november 2011, 20:11 | 1 reactie, praat mee

Ontsnapt uit de stolp

Er vallen minstens twee eerbare redenen te bedenken waarom het vanwege Nieuwspoort geen goed idee was om mij aan te stellen als rapporteur voor het jaarlijkse verslag over de verhouding tussen politiek en media, stelt De Morgen-journalist Bart Eeckhout die dit jaar Nieuwspoort-rapporteur is. ‘Om te beginnen ben ik geen Nederlander. Mijn kennis van de Haagse politiek is die van de dilettant. Wat meer is: eigenlijk ben ik zelfs geen politiek journalist (meer). Na twaalf jaar dienst in de Brusselse Wetstraat, ben ik deze zomer op eigen verzoek overgestapt naar de cultuurredactie van De Morgen.’

Laatste wijziging: 23 november 2011, 21:18

Het getuigt van enige stoutmoedigheid bij het bestuur van Nieuwspoort dat ze me net omwille van die dubbele outsiderpositie toch met enige aandrang gevraagd hebben om de rol van rapporteur voor 2011 op te nemen. Ik dank de bestuurders voor dat vertrouwen. 

Daarbij moet gezegd worden dat ik wel een persoonlijke geschiedenis heb met het rapporteurschap. In de bespreking die ik voor mijn krant maakte over ‘Je hebt het niet van mij, maar’, het druk becommentarieerde rapport dat Joris Luyendijk vorig jaar afleverde, wees ik al op de treffende gelijkenis tussen fenomenen in de Nederlandse en Belgische politieke berichtgeving. ‘Als een antropoloog beschrijft Luyendijk de vier “stammen” die zijn pad kruisten: politici, lobbyisten, voorlichters en journalisten’, schreef ik toen. ‘Met name van die laatste groep is het opgehangen beeld weinig flatterend. Maar is het beeld correct? Als we eerlijk en zelfkritisch zijn: helaas vaak wel. (...) De kuddegeest, bijvoorbeeld, zit er echt wel in in dit vak: wat de een heeft, moet de ander ook hebben. Politici en voorlichters maken daar gebruik van. Bedelen journalisten om een scoop en maken ze zich daarmee ongemerkt schatplichtig aan hun bron? Jawel.’

Uiteindelijk heb ik uit die wat bittere zelfreflectie de uiterste consequentie getrokken: ik ben gestopt met over politiek te berichten. Het was natuurlijk eerst een positieve keuze om de kans te grijpen om mijn werkterrein naar de kunsten te verleggen, maar daarnaast speelde toch het gevoel dat de betovering van de Wetstraat (of van het Binnenhof in Nederland) voor mezelf uitgewerkt was.

Politieke verslaggevers moeten lange uren kloppen, en daarover kunnen ze best een boompje doorzagen. Toch blijven ze elk debat van het eerste naaldje tot het laatste draadje volgen, omdat de Wetstraat behalve een plek van macht ook een plek van betovering is. Het idee van macht is namelijk besmettelijk. Ze zullen het niet graag toegeven, maar neem het aan van deze insider: de illusie zelf deel uit te maken van dat machtsnetwerk is de drug die politieke waarnemers rechthoudt. Het is de balsem voor de vele overuren op de stoep van de Wetstraat 16.

De Wetstraat functioneert als een aparte biosfeer – zoals Luyendijk dus ook in Den Haag vaststelde –  met eigen levensvormen en gewoontes en in het Vlaams Parlement zelfs letterlijk onder een glazen stolp. Het is er normaal dat elk parlementair debat start met een halfuur gejengel vanwege de oppositie over de ‘regeling van de werkzaamheden’. Het is er normaal dat een wezenlijke discussie over de immense maatschappelijke gevolgen van de bevolkingsgroei in de steden passeert zonder enige rimpel te veroorzaken en dat een debat over nieuwe kiesregels tot diep in de nacht opwinding opwekt. Het is er ook normaal dat journalisten die nogal specifieke opwinding delen en verspreiden. Tot je pardoes tegen de wanden van de stolp botst en je dat allemaal niet meer normaal vindt. Dan is de betovering van de biosfeer ‘Macht’ uitgewerkt.

Elke goed functionerende democratie heeft behoefte aan zo’n aparte biosfeer waar politici, media, administratie en belangengroepen in een netwerk verbonden zijn. Punt is dat de bewoners van de stolp de laatste jaren aan territoriumdrift zijn gaan lijden. Er is, simpeler gezegd, gewoonweg te veel ‘politiek’ in de publieke ruimte. Als een exotische slingerplant overwoekert het politieke nieuws alle andere maatschappelijke vraagstukken, van de ontbijtprogramma’s op de radio over de opiniepagina’s in de dagbladen tot de late night shows op tv . Die focus op ‘de politiek’ in enge zin is niet gezond voor het debat.

Burgers, de mensen die buiten de stolp leven, zijn best bereid om zich over politiek en haar georganiseerde meningsverschillen te informeren. Als elk soortgelijk meningsverschil evenwel opgepompt wordt tot een crisis van het staatsbestel, dan haakt die burger af. Als er vanuit de Wetstraat elke dag geschreeuw komt, hoor je op het eind nog enkel ruis. Ziedaar de kloof tussen burger en politiek.

Voor die ruis draagt ook de politieke journalistiek een deel van de verantwoordelijkheid. Bij mijn sollicitatie bij De Morgen vroeg toenmalig hoofdredacteur Yves Desmet me of ik een journalist van de knikkers of van het spel was. Knikkerjournalisten wroeten zich door de taaie overheidsdossiers. De schatten waar zij op jagen zijn scoops uit het beleid of informatie die de regering liever verborgen houdt. De journalisten van het spel kijken naar politiek als strijdperk met voortdurend wisselende kansen en met de macht als inzet. Meteen toegegeven: ik ben zelf altijd een journalist van het spel geweest.

Gaandeweg is evenwel het evenwicht zoek geraakt tussen de knikkers en het spel in de berichtgeving. Het lijkt of vandaag elke journalist enkel nog met het spelletje begaan is. Hoewel er vandaag meer dan ooit over politiek bericht wordt, dreigt de Wetstraatpers daardoor haar rol als waakhond net minder op te nemen. Die ontwikkeling heeft met overdreven vereenvoudiging te maken. Het is zoveel gemakkelijker om een ideologische discussie over de toekomst van onze pensioenen uit te leggen als ‘ruzie’ tussen socialisten en liberalen.
Het is vaak ook een erg menselijke prestigekwestie, alsof je als journalist pas voldragen bent, als je je deelgenoot kunt tonen van informele gesprekken en niet te controleren off the record citaten. Sommige politici zijn er meester in om journalisten de indruk te geven dat ze een bevoorrechte relatie onderhouden, terwijl ze hen ‘exclusief’ en “niet om op te schrijven” hun verborgen agenda dicteren. Ook dat is deel van de betovering van de biosfeer.
En ook daar geldt: eens je de dubbele bodem in zijn hoed gezien hebt, valt het moeilijk om nog in de goochelaar te geloven.

Daarmee weze duidelijk dat ik de journalistiek niet onschuldig acht aan het fenomeen van oprukkende compromisloosheid dat ik in het kader van mijn Nieuwspoort-rapportage heb trachten te beschrijven. Bij het afwerken van dit verslag – bijna anderhalf jaar na de laatste verkiezingen - heeft België nog altijd geen regering. Nederland heeft die wel, al moesten liberalen en christen-democraten er een hoogst uitzonderlijke en fragiele gedoogconstructie voor opzetten met de PVV van Geert Wilders. In beide landen werpen partijen die zich afzetten tegen het establishment een verre schaduw over het beleid.

In die ontwikkeling draagt ook de journalistiek dus een (beperkt) deel van de verantwoordelijkheid. Met zelfkastijding heeft die vaststelling weinig te maken. Het belang van media in de manier waarop we vandaag naar het politieke bedrijf kijken is immens. De vraag naar verantwoordelijkheid van de eigen positie uit de weg gaan kan enkel een vervormde analyse opleveren.

Bart Eeckhout is journalist bij De Morgen.

Bovenstaand stuk is de inleiding bij het essay ‘Het Einde van het Compromis’, dat als verslag van de Nieuwspoort-rapportage 2011 als boek wordt uitgegeven bij Van Gennep, Amsterdam.

 

Bekijk meer van

Tip de redactie

Logo Publeaks Wil je Villamedia tippen, maar is dat te gevoelig voor een gewone mail? Villamedia is aangesloten bij Publeaks, het platform waarmee je veilig en volledig anoniem materiaal met de redactie kunt delen: publeaks.nl/villamedia

Praat mee

1 reactie

J.C. Roodenburg, 24 november 2011, 15:11

Die situatie was ook al in 1984 zo, toen ik enkele jaren parlementsredactie voor Het Vrije Volk deed. Ik herinner mij nog dat Van Aardenne - minister van Economische Zaken - het veld moest ruimen vanwege de RSV-affaire. Het spel was belangrijker dan de knikkers. Politieke partijen én verslaggevers vonden de politieke daad belangrijker dan de achterliggende feiten dat Van Aardenne in een heleboel zaken de oppositie was tegemoet gekomen. Zo zal het ook wel blijven als je ‘onder de stolp’ leeft.

Colofon

Villamedia is een uitgave van Villamedia Uitgeverij BV

Uitgever

Dolf Rogmans

Postadres

Villamedia Uitgeverij BV
Postbus 75997
1070 AZ Amsterdam

Bezoekadres

Johannes Vermeerstraat 22
1071 DR Amsterdam

Factuurgegevens

Villamedia Uitgeverij BV
Johannes Vermeerstraat 22
1071 DR Amsterdam

Contact

redactie@villamedia.nl

Redactie (tips?)

Chris Helt, hoofdredacteur

Marjolein Slats, adjunct-hoofdredacteur

Linda Nab, redacteur

Lars Pasveer, redacteur

Trudy Brandenburg-Van de Ven, redacteur

Rutger de Quay, redacteur

Sales

Sofia van Wijk

Emiel Smit

Teddy van der Laan

Webbeheer

Marc Willemsen

Vacatures & advertenties

vacatures@villamedia.nl

Bereik

Villamedia trekt maandelijks gemiddeld 120.000 unieke bezoekers. De bezoekers genereren momenteel zo’n 800.000 pageviews.

Rechten

Villamedia heeft zich ingespannen om alle rechthebbenden van beelden en teksten te achterhalen. Meen je rechten te kunnen doen gelden, dan kun je je bij ons melden.