Nieuwe Nederlanders maken Nieuwe Revu

Drie op de vier Nederlanders is voor opvang van vluchtelingen uit oorlogsgebied, maar worden overschreeuwd door de acht procent die daar anders over denkt, schrijft hoofdredacteur Jonathan Ursem in de Nieuwe Revu van deze week. Het werd tijd dat er wat tegengas kwam, lijkt hij te willen zeggen. Want de editie die nu in de schappen ligt, staat geheel in het teken van nieuwe Nederlanders, en alle grote producties in het blad zijn gemaakt door (voormalig) vluchtelingen. Uit Syrië, maar ook uit Irak, Afghanistan en Sierra Leone.
Het nummer kwam tot stand in samenwerking met regisseur Dennis Overeem van The Buddy Film Project. Overeem maakt films met acteurs, fotografen, journalisten, filmmakers en andere creatieven uit conflictgebieden, om ze een doel, een netwerk en een fijne start te geven in hun nieuwe thuisland. Diezelfde mensen werkten mee aan de (beeld)verhalen in Nieuwe Revu.
De Syrische Omar Imam neemt ons bijvoorbeeld mee op een droomreis met zijn bijzondere fotoproject Live, Love, Refugee. Daarvoor liet hij Syrische vluchtelingen in een kamp in Libanon hun dromen naspelen.
De uit Syrië afkomstige Linda Belal – die we al eerder spotte op De Correspondent – interviewde Wasim Arslan die vluchtte uit Aleppo, en nu frontman is van de band Sarsaria.En Babah Tarawally, die in 1995 van Sierra Leone naar Nederland vluchtte, interviewde Johnny de Mol, die met zijn stichting Movement on the Ground bootvluchtelingen opvangt op het Griekse eiland Lesbos. Hij heeft een boodschap voor de acht procent: ‘Ik vraag alleen: praat wat zachter’, zegt de acteur en presentator. ‘Als je de situatie niet zo goed kent, praat op een wat mildere toon.’
Het is een diverse editie van Nieuwe Revu geworden, met een mooie boodschap. Nog mooier zou het zijn, als we de gezichten uit deze editie vaker terug zouden zien in de kolommen van Revu. Dan laat je zien dat je echt een verschil wilt maken.
Praat mee