New York Times koopt raadspel Wordle

Wie op sociale media zit kan het niet ontgaan zijn, de ontelbare screenshots die mensen posten met scores van Wordle. Ik heb het inmiddels zelf moeten uitfilteren, want het liep eerlijk gezegd uit de klauwen. Maar het bewijst de populariteit van het raadspelletje.

Met Wordle moet je proberen om binnen zes pogingen een vijf-letterwoord te raden. Je mag maar één keer per dag een poging wagen.

Vorig jaar namen 455.000 mensen een digitaal abonnement op de New York Times, waar 320.000 voor de journalistiek kwamen. De rest nam een abonnement op lucratieve nevenfuncties: kruiswoordpuzzels, recepten en recensiesite Wirecutter. Deze niet direct aan journalistiek gerelateerde activiteiten vormen kortom een niet onaanzienlijk deel van de totale omzet.

Collega Nick schreef recent al over deze verschuiving in het denken bij de krant. Kortom, niet alleen journalistieke producten houden ons overeind, ook hele specifieke en gewilde producten zijn een potentieel lucratieve inkomstenbron.

Maker Josh Wardle - see what he did? - meldt op Twitter dat hij zich niet kon voorstellen dat zijn spelletje zo immens populair zou worden. Hij maakte het voor zijn partner. “Het is ongelooflijk om te zien hoe een spel zoveel plezier brengt”, schrijft Wardle.

Hij zegt dat het succes van het spel hem als éénpitter enigszins boven het hoofd groeide. De overname door de New York Times kwam als geroepen aldus Wardle. Hij werkt met de uitgeverij samen zodat scores behouden blijven en dat het spel gratis te spelen blijft.

An update on Wordle pic.twitter.com/TmHd0AIRLX

— Josh Wardle (@powerlanguish) January 31, 2022

Een overnamebedrag is niet bekend gemaakt.