Nepnieuws in Afrika: kwart deelt weleens bewust nepnieuws

Niet alleen in Europa en de Verenigde Staten is nepnieuws een probleem, ook in in Afrika steekt het vaak de kop op. Dat blijkt uit onderzoek van Herman Wasserman van de Universiteit van Kaapstad en Dani Madrid-Morales van de Universiteit van Houston. De twee onderzoekers ondervroegen 755 mensen uit Kenia, Nigeria en Zuid-Afrika.
Ongeveer een derde van de ondervraagden (38 procent van de Kenianen, 28 procent van de Nigerianen en 35 procent van de Zuid-Afrikanen) zegt weleens nieuws gedeeld te hebben dat achteraf nep leek. Tussen een vijfde (Zuid-Afrika) en een kwart (Nigeria en Kenia) van hen zegt dat weleens gedaan te hebben, terwijl allang duidelijk was dat het bericht in kwestie nep was.
De twee wetenschappers besloten de verspreiding van nepnieuws in Afrika te gaan onderzoeken, omdat daar nog relatief weinig aandacht voor is. “Tot nu toe werd het fenomeen vooral bestudeerd in de Verenigde Staten en Europa, waar het sinds kort sterk in de schijnwerpers staat”, schrijven ze op The Conversation. “Voor de situatie in Afrikaanse landen was er relatief weinig aandacht. In Afrika neemt desinformatie vaak de vorm aan van extreme uitingen die aanzetten tot geweld, of racistische, misogyne en xenofobe berichten via platforms zoals WhatsApp.”
Volgens de onderzoekers zegt slechts, afhankelijk van het land, 1 tot 3 procent van de ondervraagden helemaal nooit met nepnieuws in aanraking te zijn gekomen. Wasserman en Madrid-Morales trekken de vergelijking met de VS, waar dat percentage in 2016 op 12 procent lag. De respondenten zeggen verder dat zij zelf de belangrijkste spil zijn in het tegengaan van nepnieuws. Twee op de drie vindt het niet verspreiden ervan een grote verantwoordelijkheid van de burger.
Respondenten die vaker worden blootgesteld aan onzinberichten, hebben daarnaast minder vertrouwen in de gevestigde media. In het verlengde daarvan bleek eerder deze week dat inwoners van westerse landen die de media niet vertrouwen, eerder geneigd zijn in nepnieuws te trappen. Meer bij De Wereld van Morgen
Praat mee