Na 5000 studenten journalistiek verlaat Clement Tonnaer de opleiding

De Academie voor de Journalistiek in Tilburg, ook wel bekend als de Fontys Hogeschool Journalistiek, heeft afscheid genomen van de laatste pionier. Na zijn studie politicologie in Nijmegen kwam Clement Tonnaer in 1980 in dienst als docent om pas 39 jaar later weg te gaan. Hoewel, helemaal weg gaat hij niet.
‘Moet ik dit zeggen’, aarzelt Tonnaer aan de telefoon. ‘Vooruit. Ik ben van plan een boek te schrijven over veertig jaar journalistiek onderwijs in Tilburg. Het zal wel iets met een website worden waar anderen ook hun ervaringen achter kunnen laten. De opleiding in Utrecht deed dat eerder toen ze 50 jaar bestonden. Dat vond ik mooi. Zo dan heb ik het gezegd en zit ik er aan vast.’
‘In tegenstelling tot anderen heb ik namelijk nooit wat weggegooid. Elk stukje papier, verslag, bidprentje van een overleden student, ingeleverd stuk. Alles heb ik bewaard. Ik ben de afgelopen tijd een paar keer met de auto op en neer gereden tussen school en huis om het op te halen. Andere collega’s zag ik op hun laatste dag met een boodschappenwagentje vol papier naar de kliko lopen. Dat heb ik niet gedaan.’
De waarde van een goed archief valt niet te onderschatten. Als oud-student Twan Huys op de academy verschijnt voor een bijeenkomst, is het Tonnaer die nog diens brief op poten aan de eindexamencommissie in bezit heeft. Huys was de eerste keer gezakt en in klaagschrift van zes kantjes nam hij daar geen genoegen mee.
Een echt afscheid zit er komend jaar dus niet in. Bovendien blijft hij kranten lezen (misschien eentje minder), radio luisteren (misschien wat vaker een podcast), oud-studenten een kattebelletje sturen (als Jean Pierre Geelen een goede column maakt) en blijft hij hij lid van deze en gene jury.
Maar als ik hem over de telefoon spreek is hij toch ook al weer een week of drie in Limburg in zijn ouderlijk huis. ‘Na het overlijden van mijn moeder, tien jaar geleden, hebben we het huis aangehouden en ben ik tuinman geworden. In de weekeinden. En nu wat vaker.’ Een klein beetje afscheid dus wel.
Veertig jaar onderwijs en Tonnaer klinkt nog of zijn eerste week er net op zit. En het was fantastisch. Tonnaer: ‘Ik ben nieuwsgierig. Naar de ontwikkelingen in het onderwijs, de nieuwe dingen in de journalistiek en naar de studenten. Ik had nog best door gewild, maar dat kon niet. En ik heb twee fantastische opvolgsters; Marieke Boerefijn en Sandra van Steen’.
Daar waar enige slijtage of vermoeidheid heel normaal zouden zijn, is Tonnaer nog steeds uitermate enthousiast over het lesgeven. Elke periode heeft zo zijn charme gehad. In het begin van zijn loopbaan en tevens het begin van de opleiding overheerste de georganiseerde wanorde. ‘We hadden helemaal nog geen lesprogramma. Na elke periode gingen we bij elkaar zitten om te bedenken wat we nu weer zouden doen’.
Tegenwoordig worden studenten direct in het diepe gegooid en mogen ze verhalen maken in gemeenten rond Tilburg. Met, tot voor kort, Tonnaer als een van de enthousiaste begeleiders. ‘Ik vind het fantastisch om te zien hoe die jonge mensen zich daar helemaal instorten.’
En natuurlijk is er het geheim om zo jong te blijven. De nieuwsgierigheid, onthult Tonnaer. Wie benieuwd blijft naar wat er komen gaat en naar de beweegredenen van anderen, verzuurt zelf niet.
Hij heeft naar schatting vijfduizend studenten zijn levenswijsheden mogen meegeven. Precies weten doet hij het niet. Tonnaer mocht dan alles bewaren, de opleiding zelf liep wel regelmatig naar de kliko.
En zoals het Tonnaer betaamt, besluit hij het telefoongesprek met ‘Ik laat je nog weten wat ik er van vind’. Ik had niet anders verwacht.
Praat mee