Kritiek op onderzoeksmethode Eric Smit
Om een discussie aan te zwengelen over de Nederlandse onderzoeksjournalistiek heeft onderzoeksjournalist Marcel Metze het boek 'Nina, de onweerstaanbare opkomst van een power lady' van Eric Smit langs de lat gelegd. In het essay 'Het geheim van Smit' in De Groene Amsterdammer komt hij ook met de nodige zelfkritiek. Metze plaatst vraagtekens bij de onderzoeksmethode die Smit gebruikte voor zijn boek. Zo heeft hij een overzicht gemaakt van de gebruikte bronnen en komt tot de conclusie dat er 'weinig 'harde' documenten zijn, er veel gebruik wordt gemaakt van brieven en stukken van en advocaten en is er een gebrek aan informatie omtrent de precieze bijdrage van de gevoerde gesprekken'.
Volgens Metze is Nina daardoor een verslag geworden “dat a) sterk rust op informatie uit de tweede hand en van wisselende betrouwbaarheid, waarin b) de bronvermelding incompleet is, en waarin c) de visie van Nina’s tegenstander is oververtegenwoordigd - zowel via de brieven van Hammerstein als via anonieme interviews - en die van haar vrienden ondervertegenwoordigd”.
Metze maakt een verschil tussen acces journalism: ofwel publicaties vol anekdotes en ‘inside stories’ die beschrijven wat betrokkenen zeiden en dachten en accountability-oriented reporting: verslaggeving die wordt onderbouwd (verantwoord) met gegevens van rechtszaken en officiële financiële rapporten en materiaal dat wordt aangedragen door klokkenluiders, belangengroepen en dergelijke. Beide methoden zouden volgens hem beter in balans moeten zijn.
Als Metze op bovenstaande wijze naar zijn eigen boeken kijkt die hij schreef in de jaren negentig komt hij tot de conclusie dat die journalistieke boeken “mijn huidige kwaliteitstoets niet kunnen doorstaan”. Onderzoeksjournalistiek zou professioneler moeten gaan opereren en moeten uitstijgen boven het niveau van de ruzies en het gekrakeel, aldus Metze.
Onderzoeksmethoden zouden dichter moeten laten aansluiten bij die van de wetenschap, waar bronvermelding en methodische transparantie verplicht zijn en de basis vormen voor de controleerbaarheid en intercollegiale toetsing van een onderzoek (peer group reviews). “Een zelfgekozen verplichting tot grondige verantwoording zal zeker leiden tot betere kwalitatieve selectie van bronnen. [...] Het zou een helder onderscheid maken tussen on en off the record-passages afdwingen, uitvoeriger beschrijving van de onderzoeksmethode, grote zelfkritiek - en daarmee leiden tot een aanzienlijk grotere transparantie en geloofwaardigheid van de resultaten.”
Meer bij De Groene Amsterdammer (artikel achter betaalmuur)
Praat mee
1 reactie
Kees Cornelder, 28 augustus 2010, 08:00
Ik heb het stuk van Metze gelezen: het moge permanent op ieders bureau prijken die met onderzoeksjournalistiek bezig is.
Het staat -gróte winst- godzijdank los van de emo-cultuur waarin de familie Journaille al tijden met open ogen ingetuind is.