Journalisten niet meer welkom in sommige buurten en bij sommige groepen

Voor heel veel journalisten is het op dit moment moeilijk om in bepaalde wijken hun werk te doen. En om in de buurt van bepaalde groepen hun werk te doen. 'Dit is geen uitzondering meer. Dit is regel aan het worden'. Dat zegt Peter ter Velde, veiligheidscoördinator bij de NOS in een interview bij het radioprogramma Kunststof.
Ter Velde heeft zojuist een veiligheidsplan voor journalisten geschreven dat de komende maanden wordt besproken met het openbaar ministerie, de politie en redacties. Daarin beschrijft hij de veiligheidssituatie van journalisten in Nederland en doet aanbevelingen. In het najaar moet blijken wat er uit zijn plan wordt overgenomen. Hij schreef het op verzoek van een werkgroep met daar vertegenwoordigers van de NVJ, het Genootschap van Hoofdredacteuren, het OM en de politie. Ter Velde pleit onder meer voor meer bewustwording onder journalisten en betere opleidingen. Op de website persveilig.nl staat daar meer informatie over.
In Kunststof sprak hij over het plan en de aanleiding. Tegen presentator Frénk van der Linden zegt hij: ‘Het zijn wijken waar veel Marokkaanse Nederlanders wonen. Wijken waar zeg maar arme gewoon witte Nederlanders wonen. Een beetje de achterstandswijken.’
Van der Linden: Wat gebeurt daar dan als je daar komt?
Ter Velde: ’Er worden journalisten belaagd. Ze worden uitgescholden. Er was laatst nog een ploeg van omroep Flevoland in Urk notabene die een rookbom in hun auto gegooid kreeg’.
Van der Linden: Is dat net zo structureel als je constateerde ten aanzien van die columnisten?
Ter Velde: ‘Er zijn allerlei groepen en wijken. Vroeger had je voetbal hooligans. Er was geen cameraman die bij voetbalhooligans wilde filmen want dat was gewoon veel te gevaarlijk. Tegenwoordig heb je Pegida, Antifa, soms klimaat activisten. Je hebt demonstraties van Turken en Koerden. Zeg maar buitenlandse conflicten die hier naar toekomen met alle emoties van die regio. Het Israëlisch-Palestijns conflict. Er zijn inmiddels zoveel groeperingen en wijken waar je als journalist eigenlijk niet meer kunt komen. Dit is geen uitzondering meer. Dit is regel aan het worden. Er zijn media die standaard al beveiligers meenemen naar dat soort wijken en demonstraties
Van der Linden: Wat is er aan te doen?
Ter Velde: ‘Het OM en politie willen het serieuzer nemen. Bij journalisten gaat het om bewustwording. Weet dat het speelt. (…) Wat ik vind, is dat een mediabedrijf een aantal maatregelen moet nemen. Je kunt niet tegen iemand die nieuw binnenkomt zeggen “scherm je social media maar een beetje af”. Een journalist moet getraind worden. Er moet oog zijn voor degene die online worden aangevallen. Er moet een psychologisch sociaal traject zijn om ze te helpen. Ik wil met dit stuk zeggen: dit hoort helemaal niet bij dit vak. Natuurlijk je zult altijd wat oppositie krijgen. Tot op zekere hoogte. Maar er is wel een grens. En die grens is nu langzaam maar zeker misschien wel bereikt’.
Van der Linden: Je hebt een speciaal oog vrouwen en mensen met een migratie-achtergrond.
Ter Velde: ‘De positie van vrouwen is extra kwetsbaar op social media. Daar wordt sneller en harder op gereageerd dan op mannen. De meerderheid van mensen die reageren is nu eenmaal man. Als deze vrouwen ook nog eens een kleur hebben anders dan dat ze wit zijn, worden ze nog eens harder aangepakt. Het zijn hele kwetsbare mensen. Daar kun je op zich niet zo heel veel aan doen. Hoewel. Als mensen echt racistische uitspraken doen dan kun je aangifte doen. Dan ben je gewoon strafbaar’.
Eerder in het gesprek constateert Ter Velde dat online aanvallen op journalisten veel schade kunnen aanrichten. ‘Ik ben PTTS-achtige verschijnselen tegen gekomen.’
Meer bij Kunststof.
Praat mee