‘Journalist is Wob misbruiker’
U weet het nog niet, maar u bent als journalist een misbruiker. Dat zeg ik niet, maar dat zegt straks een ambtenaar tegen u. Het is een wetsvoorstel waarmee minister Spies (CDA) op de proppen komt. Zij presenteerde een wetsvoorstel om de Wet openbaarheid van bestuur (Wob) in te perken. Het doel is het misbruik te stoppen, waarbij ze doelt op onwenselijke verzoeken van burgers en niet op de obstructie door ambtenaren met advocatenkantoren die worden ingezet om informatieverzoeken te frustreren.
Interessant daarbij is dat misbruik in haar ogen ‘onredelijk gebruik’ van de Wob is en omvangrijke verzoeken. Vooral dat laatste is interessant, omdat als argument geldt dat de beslistermijn niet gehaald gaat worden. Daardoor kan de burger om een dwangsom vragen. Een belachelijke regeling voor een overheid die niet in staat is om relatief eenvoudig documenten toegankelijk te maken.
Terugkijkend in mijn Wob-praktijk besef ik dat mijn informatieverzoek naar de inval in Irak onder de nieuwe regeling zou vallen. Daar ging het om veel documenten, omdat het een lijvig dossier betreft. Maar ja een oorlog ga je niet zomaar aan en juist daar is controle belangrijk. Juist bij het CDA lag dit dossier gevoelig en toenmalig minister-president Balkenende verzette zich jaren tegen iedere vorm van transparantie. Deze wetswijziging zou maar wat prettig zijn geweest.
Ook kleinere dossiers zijn al snel lijvig. Een onderzoek naar de brakke beveiliging van de OV-chipkaart telde destijds ook duizend pagina’s. Had men die goed gelezen dan was voorkomen dat ik ooit het falen van de overheid moest aantonen. Maar mijn dossier van tienduizenden pagina’s zou minder onderbouwd zijn geweest als ik wat vaker als ‘misbruiker’ was bestempeld. Kennelijk is het normaal miljarden uit te geven, maar openbaarmaking van de documenten over het project is een onredelijk verzoek.
Maar journalisten misbruiken de wet in de ogen van de overheid vaker. Ooit kreeg ik te horen dat ik de wet misbruikte toen het CBP vroeg om het dossier rond de privacy van de OV-chipkaart. ‘Daarvoor is de wet niet bedoeld’, sneerde een voorlichter toen. Uiteindelijk bleek de wet er wel voor bedoeld en kreeg ik de stukken ook gewoon.
Ook verzoeken om inzage te krijgen hoe de overheid zich aan de eigen regels rond ICT hield, werden door diverse gemeenten als misbruik bestempeld. Daaronder zaten gemeenten die nog geen twee jaar later zo lek als een mandje bleken te zijn. Precies dat wat dit Wob-verzoek evident had moeten maken.
Zo kan ik nog wel even doorgaan. Een Wob-verzoek over het EPD, een nieuwe wet, ICT-projecten, financiële keuzes of een maatschappelijk onderwerp zijn eenvoudig mappen gevuld met tienduizenden pagina’s papier.
Natuurlijk is evident dat dit geen misbruik is, maar dat is het punt niet. De praktijk rond de Wob leert dat ambtenaren de wet graag oprekken en nooit in het voordeel van transparantie. Dus is het redelijk zeker dat ook de misbruikclausule volop misbruikt gaat worden.
Een voorlichter van BZK vertelde me niet te kunnen uitsluiten dat de vrije pers hier hinder van gaat ondervinden. Fijntjes wijst hij erop dat je dan naar de rechter kunt. Leuk, maar het hoger beroep is bij de Raad van State. De man die daar de baas is, is de aanstichter van de nu voorliggende inperking. Dat wordt helder uit de toespraak die deze ellende in gang zetten en duidelijk is dat meneer niet gediend is van wobbende journalisten. Die leiden alleen maar tot discussie en dat is wel het laatste wat je wilt in een democratie.
Brenno de Winter is onderzoeksjournalist
Praat mee
2 reacties
Mathias de Graag, 5 juli 2012, 15:14
Volgens mij moet je dit als journalist zien als een groot compliment. Wobben wordt door ambtenaren als lastig ervaren. Prima toch?
Uiteraard vervelend dat ons werk nu moeilijker wordt…
J. Lena, 6 juli 2012, 14:13
Hoop dat Brenno en vele anderen de site van het ministerie opzoeken om hun protest te laten horen tegen deze ongelofelijk ondemocratische wetaanpassing! Erg slim van het ministerie om zo’n omstreden aanpassing in de vakantie aan te jagen. Ze plaatst de ambtenaar op de stoel van een rechter: die ambtenaar moet beslissen of de opgevraagde informatie relevant is of niet (‘of het belang van de openbaarheid in verhouding staat tot de investering in tijd en geld’) om er zijn tijd aan te besteden. Dit is niet de taak van een ambtenaar, als hij dit al zou kunnen. Evenmin kan een bestuursorgaan bepalen of de Wob onredelijk wordt gebruikt. De ambtenaar is er voor burger en samenleving en niet voor zijn al dan niet drukke agenda. Dit wordt meer en meer vergeten. Er kan beter een voorstel komen om de te drukke ambtenaar op een cursus timemanagement te sturen, hem te verplichten een goed content management systeem aan te leggen en zich in te zetten voor meer open data, dan een draconische aanpassing van de wet ter bescherming van de burger ten nadele van die burger in het leven te roepen.