training eu starters

— maandag 24 april 2023, 08:00 | 1 reactie, praat mee

Hoe herken je nepnieuws en welke tools zijn geschikt om het op te sporen?

© Unsplash

Met de snelheid waarmee kunstmatige intelligentie zich ontwikkelt zullen steeds meer journalisten geconfronteerd worden met gemanipuleerde foto’s, deep fakes en onbetrouwbare teksten. Gelukkig zijn er veel tools waarmee desinformatie kan worden opgespoord en aangetoond. Maar welke tools zijn geschikt en hoe vind je je weg in die gigantische gereedschapskist? Laatste wijziging: 25 april 2023, 07:22

Dit artikel wordt met je gedeeld door NVJ-lid Ren de Vree. Ook lid worden?

Van tools voor metadata-analyse en het scrapen van social media, tot tools om zeeschepen te spotten en cryptotransacties te tracken. Alleen de toolbox van onderzoekscollectief Bellingcat bevat al honderden tools voor onderzoeksjournalisten. Veel van die tools gaan over het verifiëren van locatiegegevens en het onderzoeken van beeld- en video­materiaal. Behalve deze goudmijn zijn er online nog tal van andere plekken – nationaal en internationaal – waar tools te vinden zijn.

Journalisten die desinformatie en complottheorieën tot hun specialisme hebben gemaakt, zullen ongetwijfeld aardig hun weg weten te vinden in het woud van tools. Maar moeten niet alle journalisten zo zoetjesaan weten hoe ze desinformatie kunnen tackelen? Nu kunstmatige intelligentie zich razendsnel ontwikkelt, worden de mogelijkheden voor kwaadwillenden om nepnieuws te verspreiden immers in rap tempo vergroot.

Reverse image search
De beste tools zijn die waarin softwareontwikkelaars, journalisten en AI-specialisten in een vroeg stadium van de ontwikkeling samenwerken, betoogt Peter Burger. Samen met Alexander Pleijter coördineert hij de factcheck-website Nieuwscheckers, een initiatief van opleiding Journalistiek en Nieuwe Media van de Universiteit Leiden.
‘Een mooi voorbeeld van zo’n geslaagde samenwerking is InVID’, zegt Burger.

‘Dat is een allround tool voor het onderzoeken van beeldmateriaal en een van de meest succesvolle tools voor reverse image search. De tool is onder andere ontwikkeld in samenwerking met journalisten van AFP en Deutsche Welle en een voorbeeld van ontzettend goed besteed Europees geld, want hij is ontwikkeld met subsidie van de Europese Commissie.’ InVID is gebruiksvriendelijk, gratis en individueel te gebruiken. Dat maakt het volgens Burger tot een populaire tool. ‘Je ziet vaak dat developers eerst een tool maken en vervolgens pas onderzoeken hoe die in de praktijk kan worden gebruikt. Dat werkt meestal minder goed.’

De mogelijkheden voor kwaadwillenden om nepnieuws te verspreiden worden in rap tempo vergroot

Panoramafoto
De vraag is alleen: hoe weet je dat InVID en andere tools bestaan en te gebruiken zijn? Journalisten die Burger spreekt, geven aan dat het best ingewikkeld is om bij te blijven. ‘Er zijn gewoon te veel tools en er is te weinig tijd. Met name bij nogal specialistische tools is het lastig om routine te verwerven in het gebruik ervan. InVID is typisch een tool die je regelmatig nodig hebt. Maar je hebt ook een tool als de Image Composite Editor van Microsoft, die een panoramafoto ­samenstelt van een losse verzameling foto’s. Handig als je bijvoorbeeld een beter overzicht wilt hebben van een demonstratie. Alleen is het de kunst om je die tool te ­herinneren op het moment dat je hem nodig hebt.

Hoe blijft Burger zelf bij? Allereerst door samen te werken en kennis te delen met andere wetenschappers, journalisten en ontwikkelaars. Zo is hij aangesloten bij Benedmo, een Vlaams-Nederlands netwerk van factcheckers, mediaprofessionals, OSINT-specialisten, wetenschappers en andere experts. Ook Bellingcat is lid van dit netwerk. Daarnaast volgt hij het International Fact-Checking Network (IFCN) en bezoekt hij regelmatig congressen. Via publicaties en workshops geeft hij een deel van die kennis weer door aan Nederlandse redacties.

‘Journalisten zijn van oudsher misschien niet de beroepsgroep die veel kennis deelt, maar op dit terrein is dat gelukkig juist wél het geval. Rond de Provinciale Statenverkiezingen hebben we zelf bijvoorbeeld een factcheckmarathon georganiseerd met Pointer (KRO­NCRV) en het AD. Ik was onder de indruk van wat Pointer allemaal zelf heeft ontwikkeld op het gebied van tools.’

Het is belangrijk dat er fondsen zijn die niet alleen de ontwikkeling van een tool finan­cieren, maar ook het onderhoud ervan

Ambassadeurs
Burger raadt grote redacties aan om ambassadeurs aan te wijzen die zich tot doel stellen bij te blijven op dit gebied en hun collega’s bij te praten en te enthousiasmeren. ‘Dat kan een developer zijn of een onderzoeksjournalist, liefst mensen die kunnen scrapen of programmeren. Het kan in ieder geval helpen om via de ambassadeurs aangehaakt te blijven bij de laatste ontwikkelingen.’

Is het eigenlijk wel een gelijke strijd nu AI aan zo’n grote opmars bezig is? De zakken van Silicon Valley lijken eindeloos diep, terwijl met de meeste factcheck-tools nauwelijks droog brood te verdienen is.

Burger: ‘Het verdienmodel is een probleem, dat merken wij bijna iedere dag. Daarom is het belangrijk dat er fondsen zijn die niet alleen de ontwikkeling van een tool financieren, maar ook het onderhoud ervan. Tegelijkertijd kunnen we bepaalde tools juist gebruiken dankzij de grote tech-bedrijven. Wij maken bijvoorbeeld gebruik van Google Claim Review, waarmee onze factchecks prominent worden uitgelicht in Google. Maar inderdaad bekruipt je soms wel een David tegen Goliath-gevoel, waarbij wij helaas niet beschikken over een geheim wapen en Gods hulp.’ 

Tools tegen nepnieuws
Veel tools zijn te vinden in de openbare toolbox van onderzoekscollectief Bellingcat. Verschillende fondsen stimuleren de ontwikkeling van tools, zowel inhoudelijk als financieel, zoals het SIDN Fonds, de Limelight Foundation, het Vlaams Journalistiek Fonds en het Digital News Initiative van Google.

Sluit je aan bij netwerken als Benedmo. Volg wetenschappers die met dit onderwerp bezig zijn, zoals Nieuwscheckers in Nederland.

Nina Eshuis, freelance datajournalist voor onder meer de Volkskrant en The Investigative Desk:
Als journalist bij het Leidsch Dagblad is Eshuis een tijdje geleden betrokken geraakt bij de ontwikkeling van TwitterTap, een mede door het SIDN Fonds gesubsidieerd platform waarmee je tweets en de patronen op Twitter kunt analyseren.

‘In het begin was de tool vrij visueel en conceptueel zonder dat je er echt harde data uit kon halen, terwijl we dat wel nodig hadden om onze methode te kunnen verantwoorden. Daar is de tool op aangepast. Maar we vroegen ook om heel praktische zaken, bijvoorbeeld de mogelijkheid om zelf informatie vanuit de Tool te kunnen downloaden. Het was fijn om mee te kunnen denken.’ Uiteindelijk paste Eshuis de tool toe in een verhaal rondom de Tweede Kamerverkiezingen in 2021, waarbij ze dankzij TwitterTap inzicht kreeg in hoe PvdA-Kamerlid Kati Piri in de aanloop naar de verkiezingen te maken kreeg met duizenden tweets van Turkse spamaccounts. ‘Door TwitterTap zagen we veel activiteit rondom haar account, de tool maakte het heel inzichtelijk en visueel.’
 
Eshuis heeft een paar tools die ze vaak gebruikt, onder meer Tabula,­ een tool waarmee je datatabellen uit pdf’s kunt halen. ‘Dat is een erg praktische tool die je werk efficiënter maakt. Af en toe krijg je tips voor nieuwe tools van collega’s, maar eigenlijk zou ik het beter moeten bijhouden.’
Haar tip voor collega’s? ‘Parsehub is een mooie tool om websites te scrapen, waarbij informatie geautomatiseerd van websites wordt gehaald. Hij is gratis en heel toegankelijk.’

Timo Nijssen, onderzoeks­journalist bij RTL Nieuws:
Nijssen merkt dat het in de praktijk vaak lastig is om een tool aan te laten sluiten bij het onderzoek waarmee hij bezig is. ‘Een tool als

RadiTube, waarmee je radicale content op YouTube kunt doorzoeken, ziet er in eerste instantie prachtig uit. Alleen maken zij zelf al een voorselectie van wat zij zelf de meest radicale kanalen vinden, terwijl je als journalist het liefst zelf alles wil kunnen doorzoeken. Bovendien blijft het lastig dat de grote tech-bedrijven geen inzicht geven in hun algoritmes.’

Ook Nijssen pleit ervoor om journalisten zo vroeg mogelijk te betrekken bij de ontwikkeling van tools. ‘Het zou perfect zijn als ontwikkelaars een geraamte van een tool maken en dat die tool dan specifiek voor jouw onderzoek op maat kan worden gemaakt.’ Nijssen blijft vooral bij door collega’s op social media te volgen, zoals Henk van Ess die veel over tools twittert. ‘Vergeet niet dat het ook om creativiteit draait. Soms volstaat een heel simpele tool om een complexe vraag te beantwoorden.’
Zijn tip voor collega’s?

‘Laat je niet uit het veld slaan, met simpele tools kun je een heel eind komen. 70 tot 80 procent van de informatie die je zoekt, is te vinden bij standaard zoekmachines als Google.’

Bekijk meer van

Tip de redactie

Wil je Villamedia tippen, maar is dat te gevoelig voor een gewone mail? Villamedia is aangesloten bij Publeaks, het platform waarmee je veilig en volledig anoniem materiaal met de redactie kunt delen: publeaks.nl/villamedia

Praat mee

1 reactie

Eduard Bekker, 24 april 2023, 15:31

Link naar INVID is dode link.

Colofon

Villamedia is een uitgave van Villamedia Uitgeverij BV

Uitgever

Dolf Rogmans

Postadres

Villamedia Uitgeverij BV
Postbus 75997
1070 AZ Amsterdam

Bezoekadres

Johannes Vermeerstraat 22
1071 DR Amsterdam

Factuurgegevens

Villamedia Uitgeverij BV
Johannes Vermeerstraat 22
1071 DR Amsterdam

Contact

redactie@villamedia.nl

Redactie (tips?)

Chris Helt, hoofdredacteur

Marjolein Slats, adjunct-hoofdredacteur

Linda Nab, redacteur

Lars Pasveer, redacteur

Trudy Brandenburg-Van de Ven, redacteur

Rutger de Quay, redacteur

Nick Kivits, redacteur

Sales

Sofia van Wijk

Emiel Smit

Loes Smit

Webbeheer

Marc Willemsen

Vacatures & advertenties

vacatures@villamedia.nl

Bereik

Villamedia trekt maandelijks gemiddeld 120.000 unieke bezoekers. De bezoekers genereren momenteel zo’n 800.000 pageviews.

Rechten

Villamedia heeft zich ingespannen om alle rechthebbenden van beelden en teksten te achterhalen. Meen je rechten te kunnen doen gelden, dan kun je je bij ons melden.