Fotograaf Frans Nikkels: ‘Ik zie overal armen en benen die langs elkaar heen schieten’
Naar foto’s kijk je. Beeldredacteur Theo Audenaerd doet meer. Hij vertelt het verhaal achter een foto. Dit keer spreekt hij Frans Nikkels. De fotograaf vertelt hoe hij drie huisgenoten in de juiste pose krijgt om hun fitnessoefeningen te doen.
‘Ik kon mijn auto nergens kwijt. Het had die dag flink gesneeuwd in Enschede en in de Oldenzaalsestraat lagen aan weerskanten sneeuwwallen met daarin gestrande auto’s’, vertelt fotograaf Frans Nikkels. Hij werkt al sinds 1998 voor Tubantia, eerst in vast dienstverband maar later, nadat de Belgische krantenbaas Christian van Thillo op het toneel verscheen, als freelancer.
‘Ruim een half uur later dan afgesproken, bel ik ’s avonds aan bij “het Paarse Huis”. In deze voormalige kantoorvilla wonen dertien jonge mensen. Een stuk of wat creatievelingen uit de muzieksector en een aantal studenten. Verslaggever Bran Remie, die de reportage maakt, is een van de bewoners. Hij doet de deur open. De fotoredactie vroeg me foto’s te maken bij zijn stuk over zijn huisgenoten die door de pandemie tot elkaar veroordeeld zijn. Activiteiten zoals deze wekelijkse fitnesssessie, zijn bedoeld om het met elkaar leefbaar te houden binnenshuis. En om de buikomvang te beperken.
Remie wijst me de weg naar de kamer van Teun die is omgetoverd tot fitnesslokaal. Teuns tempel noemen ze dat. Teun is die gast met krullen en zonder shirt. Die andere zijn Eline en Niek. Ze hebben van tevoren zelf bedacht hoe de foto eruit moet zien. Er is er zelfs al een gemaakt.
Maar daar ben ik natuurlijk niet voor gekomen.
Hoewel het een ruime kamer is, oogt hij erg vol en het licht is slecht. Ik vraag een vierde student om mijn flitser vast te houden. Het drumstel in de kamer is storend aanwezig in mijn eerste beelden. Ik zie overal armen en benen die langs elkaar heen schieten. Het is een chaos. Dit moet anders. Ik kies een andere beeldhoek. Ik zet de drie jonge gasten op hun plek en op mijn commando nemen ze het gewenste standje aan. Vlot gaat dat nog allerminst. Ze moeten alle drie afzonderlijk een pose aannemen die niet lang vol te houden is. Hun gekibbel duurt zo lang dat ik er maar even bij ben gaan zitten tot ze het met elkaar eens zijn.
En dan komt dat moment dat het wel lukt. Na een half uur sta ik weer buiten in de sneeuw.’
De foto stond 17 februari in dagblad Tubantia.
Praat mee