De Pegel gaat langs bij Nick Kivits: ‘Ik heb het geluk dat ik heel snel kan tikken’

Hoe creëer je ruimte voor journalistiek die je écht belangrijk vindt? Om daarachter te komen, spreken freelancers Sjoerd Arends en Erwin van ’t Hof met vakgenoten. Dit keer met schrijvend journalist Nick Kivits. ‘Een van mijn speerpunten is: “move the product”.’ Voor de liefhebbers van de serie De Pegel is er ook weer een podcast.
Je komt ze niet vaak tegen: zelfstandig journalisten met een oudedagsvoorziening, een arbeidsongeschiktheidsverzekering, een koophuis in het westen van het land, kinderen én een trouwe viervoeter. Dat zulke journalisten het gros van hun inkomen genereren met de verkoop van journalistieke artikelen, is nog schaarser.
Nicks inkomen is bovengemiddeld voor een freelance journalist en dat steekt hij niet onder stoelen of banken. Een jaaromzet van 70.000 euro is geen uitzondering. En zo’n omzet haalt hij voor 85 tot 90 procent uit de journalistiek. ‘De rest komt uit commercieel werk, zoals dat zo vies heet.’
Hoe krijgt hij dat voor elkaar? Die vraag beantwoordt de journalist geregeld. Hij bedrijft niet alleen journalistiek, hij deelt ook ondernemerskennis met andere freelancers. Door middel van workshops, bijvoorbeeld, waarin hij zijn eigen ervaringen verwerkt. ‘Ik zeg ook vooral wat ik in verleden fout deed. “Leer van mijn fouten, zodat jij verder komt. ”’
Zo’n fout is: niet onderhandelen. ‘Toen ik vroeger voor het Brabants Dagblad werkte, kreeg ik 40 of 60 euro per artikeltje. Afhankelijk van de lengte of het onderwerp. Toen het zomer werd, stelde ik een rubriek voor. De chef zei: “Daar krijg je 30 euro voor”. De helft van wat ik normaal zou krijgen voor die lengte. En ik zei: “Is goed”. Op een gegeven moment wilden ze die rubriek uitbreiden, maar ik kreeg niks meer bij die prijs.’
Onderhandelingen hoeven niet alleen over de prijs te gaan. ‘Je kunt ook op deadline onderhandelen, of op lengte.’ En maakt zo’n onderhandeling op het eerste gezicht geen wereld van verschil? Toch doen, luidt het advies. ‘Als je veel kleine overwinningen hebt, kan dat een grote overwinning zijn voor je business. Je moet overal proberen te onderhandelen. Zeker als je ergens binnenkomt.’
Jan Dijkgraaf zei ooit tegen Nick: ‘Wie niet in staat is om met journalistiek werk 50.000 euro omzet te genereren, is een prutser.’ ‘Daar ben ik het roerend mee eens’, schreef hij in 2015 voor Villamedia in een stuk met de titel ‘Je kunt ook iets anders gaan doen’. Tijdens ons interview is hij zachtaardiger. ‘Ik zou niet zeggen dat iedereen dan een prutser is. Maar als je fulltime werkt en die omzet niet haalt, moet je misschien slimmer werken.’
‘Slimmer’ zit vooral in het optimaal benutten van informatie. ‘Een van mijn speerpunten is: “move the product”. Een idee of een onderwerp kun je op veel manieren aanvliegen. Dat scheelt heel veel research. Ik heb een keer een paraboolvlucht gedaan. [Een vlucht waarbij inzittenden gewichtloosheid ervaren, S.A.] Daar kon ik iets mee voor het blad Zo Zit Dat. Maar ik kon ook voor Men’s Health schrijven over astronauten die sporten in een ruimtestation. Enzovoorts.’
‘Er komt een vrij lange lijst uit van artikelen die je kunt maken. Ik schrijf me een slag in de rondte. Nu werk ik drie en een halve dag per week, soms vier. In die tijd schrijf ik meestal een lang verhaal van twee- a drieduizend woorden, werk ik twee halve dagen voor Villamedia en maak ik nog wat kleinere verhalen.’ Zo’n hoeveelheid is niet voor iedereen weggelegd. ‘Ik heb het geluk dat ik heel snel kan tikken.’
Dat tikken doet hij voor uiteenlopende media. De website van de journalist bevat een opvallende hoeveelheid logo’s van opdrachtgevers. ‘Dat laat zien hoe divers ik ben. Je kunt me overal voor inzetten. Dat is wat ik uitdraag.’ Zo werkte hij een aantal dagen op de redactie van de Donald Duck, bij uitgever Sanoma, waar hij de tekstballonnetjes van Joe Carioca (die groene papegaai) onder handen nam.
Maar zijn hart ligt bij de thema’s ruimtevaart en technologie. ‘Ik had ooit iets met computers. Toen ben ik de IT in gegaan. Dodelijk saai. Die opleiding maakte ik af, maar ging daarna de journalistiek in om te schrijven over technologie. Ik leg graag dingen uit.’ Die drijfveer past goed bij de manier waarop hij journalistiek bedrijft. ‘Bijna alle verhalen die ik maak, vind ik zelf leuk of interessant.’
De journalist stipt veel onderwerpen aan. ‘Wij journalisten doen een deurtje open en kijken ergens naar binnen. Daarna kunnen we dat deurtje weer dichtdoen. We hoeven niet per se ergens een proefschrift over te schrijven.’
Maar die manier van werken is niet voor elke journalist weggelegd. Wie wél dieper in een onderwerp wil duiken, kan waarschijnlijk niet uit de voeten met losse-verhalenverkoop. ‘Gelukkig heb je Follow the Money. Die geven een dagprijs. Dat is prachtig. Want zonder zo’n platform wordt freelance onderzoeksjournalistiek wel heel moeilijk. Dan zul je echt met crowdfunding ofzo aan de slag moeten. Hoe ik het doe, kan niet iedereen kopiëren.’
Dit verhaal is mogelijk gemaakt door het Lira Fonds Reprorecht.
DE PEGEL PODCAST
Benieuwd naar het hele gesprek met Nick Kivits? Luister dan hieronder naar De Pegel podcast. Sjoerd en Erwin gaan elke aflevering langs bij een freelancer om te vragen hoe zij de verhalen vertellen die zij belangrijk vinden en tegelijkertijd hun broek ophouden.
Geleerd van Nick
• Move the product; verkoop je informatie aan meerdere media
• Van losse-verhalenverkoop kun je leven, mits je veel verhalen produceert
• Financiële targets kunnen motiverend zijn (Hier hoor je meer over in de podcast)
• In de inkoopvoorwaarden van uitgeverijen staan opmerkelijke zaken (Hier hoor je meer over in de podcast)
Praat mee