Publieke Relaties

Laatst sprak ik Michiel Bicker Caarten, mijn eerste hoofdredacteur bij BNR Nieuwsradio. Ik nodigde hem uit voor een bijeenkomst over de stand van zaken in ‘de’ journalistiek. ‘Nee, dank je’, zei hij. ‘Dat interesseert me niet, journalistiek is dood. Journalistiek is een leugen gebleken.
Ik wierp tegen: ‘maar het is toch niet zo dat wij met z’n allen bij BNR deden alsof wij de waarheid in pacht hadden?’ Bij nader inzien deden we dat natuurlijk wel. Wij selecteerden onderwerpen en bepaalden zo waar de programma’s over gingen. Wij vertelden het volk hoe het zat. Een gebruik dat past in een traditie van meer dan een eeuw.
Walter Lippmann, Amerikaans columnist en commentator, klaagde er in 1920 over in zijn boek ‘Liberty & the News’. Redacteuren dachten volgens hem toen al, dat hun hoogste plicht is ‘not to report but instruct, not to print news but to save civilisation… like the Kings of England they have elected themselves as the defenders of the faith… the work of reporters has thus become confused with the work of preachers, revivalists, prophets and agitators’.
Lippmann zei dus eigenlijk dat journalisten allesbehalve objectief zijn en zich meer bezig houden met het opvoeden van het volk en het opleggen van hun mening, dan met berichtgeving over ‘de waarheid’. Zo lang bestaat die kritiek dus al!
Wat inmiddels wel veranderd is: het publiek is mondiger en dus machtiger geworden. We leven in een tijdperk van transparantie en onthulling. Wikileaks kwam. World Press Photo’s worden geanalyseerd en onecht bevonden. En via social media wordt elk bericht gefileerd.
Hoog tijd om het volgende journalistieke taboe te slechten, voordat het publiek het doet: de band met de pr-wereld. Journalisten verzinnen wat zij het volk voorleggen echt niet altijd zelf. Ze worden bijvoorbeeld meer en meer bestookt door pr-bureau’s. Maar, laat ze dan ook vertellen wanneer dat het geval is. Het is iets waar zelden over gesproken wordt, laat staan vermeld. Zo kwam ik laatst op een website van een pr-bureau een artikel tegen uit een krant waar bij stond: ‘mooi verhaal over onze klant in artikel door ons mogelijk gemaakt’. Ik belde de journalist in kwestie. Hij schrok en wist het bureau te overtuigen die formulering te verwijderen. Maar hij gaf wel toe dat het onderwerp inderdaad van hen kwam. Vreemd dat het bureau dat weet, de geïnterviewde het weet, de journalist het weet, maar de lezer niet. Terwijl het niet gezegd is dat zo’n artikel daarmee per se minder kritisch is. Laat de journalistiek lef tonen. Laat zien dat journalistiek niet dood is, maar klaar voor de toekomst. Met alle transparantie die daarbij hoort.
Praat mee