word studentlid

— woensdag 16 maart 2022, 09:15 | 0 reacties, praat mee

Oekraïne, een oorlog in real-time

Oekraïne, een oorlog in real-time
Een flatgebouw in Marioepol staat in brand na Russische beschietingen. De brandweer in de stad van bijna 500 duizend mensen kan niet overal op reageren. | Evgeniy Maloletka / AP

In de rubriek Innovatie schrijft Villamedia-redacteur Lars Pasveer over alles met een stekker of internetadres. Dit keer: verwondering over hoe sociale media en internet de oorlog in Oekraïne dichtbij brengen. Laatste wijziging: 17 maart 2022, 09:51

Aan het begin van de Oekraïne-oorlog zag ik, via Twitter, een video van een Oekraïense legereenheid in gevecht met Russische troepen in de verte. De video dateerde van hooguit een uur eerder op de dag. Soldaten op het dak van een groot pakhuis, Russische tanks aan een bosrand. Een actief vuurgevecht.

Ik kan me niet herinneren eerder zo direct over de schouder te hebben meegekeken bij oorlogshandelingen. Natuurlijk bestaat oorlogsverslaggeving al zo lang er oorlog is, maar dat begon met historische sagen tot film, radio en fotografie en in latere conflicten kwamen daar televisieploegen en satellietverbindingen bij.

Al deze vormen hebben enige vertraging gemeen: doorlopende real-time verslaggeving bleef lange tijd uniek - of de verslaggever moet net aan de telefoon zitten als het bombarderen begint, zoals CNN-verslaggever Bernie Shaw bij het begin van Desert Storm in 1991.

In de dagen na de start van de oorlog nam het aanbod van beeld alleen maar toe, want Oekraïne is een modern land waar het internet grotendeels overeind is gebleven. Het betekent dat beveiligingscamera’s en mobieltjes blijven werken. Bij de beschieting van een woontoren in Kyiv zagen we beeld van bewoners een blok verder, filmpjes vanaf de straat en later zelfs beeld van een simpele veiligheidscamera in een appartement dat werd geraakt.

Het vertelt een verhaal dat opvallend veelzijdig is. De snelheid waarmee beeld naar buiten komt blijft ook anno 2022 indrukwekkend. We zien veel dronebeelden, regelmatig van actieve oorlogshandelingen. De stroom aan ruw beeldmateriaal vanaf het slagveld en vanuit steden - al is daar geen onderscheid meer te maken - is nauwelijks opgedroogd.

Een bijzondere bron zijn ook de vele verkeers-, toeristische en toezichtcamera’s die via YouTube zijn te bekijken. Live Stream Events heeft er een aantal gebundeld, net als de Poolse zender TVL Trzcianka. De nieuwswaarde ervan is vanwege het statische camerapunt gering, maar het blijft opmerkelijk live te kunnen meekijken naar een land in oorlog.

Verder heeft satellietobservatie of geospatial intelligence (GEOINT) enorme sprongen gemaakt. GEOINT geeft inzage in activiteiten van de mens over een groot geografisch gebied. Het bedrijf Maxar Technologies levert hoge resolutie satellietbeelden aan maatschappelijke- en milieuorganisaties, het Amerikaanse leger en anderen. Hun actuele voor-en-na foto’s van oorlogsgebieden geven een ontluisterend beeld van de oorlogsschade.

Ook het bedrijf Planet doet aan GEOINT. Het deelt vrijwel dagelijks nieuwe satellietbeelden die boven Oekraïne zijn gemaakt.

Eerder
In tegenstelling tot bijvoorbeeld de Syrië-oorlog zijn er verder veel meer professionele fotojournalisten in het land actief, die hun foto’s vrijwel direct via internationale beeldbanken delen. Uit Syrië kwam natuurlijk óók beeldmateriaal van de actieve oorlog, maar dat werd niet zelden eerst langs de eindredactie van terreurgroep IS gestuurd: wrede, gelikt gesneden video’s of als onderdeel van reportages in gruwelglossy Dabiq.

Letterlijk met gevaar voor eigen leven probeerden burgerjournalisten van Raqqa Is Being Slaughtered Silently verslag te doen van wreedheden en oorlogshandelingen, maar dat was vanwege het gevaar van ontdekking nooit live. Ondanks zulke voorzorgsmaatregelen werden diverse (soms slechts vermeende) journalisten door IS vermoord.

Bij de laatste oorlog op Europees grondgebied, die in Bosnië-Herzegovina, waren er geen sociale media of YouTube. De eerste GSM-zender was pas een paar jaar eerder in Finland geplaatst. Berichten over oorlogsmisdaden kwamen van getuigen, cameraploegen en oorlogsverslaggevers, die waren beperkt in reistijd en bewegingsvrijheid.

Het beleg van Sarajevo duurde bijna vier jaar, met een enorme impact op de oorlogsverslaggeving. Ter gelegenheid van de 29ste verjaardag van het beleg beschreef hoogleraar en historicus Kenneth Morrison een lezenswaardig overzicht over hoe de journalistiek veranderde.

Zo bestond begin 1992 in Bosnië-Herzegovina nauwelijks infrastructuur zodat buitenlandcorrespondenten niet snel met zenders thuis in contact konden komen. Tegen het einde van de zomer van 1992 had koepelorganisatie European Broadcasting Union een vaste satelliet-uplink geregeld.

Live kunnen gaan leidde tot de eerste een-tweetjes per videoverbinding tussen correspondent en studio, inmiddels vaste en verwachte kost in elke journaaluitzending. Om risico’s voor cameramensen te verkleinen werd in het conflict vaker beeldmateriaal in pools gedeeld. Helmen, kogelwerende vesten en gepantserde wagens werden gemeengoed, schrijft Morrison.

OSINT
Het Internationale Strafhof is op verzoek van de internationale gemeenschap een onderzoek naar mogelijke oorlogsmisdaden begonnen, waarbij beeldmateriaal cruciaal is. Het OSINT-platform Bellingcat verzamelt bewijs van potentiële oorlogsmisdaden en stelt het veilig, mocht de originele bron verdwijnen. “Als het wordt gewist, heeft dat geen gevolgen voor het verantwoordelijk stellen van mensen in de toekomst”, aldus Bellingcat-oprichter Eliot Higgins tegenover Politico.

In 2020 waarschuwde mensenrechtenorganisatie Human Rights Watch dat volledig geautomatiseerde processen bij sociale media potentieel bewijs van oorlogsmisdaden wissen. Omdat deze systemen materiaal verwijderen zonder dat een mens het ziet, valt volgens Human Rights Watch niet te zeggen hoeveel potentieel bewijs van misdaden ongemerkt verdwijnt.

Verwijderd materiaal wordt bovendien niet altijd gearchiveerd en wat er nog wel is, is enkel beschikbaar voor juridische instanties - niet voor internationale onderzoekers.

“Je kunt niet zeggen dat er geen vooruitgang in de beschaving is. In elke oorlog is er een nieuwe manier om je te doden.”

Same old
De situatie in Oekraïne leert ons verder uiteraard niets nieuws over het fenomeen oorlog. Vluchtelingenstromen, zwartgeblakerde gebouwen, doorzeefde auto’s en dode mensen in helrode poelen. Beelden van een haastig gegraven massagraf in Marioepol of overvolle perrons verschillen alleen door kleur en de hoge definitie met beelden die we kennen uit de Tweede Wereldoorlog.

De Amerikaanse komiek Will Rogers vatte het ooit treffend samen: “Je kunt niet zeggen dat er geen vooruitgang in de beschaving is. In elke oorlog is er een nieuwe manier om je te doden.”

Nu is veel in zicht, slechts momenten nadat het is gebeurd: vluchtende burgers onder vuur, executies in bezet gebied - bericht door de Guardian - en gerichte beschietingen van woonflats.

Soms is er nieuws, goed voor een grimlach: zoals berichten over Oekraïense boeren die met hun simpele dieseltractor Russisch materieel ter waarde van tientallen miljoenen afslepen voor hergebruik door het eigen leger. Of het verhaal hoe een dorpje met enkel twee Oekraïense vlaggen de Russen zo ver kreeg eigen gestrande tanks te vernietigen.

Dat zijn lichtpuntjes in een verder gitzwart conflict. Maar: er woeden twee oorlogen naast elkaar. De informatieoorlog is minstens zo omvangrijk en hoe graag je een bericht ook gelooft, wat due dilligence voor je een bericht versterkt is nodig.

Verifiëren
Toen een kraamkliniek in Marioepol werd beschoten zag ik een foto van het interieur, met een gekanteld ziekenhuisbed, de lakens besmeurd met bloed. Het leek theatraal, filmisch bijna.

Ik draai in mijn browser de InVID-WeVerify plugin, die je in staat stelt om beeldmateriaal door diverse filters te trekken, om te detecteren of er aan beeld gesleuteld is. De foto bleek niet gemanipuleerd. Je kunt foto’s tot op pixelniveau napluizen en de plugin kan ook met video overweg.

De plugin werkt in Chrome en Firefox onder Windows, macOS en Linux. Het is nuttig gereedschap om beeld waarover je twijfelt nader te bestuderen.

Er was technisch niets verdacht aan de foto waarover ik twijfelde. Het zegt uiteraard niets over potentiële enscenering van de foto, maar de kraamkliniek was als zodanig in bedrijf en bij de beschieting vielen meerdere doden. Onder meer de zwangere Voice of America-journaliste Asya Dolina, die door Rusland eerder nog als actrice werd weggezet.

Verder loont het altijd om te vertrouwen op de expertise van anderen: wat vinden correspondenten en journalisten die de talen machtig zijn ervan? Hoe lang bestaat een bron-account al? Wat is de teneur van eerdere tweets? Wordt het versterkt door onafhankelijke bronnen? Wees beducht op verborgen agenda’s bij alle vechtende partijen.

Een site die wat giswerk uit handen kan nemen rondom Twitter-accounts is Bot Sentinel, dat ze doorlicht en een score geeft van hun verstorend of anderszins problematisch gedrag.

Verder is het geen schande om te bekennen dat iets niet valt te verifiëren. Maar, medisch advies indachtig, geldt dan wellicht eerder in dubio, abstine.

Documentaires
Er zijn de laatste jaren diverse fantastische series geweest over oorlogsjournalistiek en de speciale slag collega’s die dat vak beoefenen. Bij het schrijven van bovenstaande moet ik er aan enkele denken.

  • Martyn Burke won prijzen met zijn indringende Under Fire: Journalists in Combat. Het lukte me niet om een streaming dienst in Nederland te vinden waar je die kunt terugkijken. Je kunt eventueel naar Amerika tunnelen, waar hij wel in Prime Video staat.
  • Last Despatches vertelt via online artikelen het verhaal van de 155 (!) journalisten die gedurende de Balkan-oorlog omkwamen. Het mag bij de meesten van ons op de achtergrond zijn geraakt, maar zo recent als 2001 kwamen er in de regio nog journalisten om.
  • Een oorlog laat littekens na bij de mensen die hem verslaan. In de met een Emmy bekroonde briljante documentairereeks Reporters at War: Dying To Tell A Story betreurt Vietnam-correspondent Gloria Emerson dat ze zichzelf een gelukkig alternatief leven heeft ontzegd.

Op de vraag of ze spijt had van naar oorlogsgebied Vietnam te gaan, antwoordt ze ronduit bevestigend. Emerson: “Ik geloof niet, dat als journalist, je kunt doen alsof je verhalen iets uitmaakten. Ze waren als ijsblokjes. Ze smolten. Wie hebben we gered?  Wie stond op uit het graf? Wat is voorkomen? Al dat geschrijf, al dat getik. Wat werd gedaan vanwege hun verhalen? Bar weinig.”

Bekijk meer van

Oekraïne

Tip de redactie

Logo Publeaks Wil je Villamedia tippen, maar is dat te gevoelig voor een gewone mail? Villamedia is aangesloten bij Publeaks, het platform waarmee je veilig en volledig anoniem materiaal met de redactie kunt delen: publeaks.nl/villamedia

Praat mee

Colofon

Villamedia is een uitgave van Villamedia Uitgeverij BV

Uitgever

Dolf Rogmans

Postadres

Villamedia Uitgeverij BV
Postbus 75997
1070 AZ Amsterdam

Bezoekadres

Johannes Vermeerstraat 22
1071 DR Amsterdam

Factuurgegevens

Villamedia Uitgeverij BV
Johannes Vermeerstraat 22
1071 DR Amsterdam

Contact

redactie@villamedia.nl

Redactie (tips?)

Chris Helt, hoofdredacteur

Marjolein Slats, adjunct-hoofdredacteur

Linda Nab, redacteur

Lars Pasveer, redacteur

Trudy Brandenburg-Van de Ven, redacteur

Rutger de Quay, redacteur

Sales

Sofia van Wijk

Emiel Smit

Teddy van der Laan

Webbeheer

Marc Willemsen

Vacatures & advertenties

vacatures@villamedia.nl

Bereik

Villamedia trekt maandelijks gemiddeld 120.000 unieke bezoekers. De bezoekers genereren momenteel zo’n 800.000 pageviews.

Rechten

Villamedia heeft zich ingespannen om alle rechthebbenden van beelden en teksten te achterhalen. Meen je rechten te kunnen doen gelden, dan kun je je bij ons melden.