Kritiek op New York Times rond opiniestuk voor inzet leger tegen demonstranten

De New York Times ligt onder vuur vanwege een opiniestuk van een Republikeinse senator, die oproept het leger in te zetten tegen demonstranten en zo met geweld de orde in het land te herstellen. Ook werknemers van de krant zijn diep ongelukkig met de ruimte die is geboden.
De Republikeinse senator Tom Cotton schrijft in zijn opinie dat een “overweldigend machtsvertoon” nodig is om de demonstraties de kop in te drukken. “Stuur de troepen erop af”, stelt Cotton.
Hoofdredacteur Opinie James Bennet stelde op Twitter dat de krant in commentaren “met verve” de demonstranten heeft verdedigd en het geweld door de politie tegen demonstranten, journalisten en omstanders heeft veroordeeld. “Times Opinion is het aan haar lezers verplicht om ook tegengeluiden te laten horen, in het bijzonder van mensen die daadwerkelijk beleid maken”, aldus Bennet.
“We begrijpen dat veel lezers de argumenten van senator Cotton pijnlijk of zelfs gevaarlijk vinden. Dat is een van de redenen om er publiek over te spreken”, aldus Bennet.
Het argument van ‘beide kanten’ viel bij lezers en werknemers slecht. Het zinspelen op een gewelddadig ingrijpen brengt ook je eigen zwarte werknemers in gevaar, menen ze.
Running this puts Black @NYTimes staff in danger. pic.twitter.com/RWY0CCiK5W
— Ashley Calloway-Blatch (@acallowayblatch) June 3, 2020
De New York Times-filmcriticus Manohla Dargis stelde in een reactie op Bennet’s uitleg dat het opiniestuk het resultaat van opgestapelde beroerde beslissingen is en niet had moeten worden afgedrukt.
No and no and no - you've made one too many bad decisions and clearly should not have run this https://t.co/SV1YrVayP0
— Manohla Darkness (@ManohlaDargis) June 4, 2020
Voormalig New York Times-medewerker Virginia Heffernan - nu columnist bij de Los Angeles Times - zegt dat er véél mensen nodig zijn om de opinie van Tom Cotton structuur te geven en afdrukwaardig te maken - nog los van de ‘iq boost’ die de politicus krijgt door in print te verschijnen.
When a paper publishes an editorial, it lends its authority & above all RESOURCES to the author. Not only does Tom Cotton get the IQ boost of Times typeface, he gets editors, copy eds, & fact-checkers who are charged with burnishing his argument to give it the best possible shot.
— Virginia Heffernan (@page88) June 4, 2020
Heffernan verwijst naar de site van Cotton en diens Twitter-feed, waaruit volgens haar blijkt dat de senator op eigen kracht bepaald warrig schrijft.
That’s just one example of how a newspaper staff can, by doing their job, turn a raving loon — “This is radical chic! Abbie Hoffman! Let’s shoot up Kent State!”— into an astute polemicist who happened to notice 24 or more people in extremely expensive German cars were looting.
— Virginia Heffernan (@page88) June 4, 2020
De bekende universitair docent journalistiek Jay Rosen wijst op wat hij de werkelijke breuklijn vindt: niet “laten we alle relevante argumenten horen” versus “laten we geen meningen afdrukken die we walgelijk vinden” maar meer de vraag “zouden we deze mening wel moeten versterken” versus mensen die het belang van die vraag niet eens inzien.
Andrew Stroehlein van mensenrechtenorganisatie Human Rights Watch verbaast zich erover dat de New York Times zich heeft laten inpakken door politici die voor geweld pleiten, terwijl de krant beschikt over diverse buitenlandcorrespondenten, die uit eerste hand hebben gezien waar dat toe kan leiden.
Why don't @nytopinion editors consult with some of their many excellent foreign correspondent colleagues who have seen such crises unfold around the world and could readily advise them on how the media can avoid being instrumentalized by political actors promoting mass violence?
— Andrew Stroehlein (@astroehlein) June 3, 2020
Medestanders van Bennet wijzen op de historie van afwijkende meningen op New York Times-opiniepagina’s. De krant drukte eerder opinies af van onder meer Vladimir Poetin en - begin dit jaar - Taliban-leider Sirajuddin Haqqani. Een klein half jaar voor Pearl Harbour werd onder de kop ‘The Art Of Propaganda’ geciteerd uit Adolf Hitlers Mein Kampf.
New York Times-correspondent Austin Ramzy zegt het verschrikkelijk te vinden om in zijn krant een oproep tot gewelddadig optreden tegen demonstranten te lezen, op de dag waarop wordt herdacht dat China 31 jaar geleden hetzelfde deed op het Tiananmen-plein.
What an awful thing to see here in Hong Kong, where people are fighting to keep the right to memorialize those killed 31 years ago today when Beijing did just that—send in the troops pic.twitter.com/AYIXH5dWD2
— Austin Ramzy (@austinramzy) June 4, 2020
De krant heeft gisteren zelf ook aandacht besteed aan de ‘ergernis’ die het opiniestuk heeft losgemaakt.
Praat mee