Justus Cooiman wil intieme documentaire maken

Cooiman (36), naast journalist voor o.a. De Monitor en Pointer ook programmamaker, regisseur en cameraman, volgt NIDA al sinds de oprichting van de partij in 2013 in Rotterdam. Hij werkte toen als politiek verslaggever voor RTV Rijnmond. In zijn werk stak hij veel tijd en aandacht in de op de Islam geïnspireerde partij en diens voorman Nourdin el Ouali, vertelt hij: “Dat was belangrijk, want zo heb ik vertrouwen bij hen opgebouwd. Ze hebben veel negatieve ervaringen met journalisten. Er zijn ook de nodige gesprekken voor nodig geweest om ze aan boord te krijgen voor deze documentaire.”

Intimiteit
Cooiman ziet de documentaire als een geweldig middel om het verhaal van NIDA te vertellen: “Een documentaire geeft je de ruimte om het proces in beeld te brengen. Ik wil er ook een bepaalde intimiteit mee creëren, wat extra bijzonder is in coronatijd.” Om die intieme sfeer te bereiken gaat hij - in de meeste gevallen - in zijn eentje op pad, als camjo. “Het is veel intiemer werken als je in je eentje bent. Zonder extra cameraman, regisseur of geluidsman.”

Toch is een camera niet het makkelijkste instrument om mee te werken. Zelfs niet als je in je eentje bent, zo merkt Cooiman op: “Je bent met een camera een stuk minder anoniem dan een schrijver in een menigte. Ik ben me ervan bewust dat er mensen kunnen zijn die zeggen: ‘donder op met die camera.’ Natuurlijk houd ik daar ook rekening mee. Ik wil een fly on the wall zijn op zijn tijd, maar ook kritische vragen stellen als dat nodig is.”

Mark Hoogstad
De beurs, die dit jaar voor het eerst wordt uitgereikt, is vernoemd naar de Rotterdamse journalist Mark Hoogstad, die twee jaar geleden overleed. De beurs is in het leven geroepen om journalisten de mogelijkheid te geven langere tijd aan een productie te werken die verder reikt dan de waan van de dag. Precies zoals Hoogstad dat zelf ook deed. Cooiman kent het werk van Hoogstad van binnenuit: “In de tijd dat ik bij RTV Rijnmond werkte, zaten wij uren naast elkaar op de perstribune. Mark was heel goed in zijn vak. Hij was bijna altijd in het stadhuis te vinden en kon daardoor geweldig graven en heel veel mensen spreken. Daar had ik best bewondering voor.”

Cooiman gaat de komende tijd ‘achter de schermen’ bij NIDA. ‘Van keukentafeloverleg over de campagnestrategie tot de coulissen op de uitslagenavond’, zoals het juryrapport het omschrijft. Dat wordt een spannende tijd: “Je weet niet wat er gaat gebeuren. De kans bestaat dat het niet zo makkelijk gaat of dat het saai wordt. Dan is het natuurlijk niet leuk om naar te kijken.” Daarom hoopt Cooiman op een succesvolle campagne voor de partij. “Ik hoop dat het een landelijk breed gedragen campagne gaat worden. Dan heeft mijn documentaire ook echt nieuwswaarde.”