Journalist Caroline Griep blogt vanuit hospice met haar dochter: ‘Het is mijn redding’

Sinds ze twee maanden geleden naar een hospice verhuisde, schrijft journalist Caroline Griep vrijmoedige – en veelgelezen - blogs voor Libelle over alles wat er bij de dood komt kijken. Dochter Pleun Brink, eveneens journalist, blogt inmiddels ook over de situatie. ‘Ineens hadden we samen een project.’
Caroline Griep (58) – die in 2015 aanvankelijk van borstkanker genas – hoorde drie jaar geleden dat ze overal uitzaaiingen bleek te hebben. Inmiddels zijn behandelingen niet meer mogelijk. Ze woont nu in hospice Het Veerhuis in de Amsterdamse Pijp.
Of het een uurtje later kan, sms’t Caroline op de ochtend dat het telefonische interview is gepland. Met montere stem legt ze later uit: ‘Ik werd wakker met een ongelofelijke hoofdpijn en moest mezelf even tevoorschijn toveren. Dat is gelukt.’
Hoewel ze fysiek niet echt veel meer kan, is haar hoofd gelukkig nog heel helder. ‘Naar buiten ga ik vanwege te weinig energie nu meestal in een rolstoel, binnen loop ik nog wel rond, maar ik kan nog reizen in mijn kop en zo maak ik nog van alles mee.’
Ze is een ‘open boek, altijd geweest’. In 2015 schreef ze op verzoek van Libelle al blogs over de behandeling van haar ziekte en bundelde die tot een boek ‘Lieve FB-vrienden, ik heb borstkanker’.
Ik kan nog reizen in mijn kop en zo maak ik nog van alles mee
Caroline Griep: ‘Ik heb destijds een half jaar lang geschreven over mijn behandeling, vanuit het idee dat ik beter zou worden na de operatie, bestralingen en chemokuren. Dat liep in eerste instantie ook goed af. Maar drie jaar geleden had ik ineens allerlei klachten en kwam ik er na zeer pijnlijke maanden achter dat ik eigenlijk helemaal onder de uitzaaiingen zit.
Toen ik wist dat ik ongeneeslijk ziek was, ging ik daar natuurlijk over nadenken en kwam ik ineens allemaal interessante onderwerpen tegen. Daar maakte ik lijstjes van waar ik graag nog over wilde schrijven. In eerste instantie wilde ik een schrijfhuisje huren om die onderwerpen tot een boek uit te werken, maar dat kwam er door mijn behandelingen gewoon steeds niet van, mijn werkende leven stond toch zo goed als on hold de laatste jaren.
Eind februari werd ik acuut heel ernstig ziek – niemand begreep eerst wat er precies was, maar ik bleek uiteindelijk bijna te bezwijken aan een zeldzame bijwerking van de chemopillen, waardoor ik een levenslinke bloedaandoening kreeg. Ik lag tien dagen in het ziekenhuis en ben daarna naar dit hospice gegaan omdat niemand wist of ik dat zou overleven.
Barbara Schneemann, hoofdredacteur online van Libelle, waarvoor ik al heel lang schrijf, vroeg me op dat moment - ze zei dat ze het eigenlijk niet durfde vragen - of ik erover zou willen bloggen. Ik had natuurlijk die lijst met onderwerpen, maar in eerste instantie wist ik niet of ik ertoe in staat zou zijn. Toen ik wat opknapte, ben ik begonnen. En het lukte.
Als ik dit project niet had zou ik liggen wachten tot ik doodga
Inmiddels is het wel een van de belangrijkste redenen om ‘s ochtends zin in de dag te hebben. Als ik ’s nachts niet kan slapen lig ik al van alles te bedenken en ik lees allerlei boeken over de dood en rouw. Dat voelt niet somber, dat ben ook ik niet. Ik heb mijn lot geaccepteerd – dat heb ik inmiddels wel geleerd.
Het is fijn dat me de tijd gegund is om rustig afscheid te nemen - er zijn geen onopgeloste dingen in mijn leven. Ik heb nergens spijt van – al heb ik net als iedere mens de stomste dingen gedaan, haha - maar ik kan eigenlijk heel mooi terugkijken. En als journalist zie ik de dood gewoon als ontzettend interessante materie om me in te verdiepen.
Bijvoorbeeld in hoe spastisch we ermee omgaan. We weten dat we allemaal overlijden, maar we negeren het liever een beetje, want het is geen leuk onderwerp. Dat maakt heel eenzaam, merk ik. Mijn drijfveer voor die blogs is onder meer de vraag of dat niet anders kan, en of ik het onderwerp een beetje beter bespreekbaar kan maken.
Als journalist zie ik de dood als ontzettend interessante materie om me in te verdiepen
Ik bestudeer en beschrijf ook hoe ik mezelf in deze periode moet beschermen, nu ik in een hospice woon. Ik kan bijvoorbeeld niet te veel bezoek aan dat me vaarwel komt zeggen, dat is emotioneel te zwaar. Daarom beperk ik me tot de mensen die tot het eind met me mee zullen lopen. Dat heb ik hier geleerd. Dit soort aspecten van mijn huidige situatie vind ik boeiend; je moet er een oplossing voor vinden. En ik vind het interessant om dat uit te leggen in mijn blogs.’
Sinds kort schrijft jouw 24-jarige dochter Pleun Brink – eindredacteur bij Het Parool – ook blogs voor Libelle over haar situatie. Hoe is dat ontstaan?
‘Vanaf dat Pleun 12 was zijn we altijd samen bezig met schrijven en bladen maken; Pleun was al snel eindredacteur van de schoolkrant en samen met een aantal andere scholieren richtte ze bijvoorbeeld Inkijk op (jongerenblad in Amsterdam, red.). Dan mocht ik ze advies geven. Bladen maken en ideeën verzinnen is echt ons ding, onze hobby. Voor ze een jaar geleden bij Het Parool ging werken, was ze ook nog een jaar chef eindredactie van Red Pers.
We noemen onszelf de hospice-redactie
Toevallig zou Pleun een klus voor Libelle gaan doen – helemaal los van mijn blogs – en in dat kader vroegen ze haar of ze niet ook wilde schrijven over de situatie met haar moeder. Ze had net iets geschreven, voor zichzelf, dat heeft ze opgestuurd en na drie proefafleveringen zeiden ze: eigenlijk vinden we het wel fijn als jij ook gaat bloggen. En toen hadden we ineens samen een project, wat helemaal niet met opzet in elkaar is gezet. Het is puur toeval.
Het is heel mooi om dit met mijn kind te kunnen doen. Je belandt samen in ongeveer de verdrietigste situatie die je je kunt voorstellen en je moet daarmee leren omgaan. Aanvankelijk konden we in mijn kamer in het hospice nauwelijks samen zijn; het was te pijnlijk. Ik wilde het liefste vluchten en zij wilde hier natuurlijk ook niet zijn. Hoe je die dingen in de aanloop naar de dood toch samen overwint vind ik prachtig.’
Jullie reageren niet op elkaars blogs?
‘Nee, dat vind ik te intiem. We schrijven los van elkaar over deze situatie. Maar het is ook grappig, ze zit soms hier aan tafel in mijn kamer te schrijven en dan noemen we onszelf de hospice-redactie. En dat is heel gezellig. We praten veel, en zeggen dan ineens tussendoor: héé, dit is een onderwerp, of: mam, dit is een blog!’
Pleun schrijft onder andere dat ze worstelt met reacties van mensen die aan haar vragen hoe het gaat.
‘Ja ze heeft daar meer last van dan ik. Ik ben nogal van out in the open, zij vindt dat ongemakkelijker. Maar ze wil er wel over schrijven. Ze merkt bijvoorbeeld dat als ze over dat ongemak schrijft mensen anders reageren. Dat het dus ook iets oplevert.’
Wat biedt het jou?
‘Als ik dit project niet had zou ik liggen wachten tot ik doodga. Het geeft mij een soort laatste boost, ik voel de adrenaline soms stromen: ik wil dít nog zeggen, het daar nog over hebben en ik moet voor dát onderwerp nog research doen. Het is mijn redding nu, al moet je dat niet te dramatisch opvatten. Het bij elkaar zijn met familie en vrienden is dat natuurlijk ook.’
De Blogs van Caroline en Pleun zijn hier te lezen.
Dit is de website van Caroline.
Praat mee