word studentlid

— zaterdag 7 april 2012, 11:30 | 0 reacties, praat mee

‘Ik zet me niet af tegen mijn voorgangers’

‘Ik zet me niet af tegen mijn voorgangers’

Het NOS Nieuws wordt menselijker, directer en newsier en is over enkele weken ook via app’s bereikbaar. ‘De 24-uurscyclus is een hele andere dynamiek dan met z’n allen in alle rust nadenken over het Achtuurjournaal.’ Laatste wijziging: 14 februari 2013, 16:42

Marcel Gelauff (54) volgde vorig jaar juli Hans Laroes op als hoofdredacteur van NOS Nieuws. Hij werkte daarvoor bij regionale kranten en elf jaar bij RTL Nieuws, waarvan het laatste jaar als chef op de Haagse redactie. In 2002 werd hij door toenmalig Haags NOS-verslaggever Job Frieszo gepolst of hij als adjunct in de hoofdredactie van het NOS Journaal wilde plaatsnemen. Waar zijn voorgangers een eigen sfeer aan hun werkkamer in het Videocentrum gaven – Nico Haasbroek verzamelde kunst terwijl Laroes van een strakwitte vormgeving hield – verraadt de werkkamer van Gelauff weinig over zijn karakter. Het is er sec en sober, op één opvallend detail na: het knalgele bureau.

De koers die je kiest is duidelijk anders dan die van je voorgangers.

‘Ik heb geen behoefte dat tegen elkaar af te zetten. Ik zet me niet af tegen mijn voorgangers en mijn plannen zijn ook geen reactie op hen. Ik maak nu keuzes waarvan wij anno 2012 vinden dat ze belangrijk zijn. Begin dit jaar hebben we onze werkwijze veranderd waardoor er veel meer en sneller onderwerpen op de site komen. Het aantal berichten per dag is verdubbeld. We hebben het productieproces omgedraaid. Internet bestond vroeger uit een samenvatting van teletekst en de radio- en televisiebulletins. Dat is ooit bedacht in 2005 en leek toen heel logisch. Maar in de snelheid waarin nieuws nu wordt geconsumeerd is het logisch sterker op internet in te zetten en er aparte verhalen voor te schrijven. En in april komen we met app’s voor iphone en Windows 8, iets later ook voor Android. De jongere generatie (tot 50 jaar) consumeert nieuws anders dan alleen om zes of acht uur.’

Zitten er ook meer journalisten op internet?
‘Nee, het is anders georganiseerd. We hebben nu twee hoofdstromingen: de 24-uurs nieuwsvoorziening en duiding en achtergrond. De 24-uurscyclus bestaat uit teletekst, radionieuwsbulletins, dagbulletins en internet. Duiding en achtergrond richt zich op het Achtuurjournaal, het Radio 1 Journaal en doelgroepprogramma’s als NOS op 3 of het Met Het Oog Op Morgen.’

Soms worden berichten van andere media doorgeplaatst zonder dat ze gecheckt zijn; dat gebeurde vroeger niet.
‘Ik vind dat we nieuwsfeiten in andere media die opmerkelijk zijn ­­– en waarvan je vanuit je kennis en kunde kunt bevroeden dat het een substantieel onderwerp is of zal worden – wel moeten melden, maar dan met bronvermelding. We schrijven het niet blind over en we zullen het altijd checken. Maar als we er niet in slagen om om vijf uur ’s morgens direct een check te krijgen op een verhaal dat – ik noem maar wat – Willem Holleeder is ontsnapt, dan zetten we het op de site. Maar we gaan wel door met checken. Vroeger checkten we alles voor we het uitzonden. Het effect was dat berichten soms via allerlei digitale media rondgingen en misschien wel het gesprek van de dag waren pas uren later op onze site stonden omdat de woordvoerder van Pietje Puk pas na uren bereikbaar was.’

Vroeger wist je dat als de NOS iets verkondigde het ook klopte.
‘Het verhaal van NRC Handelsblad over de gezondheidstoestand van prins Friso is een mooi voorbeeld. Een opvallend verhaal dat al snel het gesprek van de dag was. Stel je voor dat we het genegeerd zouden hebben. Iedereen had het erover en wij zouden het drie dagen later nog niet hebben gebracht omdat we het niet konden checken. Ondertussen zei zelfs de Rijksvoorlichtingsdienst er – informeel – wat over. Dat principe begon steeds meer te schuren: er staat wat in de krant, we kunnen het niet bevestigd krijgen maar de halve Tweede Kamer reageert erop en er worden zelfs Kamervragen gesteld en wij hebben het nog steeds niet.

Maar laten we het niet uitvergroten. We zijn niet plotseling blind de krant aan het overtikken. Het gaat om grote en opmerkelijke nieuwsmeldingen. Op een paar honderd berichten die we op een dag maken zullen het er één of twee zijn.’

Als Jannetje Koelewijn bij NOS Nieuws had gewerkt, zou je haar verhaal dan ook hebben gebracht?
‘Ik heb op die dag zelf gezegd dat ik ook gepubliceerd had. Ik kan me niet voorstellen dat ik een gesprek met de behandelend arts van de prins – dat was de melding – niet als nieuws had gezien. Terugkijkend, en dat zegt Peter Vandermeersch (hoofdredacteur NRC Handelsblad, red.) eigenlijk ook, had ze het misschien zakelijker moeten opschrijven. Het geeft vooral aan hoe gevaarlijk het is om in dit soort situaties één of twee woorden hinein te interpreteren naar deskundige x of y. Het mechanisme van verdichting is in dit soort situaties heel gevaarlijk. Misschien moet dat vooral de waarschuwing ervan voor de journalistiek in het algemeen zijn. Als ik zelf de journalist in kwestie was geweest weet ik niet of ik het wel bij de krant had neergelegd. Als je tegen een nieuwsfeit aanloopt via een privécontact moet je in het algemeen wel drie keer nadenken.’

Ook op televisie vernieuwt het NOS Journaal.
‘Nieuwe decors (te zien vanaf 27 mei, red.) zijn daar een uiting van. Het gaat niet zo zeer om die decors maar om wat we willen zijn. We zitten nu in een discussie met de redactie over hoe we newsier, directer, dichter bij de kijker en wat menselijker kunnen worden. Het gaat om taal en toon en de keuze om de presentator te laten staan in plaats van dat hij vrij statisch achter een bureau zit. Zo kan hij makkelijker bewegen en meer zijn eigen lichaamstaal volgen. Ook de onderwerpkeuze gaan we iets bijsturen. Hoe en wanneer moet je bijvoorbeeld bij grote nieuwsgebeurtenissen als verkiezingen in Duitsland een voorverhaal maken, daags ervoor. We willen scherper afwegen wat het toevoegt en welke nieuwsurgentie het uitstraalt.’

Heeft de hoofdredacteur van NOS Nieuws veel met omroeppolitiek te maken?
Diepe zucht. ‘Mijn taak is hoofdredacteur te zijn en te zorgen dat we programma’s maken. Het is de taak van de directie, maar uiteraard heb ik zeer frequent contact met NOS-directeur Jan de Jong, Maarten Nooter (Studio Sport) en Peter Kloosterhuis (Evenementen) over politieke ontwikkelingen.

Ik erger me er soms aan dat politici heel gedetailleerde meningen over bedrijfsvoering of over journalistieke zaken bij de publieke omroep hebben. Een poosje geleden werden er Kamervragen gesteld omdat wij niet snel genoeg vragen van kijkers hadden beantwoord. Er komt elke dag een enorme stroom binnen, dus daar zijn wij selectief in. Dat zoiets leidt tot Kamervragen vind ik bizar. Wat je zou mogen verwachten is dat er wordt bestuurd op de lange termijn. Doelstellingen en budget en toetsing. Maar hou alsjeblieft op iets te vinden van een programma dat op dinsdagmiddag op Radio 5 werd uitgezonden.’

Lijdt NOS Nieuws onder de bezuinigingen?
‘Het aantal journalisten (nu 365 fte, red.) neemt hier elk jaar af. Sinds 2005 werken we al met ruim 10 procent minder journalisten. Elk jaar wordt ons budget afgeknepen ten opzichte van het jaar daarvoor, alleen al omdat de inflatie niet of nauwelijks wordt gecompenseerd. Het budget voor NOS Nieuws is 47 miljoen euro. In 2005 ging ongeveer 45 procent daarvan op aan personeelskosten. Inmiddels zitten we op tweederde aan personeelskosten. Want we hebben de techniek efficiënter gemaakt en de tarieven zijn wat gedaald. Die verhouding kan niet verder opschuiven, want dadelijk besteed je 100 procent van je budget aan personeel en kun je geen programma’s meer maken. Want de CAO zorgt voor stijging, naast incidentele loonstijgingen. Als tweederde van je begroting uit salarissen bestaat – circa 26 miljoen euro –en die stijgen structureel en incidenteel met 3 procent, dan moet ik al een kleine miljoen vinden om binnen budget te blijven en hetzelfde te doen als het jaar ervoor. En dat elk jaar weer.

De grens komt in zicht. Aan de ene kant wordt ons gevraagd steeds gerichter doelgroepen te bedienen, en dat is ook goed en verstandig. Maar hoe meer je dat doet, hoe meer verschillende items je moet maken over hetzelfde onderwerp. Dat is mensintensief. Dat werkt volledig tegen elkaar in. We worden kleiner, maar moeten steeds meer leveren.

De werkdruk is opgelopen. De 24-uurscyclus is een hele andere dynamiek dan met z’n allen in alle rust nadenken over het Achtuurjournaal. De productiviteit is sterk gestegen.’

Je voorganger Hans Laroes stond bekend als visionair: hij schreef nota’s waarin hij de ‘staat en de straat’ dichter bij elkaar wilde brengen. Jij lijkt me een nuchterder type.
‘Absoluut is er dat verschil tussen Hans en mij. Twee weken na mijn benoeming heb ik de redactie geschetst wat ik wil en waar ik naar toe wil. Dat stuk was korter dan de stukken van Hans.’

Wat wil je daarmee zeggen?
‘Niks.’

In een haiku kun je ook een visie ontvouwen.
‘Ik zie voor de toekomst internet en televisie verder in elkaar schuiven. Met televisie via internet (connected tv) kun je al allerlei andere dingen doen: een film kopen bij Pathé bijvoorbeeld. Dat betekent voor de kijker dat de behoefte om zelf onderwerpen te kiezen toeneemt. Wat betekent dat voor de samenvattende programma’s als het Achtuurjournaal? Daar hou ik me wel mee bezig. Maar hoe het Journaal er over vijf jaar uitziet en in welke mate de onderwerpen los aanklikbaar zijn en of dat dominant is ten aanzien van het lineaire Journaal; als ik het wist was ik staatssecretaris voor Omroepzaken. Maar ik denk dat er altijd behoefte blijft aan journalistieke samenvatting en -duiding.’

Is de sociale academie de ideale vooropleiding voor de hoofdredacteur van NOS Nieuws?

‘Ik kwam van het atheneum en was afgekeurd voor militaire dienst omdat ik astmatisch was. Ik voelde me niet aangetrokken tot een universitaire opleiding, omdat ik meer een doener ben. Ik wist niet zo goed wat ik wilde. Ik was een heftiger puber dan mijn broer (onderdirecteur George Gelauff van het Centraal Planbureau, red.). Hij is een echte bètawetenschapper. Ik heb nog illegaal geplakt tegen de Europese verkiezingen. In die tijd vonden we dat het een soort fake-parlement was. Ik ben niet de sociale academie gaan doen omdat ik me links voelde. Blowen deed ik ook niet, vanwege mijn astma. Wel hebben we het bestuur afgezet van de academie. Het was de tijd van revolutie, de maakbare samenleving en de goede werken van het welzijnswerk. Ik heb nooit iets met die opleiding gedaan. Behalve stage lopen in een club- en buurthuis in den Haag. Een poos voor mijn afstuderen zei mijn broer: Is journalistiek niks voor jou? Ik heb toen een briefje geschreven aan Sijthoff Pers en ben bij de Leidse Courant terecht gekomen. De journalistiek paste me blijkbaar heel erg goed. Ik heb er nooit spijt van gehad.’

Bekijk meer van

Tip de redactie

Logo Publeaks Wil je Villamedia tippen, maar is dat te gevoelig voor een gewone mail? Villamedia is aangesloten bij Publeaks, het platform waarmee je veilig en volledig anoniem materiaal met de redactie kunt delen: publeaks.nl/villamedia

Praat mee

Colofon

Villamedia is een uitgave van Villamedia Uitgeverij BV

Uitgever

Dolf Rogmans

Postadres

Villamedia Uitgeverij BV
Postbus 75997
1070 AZ Amsterdam

Bezoekadres

Johannes Vermeerstraat 22
1071 DR Amsterdam

Factuurgegevens

Villamedia Uitgeverij BV
Johannes Vermeerstraat 22
1071 DR Amsterdam

Contact

redactie@villamedia.nl

Redactie (tips?)

Chris Helt, hoofdredacteur

Marjolein Slats, adjunct-hoofdredacteur

Linda Nab, redacteur

Lars Pasveer, redacteur

Trudy Brandenburg-Van de Ven, redacteur

Rutger de Quay, redacteur

Sales

Sofia van Wijk

Emiel Smit

Teddy van der Laan

Webbeheer

Marc Willemsen

Vacatures & advertenties

vacatures@villamedia.nl

Bereik

Villamedia trekt maandelijks gemiddeld 120.000 unieke bezoekers. De bezoekers genereren momenteel zo’n 800.000 pageviews.

Rechten

Villamedia heeft zich ingespannen om alle rechthebbenden van beelden en teksten te achterhalen. Meen je rechten te kunnen doen gelden, dan kun je je bij ons melden.