— vrijdag 24 maart 2023, 14:41 | 0 reacties, praat mee

Het correspondentschap klinkt mij als een Franse chanson in de oren

Vera de Vries (19) is derdejaars student journalistiek aan de Christelijke Hogeschool Ede. Over een jaar mag ze haar diploma in ontvangst nemen maar het gevoel dat aan haar knaagt is: waar in de journalistiek hoor ik thuis? Tijdens haar stage bij Villamedia gaat ze op onderzoek uit en legt haar oor te luister bij haar door de wol geverfde collega’s. Vandaag: Jacqueline Wesselius (79), die jarenlang werkte als Frankrijk-correspondent vanuit Parijs. Laatste wijziging: 27 maart 2023, 08:24

Wesselius ontvangt mij thuis in Amsterdam. Ze staat in de keuken met kat ‘Gaston’ naast zich. Op de achtergrond klinkt Franse radio. De geur van versgebakken koekjes vult het huis. ‘Het recept kom uit The New York Times’, roept ze vanuit de keuken. De woonkamer heeft iets weg van mijn studentenkamer: beeldjes, fotootjes en bloemen vullen de vensterbank. Een kleurig kattenkussen op de bank.

Voordat ik mijn stage begon studeerde ik vier maanden in Tel Aviv. Het verruimen van mijn blikveld in het buitenland deed mij goed. Op mijn terugreis zag ik het gestructureerde Nederlandse landschap uit het vliegtuigraampje onder mij. Veel zin om te landen had ik niet. Israël, de chaos, een andere taal, het past bij mij. Het correspondentschap lijkt mij in de toekomst wel wat.

We gaan samen terug de tijd in. Het was 1961. De wereld lag aan Wesselius’ voeten. Ze was haar hele leven al politiek geïnteresseerd, en ging naar Parijs om te studeren, maar de Franse politiek was nog een ver-van-haar-bed-show. ‘Mijn Franse medestudenten, die héél erg links waren, gaven mij een spoedcursus politiek. Ze dachten: “Die kleine uit Nederland weet helemaal nergens wat vanaf”.’

Met haar propedeuse in Franse literatuur op zak, begon ze de opleiding psychologie. Een vriend van haar schreef stukken voor De Groene Amsterdammer en hij inspireerde haar dat ook te gaan doen. Zo maakte ze – in eerste instantie onbedoeld – kennis met de journalistiek. In 1965 schreef ze haar eerste artikelen voor ‘De Groene’. Later kwamen daar ook radio (VARA, VPRO en de Wereldomroep) en de Volkskrant bij.

Reizen, een nieuwe taal leren en jezelf onderdompelen in een ander land klinkt mij als een Franse chanson in de oren. Was het ook wel eens lastig?
‘Nederlanders zien Fransen vaak een beetje als “gekkies”. Terwijl het daar gewoon anders gaat dan hier. Je moet je als Nederlandse correspondent blijven verwonderen over het land waarover je bericht. Politici gaan, zeker in Frankrijk, tientallen jaren mee in de politiek. Op den duur was de berichtgeving daarom soms een saaie klus. Maar mijn moeder zou gezegd hebben: “Dan maak je maar zin!”’ En dat deed ze.

Bovendien is journalistiek een lange tijd een ‘mannenberoep’ geweest. Het beeld van een man met een bruine pantalon, lange trenchcoat en lederen aktetas gevuld met
mysterieuze papieren, zat ook in mijn hoofd voordat ik aan de opleiding begon.

Hoe hield u zich staande in deze mannenwereld?
‘In 1981 werd François Mitterrand verkozen tot president en bracht een bezoek aan Den Haag. Bij zo’n bezoek mochten de correspondenten een interview doen. Philip Freriks stond destijds als NOS-correspondent bovenaan in de hiërarchie; hij maakte televisie. Daarna kwam Eddy Lachman van NRC. Ik stond als Volkskrant-correspondent op de derde plaats.’

Tegen de afspraak in legde ik mijn eigen vragen voor aan de premier

Wesselius weigerde ‘ja en amen’ te zeggen tijdens dit soort door mannen gedomineerde persmomenten. ‘Bovendien was en is het in Frankrijk veel stijver en hiërarchischer dan in Nederland.’ Ondanks alle plechtigheid stelde ‘madame Wesselius’ haar vragen vanuit nieuwsgierigheid en hield zich niet aan vooropgezette vragenlijstjes.

Toen de kans zich voordeed om de premier Mauroy te interviewen, deed ze dat op geheel eigen wijze. ‘De persvoorlichters van de premier vroegen de Volkskrant vooraf om mijn interview-vragen op te sturen. En die sukkels deden dat. Ze zeiden dat ze wegens tijdgebrek niet met mij hadden overlegd. Ik was woest!’, blikt ze terug. Haar stem klinkt nog altijd een beetje boos. Ze is nog steeds niet voor de poes. Gaston krabt zijn nagels aan een rieten stoel. Tegen de afspraak in besloot ze haar eigen vragen voor te leggen aan de premier. En die deerde het niet: ‘Premier Mauroy zat lekker te vertellen. Zijn voorlichters waren vooral verbaasd.’

Een premier interviewen is niet niks. Hoe zorgde u ervoor dat u sterk in uw schoenen stond?
‘Zoveel mogelijk lezen. En ik ben een generalist. Ik heb nooit interviews gedaan over thema’s waar ik geen sjoege van had. Ik heb geen natuurkundigen of virologen
geïnterviewd’, lacht ze. ‘Nou… Een doodenkele keer. Weet je, daar leer je ook weer van.’

Wesselius draait de rollen om en stelt een vraag aan de interviewer: ‘Wat zijn jouw plannen in de journalistiek?’
Even staar ik uit het raam. ‘Het lijkt mij heerlijk om een lange tijd op één plek verhalen te kunnen maken. Interviewen vind ik ontzettend leuk om te doen. Ik kan in een bepaalde hyperfocus raken als ik mij verdiep in een onderwerp waar ik hart voor heb. Op een plek belanden waar ik niets van weet en die helemaal uitpluizen. Misschien dat het buitenland mij daarom trekt. Of het nou Israël is of Australië. Wel heb ik moeite met objectiviteit.’

Wesselius knikt begrijpend. ‘Ik was een keer bij een bijeenkomst waar hoofdredacteur van het Franse dagblad ‘Le Monde’, Hubert Beuve-Méry sprak. Hij zei in het Frans woorden die ik altijd heb onthouden: “Echte objectiviteit bestaat niet. Want dan moet je zijn als een objectief (objectif in het Frans). Een objectif is een lens en we zijn niet die lens. We zijn mensen met onze eigen achtergrond. Wat je wel moet doen, is zo eerlijk mogelijk schrijven”. Dat heb ik altijd onthouden.’

Tekst loopt door onder de foto

Bang zijn om fouten te maken speelt ook mee, om eerlijk te zijn…
‘Dan moet ik je teleurstellen, dat is bij mij nooit overgegaan. Ik heb lang de angst gehad dat ik ontmaskerd zou worden. Dat gevoel heeft in het Engels de naam ‘Impostor syndrome’. Ik was bang niet goed te zijn in mijn werk. Tegenwoordig schrijf ik makkelijker. Ik heb meer vaardigheden dan jaren geleden. Maar de onzekerheid is nooit helemaal verdwenen.’

Als ik naar Wesselius kijk, zie ik een vrouw met karakter. Ze heeft een bepaalde eigenheid. Ik ben er best wel jaloers op. Je moet jezelf als journalist onderscheiden. Maar hoe? Er zijn al zoveel journalisten, wie zit er nog op mij te wachten?

Heeft u nog een tip voor een starter als ik?
‘God zegene de greep. Trek je niks van die angsten aan. Wat jij van jouw carrière maakt doe je naar jouw eer, geweten en vermogen. En dan komt het wel goed, je komt er wel.’

Wesselius mag dan bijna tachtig jaar oud zijn, ze maakt nog altijd haar opwachting op journalistieke bijeenkomsten. Frankrijk bezoekt ze nog meermaals per jaar om haar kennissen te bezoeken en te genieten van kunstexposities. Franse verslaggeving blijft uit haar radio galmen en ze schrijft nog steeds blogs – in het Frans – over exposities die ze in Nederland of elders bezoekt. ‘Want journalist-zijn, dat gaat nooit uit je.’ Ik hoop ook zo bevlogen te zijn als ik tachtig ben.

Tip de redactie

Wil je Villamedia tippen, maar is dat te gevoelig voor een gewone mail? Villamedia is aangesloten bij Publeaks, het platform waarmee je veilig en volledig anoniem materiaal met de redactie kunt delen: publeaks.nl/villamedia

Praat mee

Colofon

Villamedia is een uitgave van Villamedia Uitgeverij BV

Uitgever

Dolf Rogmans

Postadres

Villamedia Uitgeverij BV
Postbus 75997
1070 AZ Amsterdam

Bezoekadres

Johannes Vermeerstraat 22
1071 DR Amsterdam

Factuurgegevens

Villamedia Uitgeverij BV
Johannes Vermeerstraat 22
1071 DR Amsterdam

Contact

redactie@villamedia.nl

Redactie (tips?)

Chris Helt, hoofdredacteur

Marjolein Slats, coördinator magazine

Linda Nab, redacteur

Lars Pasveer, redacteur

Trudy Brandenburg-Van de Ven, redacteur

Rutger de Quay, redacteur

Nick Kivits, redacteur

Sales

Sofia van Wijk

Emiel Smit

Teddy van der Laan

Webbeheer

Marc Willemsen

Vacatures & advertenties

vacatures@villamedia.nl

Bereik

Villamedia trekt maandelijks gemiddeld 120.000 unieke bezoekers. De bezoekers genereren momenteel zo’n 800.000 pageviews.

Rechten

Villamedia heeft zich ingespannen om alle rechthebbenden van beelden en teksten te achterhalen. Meen je rechten te kunnen doen gelden, dan kun je je bij ons melden.