Goedlachs en pal voor zijn mensen: Henk Glimmerveen (1946 - 2020)
Henk Glimmerveen (24 september 1946 - 16 februari 2020) werd in 1989 chef buitenland bij het inmiddels ter ziele gegane persbureau GPD. Bij sommige collega’s gingen de wenkbrauwen omhoog. Henk had behalve bij het ANP en de VARA bij de Waarheid gewerkt, het voormalige ‘Russische avondblad’ aldus de schrijver W.F. Hermans. Als dat maar goed kon gaan.
De vrees bleek overbodig. Zoals collega Wera de Lange zich hun gezamenlijke jaren bij het partijorgaan van de CPN herinnert: het was niet zijn biotoop. Hij had weinig met de intellectualistische vernieuwers en nog minder met de oude gestaalde kaders.
Hoe hij daar dan beland was? Hij kwam uit een communistische nest en ‘kon er ook niets aan doen’, vermoedt De Lange. Ideologische scherpslijperij was hem volslagen vreemd. De sociaal-democratie met een groene rand komt vermoedelijk het dichtst bij zijn politieke voorkeur.
Erg serieus leek hij het gewoel op de Waarheid-redactie niet te hebben genomen. Zichzelf serieus nemen deed hij trouwens ook niet. Het was één van zijn aangename karaktertrekken.
De twijfels bij de meeste GPD-correspondenten over Henk waren verdwenen voordat de wenkbrauwen weer in de gebruikelijke stand stonden. Henk bleek de beste chef die een correspondent zich kon wensen. Hij stuurde je aan met lichte hand, bijna onmerkbaar, zodat zijn suggesties en ideeën al gauw de jouwe waren.
Maar hij was vooral klankbord en belangenbehartiger van ‘zijn’ mensen in het buitenland. In conflicten met de hoogmogenden zorgde hij altijd voor rugdekking. En meer dan dat. Als het moest rammelde hij ook met zijn portefeuille.
Daarmee maakte hij zich zeker bij de toenmalige hoofdredactie niet altijd populair. Later zou hij daar een hoge prijs voor betalen.
Voor de correspondenten en ook voor de rest van de redactie was en bleef hij de vriendelijke steunpilaar en vraagbaak met wie je ook, en veel, kon lachen.
‘Hij was uiterst beminnelijk maar had een vasthoudend karakter. Hij gaf je de ruimte zolang je geen sterallures kreeg. Daar had hij een broertje aan dood’, aldus Hans Geleijnse die voor de GPD correspondent was in Boedapest, Moskou, Londen en Rome.
Henk werd zelf tenslotte ook correspondent, in Parijs, de post waar hij zijn zinnen op had gezet. Het werden de mooiste jaren van zijn carrière. Hij genoot met volle teugen, ook van het goede Franse leven.
Op dit hoogtepunt volgde een dieptepunt. Nog geen twee jaar voor zijn pensioen werd hij teruggehaald. Wat voor de hand had gelegen, doorwerken in Parijs tot het pensioen, werd hem niet gegund. Rekening houden met zijn privé-omstandigheden, - hij was in die jaren getrouwd met een Française -, vonden ze niet nodig.
Het kon nog kleingeestiger. Bij terugkeer kreeg Henk een portefeuille die hem wezensvreemd was. Hij werd mediaredacteur. De liefhebber en schrijver van doorwrochte beschouwingen over buitenlandse politiek, werd geacht het liefdesleven van BN’ers in de gaten te houden. Compleet met posten bij tuinhek en deur. Het was de prijs voor het te vaak en met reden tegenspreken van de hoofdredactie. Het vergalde die laatste journalistieke jaren.
Zijn pensioen werd overschaduwd door een slopende ziekte. De andere, professionele gevechten had hij in elk geval moreel gewonnen. In dit gevecht had hij geen kans.
Zijn familie, vrienden en collega’s hebben een geweldig mens verloren.
Peter van Nuijsenburg, oud-correspondent in Johannesburg, Berlijn, Tokio en Rome.
Praat mee