Frits van Exter over Corona en de kunst van ‘verantwoorde kritiek’

Nu de overheid heeft vastgesteld dat degenen die werken in media en communicatie ook van ‘cruciaal’ belang zijn, rijst de vraag wat dat betekent. Hoe moeten we dat belang dienen en wat betekent dat voor onze onafhankelijkheid?
De premier gaf maandagavond al een aanwijzing: ‘… het is belangrijk dat we op dat kompas van wetenschappelijke kennis en betrouwbare feiten blijven varen’. Maar hij was nog niet uitgesproken of het debat barstte los over de keuze voor het scenario van ‘een beheerste verspreiding onder groepen die het minste risico lopen’. Op sociale media werden door al dan niet zelfbenoemde deskundigen de meest huiveringwekkende voorspellingen gedaan over de gevolgen van die koers.
Wat moet je als journalist? Als je hieraan aandacht besteedt, kun je verwarring zaaien en bijdragen aan de ondermijning van overheid en wetenschap, die we zo hard nodig hebben. Als je het negeert, verzaak je misschien in je rol van waakhond, die we ook niet kunnen missen. Hoe kritisch mag of moet je blijven?
In tijden van crisis wenden velen zich tot de klassieke media omdat er een enorme behoefte is aan goede informatie. Tegelijkertijd is er ook behoefte aan geruststelling, goed burgerschap en een ‘verantwoorde’ pers. Dat wringt, zeker als er zoveel op het spel staat en zoveel vragen niet te beantwoorden zijn.
Elke redactie en elke journalist moet zijn eigen keuzes maken, maar ik zou hopen dat het uitgangspunt ‘verantwoord kritisch’ is. Het is misschien een open deur, maar ik denk dat daarbij het bewustzijn van dit dilemma al een goed begin is: weet wat het effect van je berichtgeving kan zijn.
Daaruit vloeien keuzes voort. Het kompas van Rutte verdient nadere beschouwing, al was het maar dat je achterhaalt op welke wetenschappelijke kennis en feiten hij zich baseert. De vraag waarom andere landen kiezen voor een andere koers is even legitiem. Maar vermoedelijk zullen de antwoorden nooit afdoende zijn. We hebben het over scenario’s, over modellen en interpretaties.
Je zult dat net als je publiek moeten accepteren. Onzekerheid wordt ook niet minder als je het ene moment aandacht vraagt voor het ene scenario en het volgende voor een ander. Integendeel. Het is goed mogelijk dat in deze duizelingwekkende dynamiek van zorgwekkende gebeurtenissen, journalistiek met enige vertraging beter werkt.
Het gaat om evenwicht, de goede toon, het doseren, het negeren van veel ruis en een goed luisterend oor. Mocht je je afvragen of je op de goede weg zit, denk dan aan je echte publiek. We praten al jaren over de betekenis van transparantie en interactie. Dit is de lakmoestest. Haal de band nu aan. Praat met ze. Hoe vertrouwder je met elkaar bent, des te beter kun je doen wat bovenal van je verwacht wordt: informatie waar mensen wat aan hebben van journalisten die ze kennen en vertrouwen. Ze zijn waakhond, maar ze liggen niet aan de ketting en ze lopen ook niet los in het wilde weg te blaffen en te bijten.
Frits van Exter is voorzitter van de Raad voor de Journalistiek, maar heeft geen stem in de beoordeling van klachten. Hij verwoordt slechts zijn eigen mening.
Praat mee