mgm nvj maart

— zaterdag 25 februari 2012, 10:37 | 0 reacties, praat mee

Een creatief idee in vijf minuten

Een creatief idee in vijf minuten

We kennen het allemaal: zo’n dag dat er geen goed idee, laat staan een origineel idee, uit je koker komt. Karel van den Berg ontwikkelde een methode, speciaal voor journalisten, om creatief denken te forceren. De redactie van Villamedia volgde een workshop. Laatste wijziging: 14 februari 2013, 16:51

Het komt op de beste redacties voor. Op een ochtend wordt er vergaderd over de komende uitzending of een volgende editie, als de ideeënstroom ineens stokt. Er zit een volledige redactie aan tafel, maar er komt geen origineel idee of opvallende invalshoek meer op de agenda. Geregeld ligt daar het veelvuldig gebruik van ‘ja maar’ of – erger – ‘hebben we al eens gedaan’ aan ten grondslag. Soms is het simpelweg de dagelijkse dynamiek die gevoelsmatig geen ruimte biedt om stil te staan bij hoe een onderwerp origineler, spannender of aantrekkelijker kan worden aangepakt.

Het doet me denken aan onze eigen brainstormsessie, eens per kwartaal. Die komt eigenlijk hier op neer: iedereen schrijft mogelijke onderwerpen op een A4-tje, en die plaatsen we tijdens de brainstorm netjes één-op-één in de agenda, als ze niet voortijdig worden afgeschoten. En hoe je die onderwerpen nu eens op een echt creatieve manier uitwerkt? Tja…Vaak hollen we gewoon door zoals we dat altijd doen. En eens in de zoveel tijd krijgt iemand in een helder moment een écht origineel idee. Maar dat gebeurt eigenlijk alleen tijdens het hardlopen. Of op de wc en onder de douche. Niet vaak aan de vergadertafel.

Maar dat kán wel. Journalist en creativiteitsdeskundige Karel van den Berg (zie kader) ontwikkelde een methode speciaal gericht op journalisten waarmee je op ieder gewenst moment het creatieve denken kunt forceren, en tegelijkertijd oude denkpatronen kunt doorbreken. ‘Denkpatronen zijn niet per se fout’, zegt Van den Berg. ‘Maar onwaarschijnlijk sterk, en ze zullen je altijd naar gebaande paden leiden. Er zijn trucs om dat proces te doorbreken.’ Hoe je dat doet, gaat hij de redactie van Villamedia uitleggen in een workshop van één dagdeel (idealiter zijn dat er vier). En die trucs kun je leren zonder dat je je hoeft te onderwerpen aan beproefde creativiteits­methodes als het doen van rondedansjes of een middag Afrikaans trommelen met je collega’s. ‘Ze zien me aankomen op de economieredactie van NRC’, lacht Van den Berg. ‘Ik wil met mijn trainingen aantonen dat het forceren van creatief denken niet ongemakkelijk hoeft te zijn, en dat je er geen hele bosdag voor nodig hebt.’ De ‘trucs’ die hij ons in de loop van de ochtend aanleert, zijn dan ook niet bedoeld om ‘als een dwangneurose’ toe te passen, maar om pas te gebruiken wanneer je vastloopt in je denkproces. ‘Zie het als een gereedschapskist: als je het nodig hebt, pak je het en anders niet.’

Na de nodige theorie – wat verstaan we eigenlijk onder creativiteit? Wat willen we uitdragen met ons merk? – gaan we over op de praktijk. We kiezen een onderwerp waar we over het algemeen slecht mee uit de voeten kunnen: de jaarlijkse Dag van de Persvrijheid. Iedere week loopt er wel een voostel van een freelancer onze inbox binnen die meldt dat hij binnenkort zal afreizen naar Moldavië/Bulgarije/Oezbekistan/Azerbeidzjan en of we ‘iets’ willen met (het gebrek aan) persvrijheid daar. Negen van de tien keer schuiven we ze zuchtend opzij. Maar eerlijk is eerlijk: zelf bedenken we niets originelers als het op de persvrijheid – een toch niet onbelangrijk thema binnen ons vakgebied – aankomt.

Op de persvrijheid gaan we een van Van den Bergs trucs loslaten. Die bestaat uit het associëren volgens het schema van de welbekende vijf W’s en de H. In de PowerPoint staan ze onder elkaar genoteerd met de toevoeging ‘allemaal’: Wie allemaal, wat allemaal, waar allemaal, etcetera. We krijgen vijf minuten de tijd om met de persvrijheid in ons achterhoofd, zonder onderbrekingen alle mogelijke antwoorden – zinnig of onzinnig – op deze vragen op te schrijven. Weet je even niets meer bij de ene vraag? Dan spring je over op een andere, en weer terug. Zie het als een soort brain­writing, waarmee je jezelf forceert door te denken als het stokt. Wanneer je daar een beetje in getraind raakt, moet het niet moeilijk zijn om binnen de kortste keren bij – we noemen maar wat – een haringkar op een nabij gelegen plein uit te komen. ‘Je hoeft met die informatie nog niets te doen’, legt Van den Berg uit. ‘Het gaat erom dat je het onderwerp helemaal afgraast.’

Ik schrijf laverend tussen de verschillende vragen kreten op als: Hongarije, betogingen, censuur, protest, maar ik kom in de verste verte niet uit bij iets wat ook maar lijkt op een haringkar. Blijkbaar moet je daar even een drempel voor over. Pas als we worden geïnstrueerd om aansluitend simpele vervolgvragen te beantwoorden als wie doen dat ook, en wat doen die ook, schrijf ik: staking, schoonmakers, Occupy, tentenkamp. Dit gaat al beter, dit is out of the box, denk ik triomfantelijk. Maar hoe maak ik de slag weer terug naar de journalistiek?

Daar heb je je collega’s voor nodig, zo blijkt, die ‘meeliften’ op de steekwoorden die een ieder op tafel gooit. Om elkaar te kunnen versterken volgen we één heel belangrijke regel; we moeten het oordeel over de hersenspinsels van collega’s uitstellen. ‘Zodra je oordeelt, stopt het denken’, aldus Van den Berg. Langzaam ontstaan er plannen. Originele ideeën en invalshoeken die we eerder niet hebben verzonnen. ‘Je moet het zien als een sportschoolsessie’, zegt Van den Berg uiteindelijk. ‘Het beste resultaat kan zomaar ineens morgen komen.’ Hij raadt dan ook aan om onderwerpen voor een vergadering wat ruimer van te voren aan te kondigen, zodat we er vast op kunnen kauwen.

In de eerstvolgende vergadering vervallen we nog even in oude patronen en rolt er al snel een ‘hebben we al gedaan’ over tafel. Maar een week later in de mailbox: ‘Maandag vergadering: wat doen we met World Press? Suggesties aub.’ Hoera! Incubatietijd! De bekendmaking van de World Press Photo brengen we dit jaar eens anders. Geen selectie van de winnende foto’s dit nummer, maar iets creatievers, hopelijk. U mag zelf oordelen.

Bekijk meer van

Tip de redactie

Logo Publeaks Wil je Villamedia tippen, maar is dat te gevoelig voor een gewone mail? Villamedia is aangesloten bij Publeaks, het platform waarmee je veilig en volledig anoniem materiaal met de redactie kunt delen: publeaks.nl/villamedia

Praat mee

Colofon

Villamedia is een uitgave van Villamedia Uitgeverij BV

Uitgever

Dolf Rogmans

Postadres

Villamedia Uitgeverij BV
Postbus 75997
1070 AZ Amsterdam

Bezoekadres

Johannes Vermeerstraat 22
1071 DR Amsterdam

Factuurgegevens

Villamedia Uitgeverij BV
Johannes Vermeerstraat 22
1071 DR Amsterdam

Contact

redactie@villamedia.nl

Redactie (tips?)

Chris Helt, hoofdredacteur

Marjolein Slats, adjunct-hoofdredacteur

Linda Nab, redacteur

Lars Pasveer, redacteur

Trudy Brandenburg-Van de Ven, redacteur

Rutger de Quay, redacteur

Nick Kivits, redacteur

Sales

Sofia van Wijk

Emiel Smit

Teddy van der Laan

Webbeheer

Marc Willemsen

Vacatures & advertenties

vacatures@villamedia.nl

Bereik

Villamedia trekt maandelijks gemiddeld 120.000 unieke bezoekers. De bezoekers genereren momenteel zo’n 800.000 pageviews.

Rechten

Villamedia heeft zich ingespannen om alle rechthebbenden van beelden en teksten te achterhalen. Meen je rechten te kunnen doen gelden, dan kun je je bij ons melden.