Weer journalist vermoord in Honduras
In Honduras is radiojournalist Israel Zelaya ontvoerd en enkele uren later vermoord aangetroffen op en suikerrietplantage. Hij werd door gewapende mannen uit zijn woonplaats San Pedro Sula ontvoerd. Dit heeft de Hondurese politie bekendgemaakt. Zelaya was commentator bij Radio International. Sinds maart zijn er in Honduras nu al acht journalisten omgebracht. Journalist Jan Keulen kwam in Honduras aan op de dag na de moord op Zelaya om er de workshop ‘Vrijheid van Meningsuiting en Toegang tot Informatie’ te geven. Hieronder zijn persoonlijke impressie vanuit Tegucigalpa, de hoofdstad van Honduras.
Woensdag 25 augustus. Het is een vreselijke foto. De vermoorde journalist Israel Zelaya ligt op zijn rug op de grond. Een man met witte gummi handschoenen sjort beide armen van het lijk omhoog. Een geüniformeerde politieman staat er verveeld bij te kijken. Alsof hij dit tafereel vaker heeft gezien. Onder het hoofd van de man ligt een grote plas bloed.
De krant meldt dat Zelaya een bekende journalist was in San Pedro Sula, de tweede stad van Honduras. Ooit veertig jaar geleden begonnen als sportjournalist had hij zich ontwikkeld als algemeen verslaggever en presentator van diverse radioprogramma’s. Hij was een populaire figuur in San Pedro Sula, stond bekend als “Chacatay”. Hij is de negende journalist die dit jaar in Honduras wordt vermoord.
Ik ben net aangekomen in Tegucigalpa, de hoofdstad van Honduras, en ik kijk even een plaatselijke krant in. Zie direct het groot gebrachte nieuws over de moord en de niets verhullende foto’s.
Lokale journalistenorganisaties hebben een workshop over Persvrijheid en Vrijheid van Meningsuiting georganiseerd. Het initiatief wordt ondersteund door de organisatie Article19 en Free Voice. Mijn collega van Article 19, Ricardo Gomez, is nog bezig informatie in te winnen over de dood van “Chacatay”. Hij praat met de echtgenote en kinderen van de vermoorde journalist, die zeggen geen idee te hebben waarom hij is neergeschoten. “Hij had ongetwijfeld veel vijanden want hij nam geen blad voor de mond en hij was een verklaard tegenstander van de huidige regering en aanhanger van de vorig jaar door een coup verdreven president Zelaya.”
Gomez sluit niet uit dat de moord op “Chacatay” niets te maken heeft met zijn journalistieke werk en politieke overtuigingen, “maar waarschijnlijk is dit niet”. “Het is wel heel toevallig dat alle 9 vermoorde journalisten aanhangers waren van de verjaagde president Zelaya. En politie en justitie hebben nog geen enkele van de moorden opgelost en lijken daar ook weinig haast mee te maken.”
De volgende ochtend blijken een 25-tal journalisten en mensenrechtenactivisten op de workshop te zijn afgekomen. Op het programma staan presentaties over “het recht op vrije meningsuiting in democratieën” en “aanvallen op journalisten”. Er volgen levendige discussies en de Hondurese journalisten hebben veel wrange voorbeelden uit de praktijk te melden.
Aan het eind van de dag komt een medewerker van het hotel het zaaltje binnen waar de workshop wordt gehouden. Niemand kan op dit moment het hotel uit. Alle deuren zijn hermetisch gesloten want buiten op straat vindt een veldslag plaats. Leger en politie schieten met traangas en schieten rubberen kogels af op een groep woedende demonstranten. Het zijn onderwijzers die razend zijn over het feit dat de regering hun pensioenfonds heeft leeggehaald. Ze eisen hun geld terug, zodat de pensioenen weer kunnen uitbetaald. De minister van onderwijs moet, volgens de demonstranten die uitgerust zijn met stokken en stenen, zo spoedig mogelijk aftreden.
Sommige van de deelnemers aan de workshop, journalisten tenslotte, gaan direct aan het werk en proberen de straat op te gaan. Maar het is niet gemakkelijk. Het regent stenen en er lijkt van verschillende kanten te worden geschoten. Er vallen gewonden, ook onder de politie en soldaten die een ongeorganiseerde indruk maken. Sommige politiemannen gooien stenen terug. De onderwijzers, velen met doeken voor hun gezicht, schreeuwen “revolutie als antwoord op oppressie”. Er hangen dichte wolken traangas.
De volgende twee dagen gaan we op de workshop terug naar de voorbereide thema’s: toegang tot (regerings-) informatie en het vormen van een groep Hondurese trainers op het gebied van persvrijheid en de bescherming van journalisten. Geen overbodige luxe. Er zijn journalisten gewond geraakt bij de rellen van deze week; één journalist is in elkaar geslagen toen de politie een gebouw ontruimde op de campus van de universiteit.
De media in Honduras zijn gepolariseerd. De grote kranten en radio- en tv-stations ondersteunen de huidige regering “van nationale eenheid” van president Porfirio Lobo. Er zijn echter ook media die sympathiseren met “het verzet” tegen de vorig jaar gepleegde staatsgreep en tegen de, in hun ogen, onwettige regering. Van beide kampen zijn journalisten aanwezig op de workshop. Er zijn, zo nu en dan, pijnlijke discussies maar meestal blijft de sfeer goed. Journalisten van alle gezindten hebben immers te kampen met dezelfde dagelijkse problemen van gebrek aan veiligheid, straffeloosheid en de onmogelijkheid om op een onafhankelijke manier hun vak uit te oefenen te midden van alle geweld en op de spits gedreven politieke tegenstellingen.