ThePostOnline: 6,5
Bloedstollend saaie dingen kunnen uitstekend gemaakt zijn, mits direct duidelijk is wat iets ís. Een blad over caravans bijvoorbeeld. Of een site over bouwmaterialen. ThePostOnline, in 2009 als Dejaap.nl begonnen als ludiek antwoord op de VARA-opiniesite Joop.nl, is nooit saai. Maar wat ís het nou precies? 'Geels deelt uit' over aard en wezen van ‘de Nederlandse Huffington Post'.
Een forse tegenvaller: het boek over Ahmed Marcouch bleek al geschreven. De ‘politieke biografie’ verscheen begin dit jaar in partjes op ThePostOnline (TPO). En dat potdomme nog geheel gratis ook. So much for mijn eigen schrijfplannen. ‘Je reinste broodroof’, mokte ik achter mijn laptop.
Ontregelend was ook dat ik zo’n omvangrijk – en naar ik aannam dus duur – project niet op TPO had verwacht. En ik begon net een beetje te begrijpen wat TPO ís.
Althans, dat dacht ik.
Bloedstollend saaie dingen kunnen uitstekend gemaakt zijn. Belangrijkste voorwaarde: je moet direct kunnen zien wat het is. Een blad over caravans bijvoorbeeld. Of een site over bouwmaterialen. ThePostOnline, in 2009 onder de naam Dejaap.nl begonnen als ludiek protest tegen de VARA-opiniesite Joop.nl, is nooit saai.
Maar wat is het?
Mede-oprichter Mark Koster legde het mij en elf andere papierfossielen begin 2013 uit. TPO, sprak Koster, moest ‘de Nederlandse Hufftington Post’ worden. Een nobel streven, maar ik zag het niet. TPO was een ratjetoe aan taaltechnisch nogal eens rammelende stukjes over van alles en nog wat: van wielrennen via Zware Politiek tot aan LowLands.
Maar hee, het was internet, en dus cool en De Toekomst! Koster sprak gloedvol over een ‘rivier’ van welke je aan de ene oever – die van het papier – inmiddels niet meer moest wezen en aan de andere oever – die van internet – juist wel. Hij had ook iets over zijn inkomsten verteld. Mijn conclusie: voorlopig hou ik mijn basishonk lekker aan deze kant.
Ook Henk Steenhuis ging op zoek naar wat TPO is. Hoofdredacteur Bert Brussen leidde hem rond over de redactiezolder nabij de Haarlemmerstraat, voor Steenhuis’ eind 2013 uitgezonden documentaire ‘Iedereen journalist’. Zes piepjonkies keken verschrikt in de camera. Brussen duidde een van hen als stagiair, maar Koster wees hem terecht: ‘Stan is vaste medewerker’. Brussen, verbaasd: ‘Oké’.
De kans dat Philippe Remarque, dit alles gezien hebbend, ‘s nachts van angst zijn kussen aan flarden beet, leek me niet al te groot.
Maar er is het nodige veranderd. Brussen heeft nu minder maar wel ervarener redacteuren (iedereen bij TPO is freelancer). Ook heeft hij tegenwoordig budget om columnisten te betalen. Jan-Jaap Heij (ex-De Pers) is aangetreden als uitgever, de stukjes rammelen een stuk minder en de bezoekcijfers zijn flink gestegen. In de maand juli haalde TPO, waarvan de Vereniging Veronica 51 procent van de aandelen bezit, voor het eerst 500.000 unieke bezoekers.
Een belangrijke reden is dat TPO eind maart is opgenomen in Google Nieuws. Heij kende daar een mannetje, dat hielp. Een tweede belangrijke factor is het arbeidsethos van de aanjagers. De eerste aanjager is Brussen, de tweede Bas Paternotte, die ik nog ken van HP/De Tijd. Paternotte is een beest. Hij vindt iedereen die niet 25 uur per dag werkt totaal belachelijk.
Paternotte-achtigen gedijen het best als er nieuws is. En nieuws was er in juli volop, het drama met de MH17 bijvoorbeeld. Paternotte en Brussen houden dan tientallen websites tegelijk bij en plempen elk snippertje nieuws, met effectief gebruik van Twitter, onmiddellijk online. Anders dan bij de kwaliteitskranten hoeft dat nieuws niet eerst geautoriseerd te zijn. Een gerucht (dat staat er dan bij) is ook nieuws.
ThePostOnline is dus een nieuwssite? Nee, of beter gezegd: niet alléén. Het is namelijk ook een opiniesite, met bijdragen van de meest uiteenlopende types: van SP-Kamerlid Ronald van Raak tot Telegraaf-geldcolumnist Peter Beszelsen, ‘ex-mede-aandeelhouder van Kerckemeren Consult B.V. Financial Consultants’. Als Dave Roelvink een stukje wil tikken, vindt Brussen dat vast ook prima.
Helaas staan de artikelen van Arnold Karskens achter een paywall, genaamd TPO Magazine. De kale kogelvreter, voor 5 procent aandeelhouder van TPO, scheidt voor de reguliere site slechts mini-columns van 74 woorden af.
Behalve een nieuwssite en een opiniesite is TPO dus ook een uitgeverij van betaalde content. Volgens Heij met toenemend succes, ‘hoewel het dubbeltjeswerk blijft’.
Wat TPO niet is, is een kopie van GeenStijl. Ook Brussen en Paternotte zijn anti-establishment, maar TPO is veel minder cynisch en anti-multiculturele samenleving dan GeenStijl (2,7 miljoen bezoekers).
Wel wordt er – zij het eenzijdig – kruisbestoven. Paternotte heeft al jaren een politieke column op GeenStijl en ook Brussen leent zichzelf nog regelmatig aan zijn vroegere werkgever uit.
Dan produceert hij zinnen als deze, over ‘Zomergasten’: ‘Geschrokken denk je terug aan die lange zomeravonden met Peter van Ingen en Een Hele Moeilijke Gast Met Saaie Dingen op Nederland 3 en dan pappa en mamma die drie uur lang met één vinger aan hun kin of wang geïnteresseerd staren en knikken en ‘hmmhmm’-en en jij die dacht dat ze echt geïnteresseerd waren maar uiteindelijk hadden pappa en mamma ook maar gewoon een baan onder een systeemplafond met een koffieautomaat waar collega’s op maandagen proberen elkaar te overtreffen in kosmopolitische intellectualistische pretentie.’
Dit mag je gerust ‘typisch-GeenStijl-proza’ noemen. De vraag is nu: waar blijft het ‘typische TPO-proza?’
Snelheid: 8 (TPO is vaak sneller dan de krantensites)
Verdienmodel: 4 (kwaliteit brengen kost geld, en de online advertentietarieven blijven maar dalen)
Vlijt: 9 (het betere bikkelen)
Eenduidigheid: 5 (TPO wil wel erg veel tegelijk zijn)
Praat mee