Economie is emotie
Over één zaak is iedereen het eens: economie is emotie. Het aantal variabelen waarmee die tak van wetenschap moet werken is vele malen groter dan het aantal korrels in mijn koffiedik. Het gevolg: behalve met astrologie, kan je met geen andere wetenschap zoveel kanten op, constateert Kees Schaepman. Iedere redacteur van willekeurig welk praatprogramma weet dat je in magere tijden altijd nog een paar hooggeleerde economen kunt uitnodigen, dat levert gegarandeerd aantrekkelijke, want felle discussies op. En al die hoogleraren en beursgoeroes hebben gelijk, zolang je hún vaak als feiten vermomde meningen volgt.
Nieuwsmedia pretenderen de geschiedenis te beschrijven terwijl die zich afspeelt. De waarheid en niets dan de waarheid! Maar waar de feiten ons in de steek laten, domweg omdat het er teveel zijn en omdat ze te vaak verdraaid worden, draait uiteindelijk alles om geloof of om ideologie, het is maar hoe je het wilt noemen. Het lijkt wel politiek. Met één groot verschil. Bij politici weet je dat ze geen keiharde waarheden verkondigen en hoop je te weten wat hun premissen zijn. Het is een vak van vallen en opstaan. Maar economie is wetenschap. Dus zou ik moeten kunnen vertrouwen op degenen die ervoor geleerd hebben. Want zelf begrijp ik er niet veel van.
Betrouwbare bronnen blijken ons stelselmatig te belazeren. Landen liegen over hun begrotingen. Onafhankelijk geachte waarnemers als Standard and Poor’s gaven niet aan dat de wereld economie al lang door onverantwoordelijke kredieten was uitgehold toen ze nog hun triple A kwalificaties afgaven. Waar kan ik als verslaggever mijn feiten nog checken?
Weinig boeken hebben op mij zoveel indruk gemaakt als ‘Darkness at Noon’ van Arthur Koestler. Een afrekening wordt met het stalinisme, waarbij politiek werd bedreven volgens een geperverteerde, onontkoombare, zeg maar mathematische logica. Een logica waarin zelfs de slachtoffers van het systeem zich voegden. Ik heb aan lezing van dat boek een flinke achterdocht overgehouden tegen ideologieën die zich als wetenschap presenteren en feiten die afgeleid worden van doelstellingen.
Nu het nieuws beheerst wordt door pensioendiscussies, schulden en aandelenkoersen die een achtbaanparcours volgen, levert die achterdocht mij problemen op. Wat moet ik eigenlijk vinden? Voor economisch herstel is vertrouwen nodig, wordt mij door deskundigen verzekerd. Ik geef dat vertrouwen graag. Maar aan wie? Is mijn pensioen veilig bij de FNV? Ik wil dat graag geloven. Agnes Jongerius lijkt mij een aardige en fatsoenlijke vrouw en Henk van der Kolk zou ik niet snel als bondgenoot kiezen. Veel verder kom ik niet, terwijl ik toch braaf mijn huiswerk doe en de economiepagina’s volg.
Straks moet ik als NVJ-lid ook nog stemmen: voor of tegen het akkoord. Terwijl ik er, eerlijk gezegd, nauwelijks een snars van begrijp. Verhoging van de pensioenleeftijd is onvermijdelijk, dat geloof ik graag (gelukkig: ik heb het mijne al binnen!). Steun aan zwakke eurolanden? Natuurlijk! Het zou stom zijn onze zuidelijke buren nu te laten vallen. Maar waarom eigenlijk? Met het aureool van de wetenschap omgeven deskundigen die beweren dat Griekenland beter terug kan keren naar de drachme, dragen óók stevige en geloofwaardige argumenten aan, gestoeld op hun eigen feiten. En een premier die een vergissing van ruim 50.000.000.000,00 euro wegwuift als een communicatieprobleem (een échte oplichter zou zo’n bluf bij zo’n bedrag niet aandurven) draagt ook al niet bij aan de groei van mijn vertrouwen.
Ook mijn favoriete media larderen hun berichtgeving te vaak met meningen die te veel op feiten lijken. Ik ben het meestal wel eens met wat ik lees, zie en hoor, maar ja, daarom zijn het ook mijn favoriete media. Wie weet heeft Wilders wel gelijk. Of De Telegraaf. Uiteindelijk blijf ik maar van één waarheid overtuigd: economie is emotie.
Praat mee