Omroep gaat kwaliteit programma’s meten
De Nederlandse Publieke Omroep (NPO) gaat als voorwaarde stellen dat publieke omroepen per programma hun meerwaarde aantonen. Het publiek bepaalt mee of de programma's onderscheidend genoeg zijn. De NPO ontwikkelt nu onderzoeksinstrumenten om permanent van elk programma te meten wat het publiek vindt van de kwaliteit en de publieke waarde. Dit gebeurt al voor de omroep als geheel en voor de zenders Nederland 1, 2 en 3, maar dat gaat de omroep nu ook per programma doen. Daarmee loopt Nederland in Europa voorop, zei voorzitter Henk Hagoort van de raad van bestuur van de NPO donderdag in zijn nieuwjaarstoespraak. Zijn hele toespraak staat hier.
Praat mee
1 reactie
Cees Gravendaal, 7 januari 2011, 16:17
NPO baas Hagoort lijkt een vernieuwende opvatting via zijn nieuwjaarsspeech te hebben willen presenteren. De invoering van het kwaliteitscriterium voor programma’s van de publieke omroepen. Naast het bereik zal volgens Hagoort ook de kwaliteit van een programma moeten aantonen dat het uigezonden programma de legitimatie verdiend bij het publiek om met publieke gelden gemaakt en uitgezonden te worden.
Interessante redenering. Volgens de NPO voorzitter heeft het publiek uiteindelijk “het laatste woord”“. Daar wringt nu juist de Hilversumse schoen. De kijkcijfers geven een goed beeld van de waardering van het publiek voor een programma. Wie kijkt is geinteresseerd zeker als de kijker blijft kijken. Dus het “laatste woord” van het publiek geeft geen enkele garantie over de kwaliteitsnorm van het programma. De publieke omroep zou voor een kwaliteitstoets van een programma ondermeer een journalistieke norm moeten hanteren. Voor programma’s alsw het NOS journaal, Nieuwsuur en de zogenoemde actualtietenrubrieken kan een toets op basis van journalistieke normen en een vergelijking met de journalistieke prestaties van de dagbladen boven water brengen of de publieke omroep wel volgebs voldoende kwalitatieve journalistieke maatstaven de luisteraar en kijker van informatie voorziet. Daar zet ik grote vraagtekens bij. De brand Moerdijk heeft weer eens laten zien hoe de belangrijke informatieve, dus journalistieke< taak, van de publieke omroep wordt uitgevoerd. Teveel het napraten van woordvoerders en het klakkeloos uitzenden van nietszeghende teksten van burgemeesters. De burger/kijker/luisteraar heeft recht op correcte en volloedige informatie die op journalistieke wijze wordt gepresenteerd. Dat is kwaliteitsjournalistiek die haaks staat op het criterium bereik. Zolang Hilversum op defensieve wijze de inhoud van de informatieve programma’s verdedigd met kijkcijfers zal een werkelijke onafhankelijke kwaliteitstoets niet betere informatie leiden. De invoering van een kwaliteitskaart is windowdressing. Daarmee zal een kwaliteitsverbetering en het luisteren en reageren op inhoudelijke kritiek niet veranderen. Hilversum zou meer de hand in eigen boezem moeten steken en niet met de kwaliteitskaart de steun van het publiek willen zoeken.
Cees Gravendaal