Mediastorm rond Mariko Peters
HP/De Tijd beschuldigt GroenLinks Kamerlid Mariko Peters van ontvoering en belangenverstrengeling. De affaire voert terug naar 2005, toen de politica als diplomate in Kabul werkte. Kaasje voor de media. Maar waarom nu pas? Een reconstructie van een onverkwikkelijke mediastorm.
HP/De Tijd kondigt onheil aan. De cover is gereserveerd voor Johan en echtgenote Danny Cruijff met de kop: ‘Het secreet achter Cruijff’. Op de voorpagina staat ook Mariko Peters. Bescheidener en zonder foto, maar de kop belooft mediagedonder: ‘Medeplichtig aan ontvoering’.
De coverstory zorgt onder voetbalfans voor gefronste wenkbrauwen, maar die trekken snel weer recht. Het in opspraak geraakte Tweede Kamerlid voor GroenLinks daarentegen, blijft bijna twee weken lang nieuws. Ze krijgt een ministerieel feitenonderzoek aan haar broek. Niet vanwege de vermeende ontvoering onlangs van de drie kinderen (uit een eerder huwelijk) van haar man, maar wegens mogelijke belangenverstrengeling. Zij gaf in 2005 als diplomate op de ambassade in het Afghaanse Kabul advies over een subsidieaanvraag van cultureel ondernemer Robert Kluijver, haar geliefde. ‘Vriendjespolitiek?’ staat er boven het kaderbericht bij de reportage van freelance journaliste Lise Witteman.
Witteman legt half juli haar bronnenmateriaal op tafel bij HP/DeTijd en krijgt groen licht om enkele weken aan het verhaal te werken. Dat gebeurt onder permanente begeleiding van redactiechef Boudewijn Geels. Checken, herschrijven, nogmaals checken en aanpunten; het verhaal moet wel waterdicht zijn, want het is een precair onderwerp, realiseert Witteman zich. Ze belt met de Raad voor de Journalistiek om te peilen of de ontvoeringszaak publicabel is. Ze wordt gewezen op de belangen van de kinderen. Ook wint ze advies in bij Philippe Remarque, haar zwager en hoofdredacteur van de Volkskrant. ‘Philippe zag geen bezwaren voor publicatie. Hij vroeg zich wel af of de kinderen daar geen last van zouden krijgen. Daar heb ik in mijn artikel rekening mee gehouden. De achternamen van hun ouders zijn niet vermeld evenals hun woonplaats in Engeland, hun leeftijd, geslacht en school. Ook heb ik niet geschreven over de mishandeling die hun vader hun moeder heeft aangedaan (de vader ontkent dat, red.) en het verblijf in het blijf-van-mijn-lijfhuis door de moeder.’
GroenLinks probeert publicatie tegen te houden. Peters komt met de summiere verklaring dat het verhaal niet deugt. Fractieleider Jolande Sap herhaalt die boodschap een dag later. Inhoudelijk gaan de twee niet in op de affaire, beweert hoofdredacteur Frank Poorthuis, twee uitvoerige gesprekken met Sap ten spijt. De persdienst van GroenLinks klaagt dat ze pas anderhalve dag voor publicatie om commentaar wordt gevraagd. Witteman verdedigt: ‘Het verhaal was gedegen onderbouwd met juridische documenten. Vragen als hoe, wat, waar, wie en wanneer waren al beantwoord. Het ging vooral nog om de vraag waarom? Stel dat het alleen het woord was van de ex van Robert tegen Mariko, dan was het natuurlijk een ander verhaal geweest.’
Poorthuis, op dat moment op vakantie in Tsjechië, verwacht een juridisch gevecht en schakelt daarom een externe advocaat in die de huisadvocaat terzijde moet staan. ‘Toen puntje bij paaltje kwam, bond de advocaat van de tegenpartij in. Daar verbaasde ik mij wel over.’
Een dag voordat HP verschijnt, wordt de Volkskrant ingeseind over de productie, zoals dat wel vaker gebeurt. Het weekblad geeft de primeur weg onder voorwaarde dat de krant verwijst naar het uitgebreidere verhaal in het weekblad. Goed voor imago én losse verkoop. Ook de redactie van de Volkskrant belt GroenLinks voor commentaar, maar krijgt eveneens enkel te horen dat het verhaal niet deugt, zonder verdere uitleg. Verslaggever/commentator Raoul du Pré: ‘Peters partner klaagde op zijn weblog dat alle media verzuimden zijn kant van het verhaal te horen. We hebben hem om commentaar gevraagd. Hij beloofde te zullen reageren, maar die belofte kwam hij niet na.’
De Volkskrant publiceert de volgende ochtend over de vermeende ontvoering. De mogelijke belangenverstrengeling komt halverwege het artikel aan bod. Het verhaal kantelt nog dezelfde dag. NRC Handelsblad bericht onder de kop ‘Kamerlid Peters raakt in opspraak’ dat zij zich volgens HP/De Tijd schuldig heeft gemaakt aan belangenverstrengeling. De ontvoering verdwijnt uit beeld, ook bij de Volkskrant. ‘De belangenverstrengeling was interessanter om te onderzoeken’, zegt Du Pré. ‘Bovendien was die ontvoeringszaak erg ingewikkeld.’
Mariko Peters wordt inzet van een mediastrijd tussen de Volkskrant en NRC Handelsblad. Eerstgenoemde heeft een voorsprong dankzij het bronnenmateriaal dat HP/De Tijd ter beschikking stelt. Witteman meldt zich ter assistentie op de redactie waar ze eerder heeft stage gelopen.
‘Het was een krantending geworden’, zegt Poorthuis. Witteman: ‘Dat ik in eerste instantie naar HP/De Tijd stapte, had er mede mee te maken dat ik niet de beschuldiging van nepotisme op mij en de Volkskrant wilde laden. Inderdaad, de man van mijn halfzus is daar hoofdredacteur. Vorig jaar heb ik op de politieke redactie van de Volkskrant stage gelopen, toen Pieter Broertjes nog hoofdredacteur was. Ik ken die politieke redactie dus goed. De vraag kwam of ik met hen nog eens door het bronnenmateriaal wilde gaan, in aanvulling op de contacten en ervaring die bij die redactie aanwezig zijn.’
De Volkskrant, gevolgd door NRC Handelsblad – die de achternaam van de geliefde van Peters openbaart – publiceren mails van het verliefde stel. De Telegraaf laat anoniem opgevoerde politici zeggen dat de politica beter kan opstappen. GeenStijl hangt de vermeende vuile was van Kluijver buiten, die op zijn beurt op zijn (inmiddels verwijderde) blog zijn ex met de grond gelijk maakt.
Inmiddels komt er kritiek van vakgenoten. Ombudsman Sjoerd de Jong van NRC Handelsblad schrijft: ‘De vraag die de Britse tabloidpers zich moet stellen, na het schandaal rond News of The World, geldt ook voor serieuze kranten: welke normen hanteren zij, en welke publieke functie willen ze vervullen? Dat anno 2011 consensus over de maatschappelijke rol van journalistiek niet meer bestaat is duidelijk. Alleen, dat is geen vooruitgang maar regressie.’ Vice-voorzitter Hella Liefting van de NVJ hekelt in Trouw het op straat gooien van de mails. Ook zij refereert aan de illegale werkmethoden van de Engelse tabloid. Journalisten zijn tegenwoordig meer jachthond dan waakhond, concludeert zij.
Witteman, gesteund door Poorthuis, wijst nog maar eens een keer op het belang van de vermeende ontvoeringszaak: ‘Het gaat om een pittige overtreding door iemand die als juriste beter had moeten weten. Een volksvertegenwoordiger die de wet predikt, dient zich daar ook buiten de Kamer aan te houden, zeker als het gaat over zaken waar meerdere jaren celstraf op staan. Het tekent een aantal media dat ze hier anders over denken. Blijkbaar kan het ook niemand iets schelen dat Peters zich diplomatiek gezien in een vervelende positie bracht door openlijk een affaire te hebben met een getrouwde man in een land dat daar zeer conservatief over denkt.’
Mariko Peters geeft uiteindelijk een interview aan NRC Handelsblad, waarin ze haar straatje probeert schoon te vegen. Wel geeft ze toe dat ze zakelijker had moeten opereren. Buitenlandse Zaken doet er later die week een schepje bovenop. Peters heeft de gedragscode geschonden door niet te melden dat ze verliefd is op het moment dat ze de subsidieaanvraag beoordeelt. Het afhandelen van de aanvraag doet ze wel professioneel, aldus het onderzoeksrapport. De hoofdrolspelers – Witteman, HP/De Tijd, de Volkskrant en NRC Handelsblad – staan ondanks alle kritiek van lezers en vakgenoten volledig achter hun publicaties.
Margreet Vermeulen, ombudsvrouw bij de Volkskrant verdedigt de journalistieke keuzes van de redactie, zoals door Du Pré verwoord. ‘We schreven dat Peters verliefd was geworden op de man over wie zij een advies moest geven over een subsidieaanvraag. Toen GroenLinks dat ontkende, konden we niet anders dan met bewijzen komen. We hebben toen enkele mailtjes gepubliceerd en de selectie vond zo prudent mogelijk plaats. Bovendien verstuurde Peters die mailtjes vanaf haar account op de ambassade, via haar werkgever dus. Als we een beroep hadden gedaan op de Wet Openbaarheid Bestuur, dan had Buitenlandse Zaken deze mails hoogstwaarschijnlijk openbaar moeten maken.’
De Telegraaf, die de kwestie in 2007 op het spoor kwam maar er niets over meldde, had beslist gepubliceerd als het de gewraakte mailtjes in handen had gekregen, verklaart commentator Paul Jansen in het radioprogramma Villa VPRO.
Ook Vrij Nederland wist destijds van de hoed en de rand, maar besloot niet te publiceren, schrijft hoofdredacteur Frits van Exter als voorwoord bij een reportage van Harm Ede Botje, die destijds de affaire onderzocht. Buitenlandse Zaken wuifde de beschuldigingen weg, aldus Van Exter. Bovendien waren de mails onrechtmatig verkregen. Het algemeen belang om toch te publiceren woog daar niet tegenop, oordeelde VN na wekenlang wikken en wegen.
De recente kwestie van de vermeende ontvoering zorgde ervoor dat het balletje toch weer ging rollen. ‘Het stilzwijgen van GroenLinks maakte de zaak alleen maar groter, zegt NRC-verslaggever Pieter Van Os. Du Pré: ‘Wat ook meespeelde was dat er weinig ander nieuws kwam vanuit politiek Den Haag.’ Waarom Vrij Nederland vier jaar na dato alsnog besluit te publiceren? ‘De zaak ligt nu toch op straat’, zegt Van Exter. Peters is in opspraak gekomen, Buitenlandse Zaken maakt er nu wel een punt van. ‘En tenslotte gaat het (verhaal) over de mores van media.’ Columniste Elma Drayer relativeert de mediastorm in hetzelfde nummer: ‘Het was, al met al, weinig verheffend. Maar het einde der tijden laat vast nog wel even op zich wachten.’
——-
Praat mee