word studentlid

— vrijdag 3 december 2010, 09:00 | 0 reacties, praat mee

‘Een goed blad is als 


Van de bladenwetten van Rob van Vuure hadden ze nooit gehoord. Zelfstandig bladenmakers Petra Boers en Suzanne Hertogs, bekend van het pubermagazine DUF, werken zonder bestaande structuren, doen niet aan formules, en denken al helemaal niet aan de doelgroep. ‘We blijven dichtbij onszelf, dat geeft ons werk iets heel eigens.’ Laatste wijziging: 14 februari 2013, 17:14

Petra Boers (42, journalist) en Suzanne Hertogs (33, ontwerper) vormen sinds 2005 een opvallend duo in de bladenwereld. In dat jaar verscheen hun eerste gezamenlijke project: DUF, een mook – combi tussen boek en magazine – voor cultureel en maatschappelijk geëngageerde pubers. Het a-typische werkje leek in niets op welk magazine ook uit het bestaande bladenlandschap.

Boers: ‘De nacht voordat DUF naar de drukker ging, had ik angstdromen over de recensies, weet ik nog. Ik droomde dat de kranten schreven: “Dit rommeltje bij elkaar gezochte flauwekul, daar moet geen subsidiegeld naartoe.”’ Maar NRC Handelsblad schreef: ‘Het lijkt alsof de drukker er al zijn papiersoorten en druktechnieken voor heeft gebruikt. De inhoud is net zo gevarieerd.’ Trouw noemde het ‘een standaardwerk voor pubers’ en de VPRO Gids meende dat het gratis aan alle pubers zou moeten worden verstrekt.

DUF 1 en 2, en de daarop volgende bladen die Boers en Hertogs samen maakten (Blaadje 4, Springstof – voor jonge dansers – en het recente Glas – een glossy voor het Nationaal Glasmuseum) zijn het best te omschrijven als eclectische kunstwerkjes, verrassende verzamelingen en combinaties van tekst en beeld. Het resultaat van blind vertrouwen op hun eigen intuïtie, zeggen ze zelf. Aan bladformules doen ze niet en van bladendokter Rob van Vuure met zijn coverwetten hadden ze in eerste instantie nooit gehoord.

Hertogs: ‘Eén van de dingen die we altijd zeggen is: “Denk niet aan de doelgroep”. We vullen onze bladen met dingen die wij zelf interessant vinden. Voor ons is een blad als een snoepwinkel; er komen allemaal wereldjes bij elkaar, om samen een nieuwe wereld te vormen. En als je het goed doet en het een mooi winkeltje is, willen mensen daar een tijdje vertoeven.’

Boers: ‘Wij werken zonder bestaande structuren en blijven heel dicht bij onszelf, dat geeft het iets heel eigens. Op de Nederlandse bladenmarkt is heel veel te krijgen, maar ook erg veel van hetzelfde – vooral wat de vrouwen­bladen betreft. Overal komen dezelfde formules terug. Ik heb daar niet zoveel mee, mis dan een soort intelligentie in de inhoud.’

Boers: ‘Niet direct. Er zijn publieksbladen die volgens formules heel goed en mooi worden gemaakt en aan een grote behoefte voldoen. Neem de Libelle. Mijn zus is een echte Libelle-vrouw, ze gaat elke week dat Libelle-wereldje in en vindt dat fijn. Ik verzét me daar niet tegen; ik word er alleen zelf niet door geïnspireerd. Ik hou van een extra laag, net even dieper. Dat je esthetisch en inhoudelijk even geraakt wordt. Dat proberen wij door te voeren in alles wat we maken.’

Hertogs: ‘Voor mij was het wel verzet. Het uitgangspunt van DUF was om een boek te maken dat ik zelf had willen hebben toen ik 15 was. Toen bladerde ik in mijn honger naar informatie vaak door de encyclopedie – er was nog geen internet.’

Boers: ‘Vooruit, misschien is het in die zin toch een klein beetje inhoudelijk verzet. Toen ik puber was, had ik ook niks. Ja, hele stomme blaadjes die alleen maar gingen over meisjesdingen, vriendjes en wat ik op m’n nagels moest smeren. Mijn oom en tante hadden Vrij Nederland, dat vond ik interessant maar daar was ik eigenlijk te jong voor. De combinatie van een beetje slim, leerzaam en tegelijkertijd leuk, aantrekkelijk en eenvoudig; dat was er niet. En dat is nu DUF.’

Boers: ‘Het zou veel meer moeten gebeuren. Suzanne en ik bemoeien ons heel erg met elkaars vakgebied omdat we allebei het gevoel hebben dat we dan betere dingen maken. Samen kunnen we ervoor zorgen dat er echt interactie is tussen tekst en beeld; dus geen plaatje-praatje. Heel veel van onze ideeën starten ook helemaal niet bij alleen de tekst of het beeld, maar als concept. Een idee dat voorkomt uit een krantenberichtje, een thema of een plaatje dat je opvalt.’

Hertogs: ‘Of iets uit onze verzameling – we zijn allebei fanatieke verzamelaars. Dat kunnen we heel goed kwijt in ons werk.’

Boers: ‘We verzamelen alles: plaatjes, beelden, knipsels, kopjes, bladen, olifanten, knopen, stofjes, postzegels. Je bewaart het, hebt geen idee waarom en uiteindelijk is het allemaal inspiratie. Altijd als we bij elkaar komen, zitten we eerst een half uur in elkaar spullen te snuffelen. Eén DUF-pagina bestaat bijvoorbeeld uit een collage van oude spiekbriefjes van Suzanne; ze had een doos vol bewaard uit haar middelbare schooltijd.’

Hertogs: ‘Niet. In die zin is DUF niet meer dan een heel dik visitekaartje. We geven DUF zelf uit. Voor de helft wordt het uit eigen geld betaald, en voor de rest door verschillende subsidiënten en inkomsten uit de verkoop. We hoopten dat we van de tweede wat over zouden houden om in een derde editie te steken, maar dat is niet gelukt. We spelen quitte.’

Boers: ‘Toen we ’m op Crossing Border (jaarlijks cultureel festival in Den Haag, red.) stonden te verkopen, bladerde er een uitgever doorheen die zei: “Maar dit kun je helemaal niet maken!” Hij zag meteen dat de arbeidsintensiviteit, diversiteit en kwaliteit die erin is gestoken vanuit commercieel perspectief nooit rendabel te krijgen zou zijn zonder advertenties. Dat wisten wij van te voren niet. We gingen gewoon door tot het perfect was. Dan denk je niet meer in uren. Maar als je het heel realistisch bekijkt…’

Hertogs: ‘Hij komt er zeker. We beleven er natuurlijk veel plezier aan, en de reacties zijn hartverwarmend. Gisteren kreeg ik nog een mailtje: “Mijn zoon is zo’n fan van jullie, hij vraagt zich af wanneer DUF 3 komt.”’

Boers: ‘We voelen ons bijna verplicht er nog één te maken.’

Hertogs: ‘En er zit nog wel wat in de pijplijn: de MUF. Voor bejaarden. We hebben er al bijna een plank voor klaar.’

Boers: ‘Pubers en bejaarden, het zijn twee groepen mensen waar ik me heel erg bij thuis voel. De MUF, dat moet een heel groot boektijdschrift worden voor coole, rare bejaarden van de babyboom-generatie. Daar komen er steeds meer van, en steeds leukere. De meeste mensen weten bij god niet meer wat ze aan hun grijze, overactieve 65-plus ouders moeten geven. Wat heb je voor ze? De Plus, de Zin? Mijn ouders hebben de abonnementen allemaal opgezegd.’

Hertogs: ‘We weten wel dat we onze eigen projecten vanaf nu anders moeten aanpakken, willen we er zelf niet financieel bij inschieten. Het zou veel rendabeler worden als we de oplage van DUF verhogen en budget vrijmaken voor marketing. Nu is de oplage 5000 per stuk. De eerste is bijna uitverkocht, van de tweede zijn er nog minder dan 1000. Eigenlijk is dat niet slecht voor een onafhankelijke uitgave zonder marketingbudget, maar ik denk dat je er in Nederland zeker 15.000 van zou moeten kunnen verkopen. Kijk maar naar de abonneebestanden van Vrij Nederland of de VPRO-gids – ook voor een cultureel en maatschappelijk geïnteresseerd publiek.’

Hertogs: ‘Ik denk na over een manier om wel advertenties te plaatsen, maar op zo’n manier dat je ze er ook weer uit kan halen. We willen de tijdloosheid bewaren, snap je?’

Boers: ‘Met advertenties krijgt het een hoger weggooi-gehalte. Als ik iets heb waar veel reclame instaat, wordt het als vanzelf minder interessant. Die weerstand heeft ook wel iets te maken met de visie dat er al zovéél verkocht wordt aan pubers. We hebben veel reacties gehad van jongeren die het juist fijn vinden dat er geen reclame instaat; dat ze niet van alles om hun oren krijgen. Maar mijn visie verandert wel een beetje. Ik heb pas twee jaargangen Avenue uit 1969 en 1972 doorgebladerd…’

Hertogs: ‘En de advertenties die daarin staan zijn móói!’

Boers: ‘Juist in de advertenties kun je heel goed de tijdgeest terug zien. Het heeft bijna iets van geschiedenis in zich. Dat heeft me echt aan het denken gezet. Dus wie weet.’

Hertogs: ‘Ja, drie buitenlandse uitgevers waren geïnteresseerd. Maar toen begon de crisis. Een Amerikaanse uitgever ketste het op het aller-allerlaatste moment af. Dat was heel jammer.

Boers: ‘We liggen met DUF van Tokyo tot Finland in allerlei collecties en op verschillende tentoonstellingen. We krijgen daarom vaak te horen dat het zo jammer is dat het niet in het Engels wordt uitgegeven. Wat daar overigens wel lastig aan zou zijn, is dat de tone of voice in DUF heel erg belangrijk is. Als je verhalen suf naar het Engels vertaalt, hoeft zo’n jongere in Amerika er natuurlijk helemaal niks mee. Dus als we het doen, moet het vertaald worden door mensen die ons heel goed aanvoelen.’

Hertogs: ‘Een Nederlandse uitgever heeft zich nog niet gemeld. Maar we staan daar wel open voor.’

Boers: ‘Als iemand ons werk mooi vindt, neem ik aan dat hij er ook iets van wil bewaren. Die zal het niet willen ombrengen.’

Hertogs: ‘Bovendien denken wij nooit in beperkingen.’


——-

Bekijk meer van

Tip de redactie

Logo Publeaks Wil je Villamedia tippen, maar is dat te gevoelig voor een gewone mail? Villamedia is aangesloten bij Publeaks, het platform waarmee je veilig en volledig anoniem materiaal met de redactie kunt delen: publeaks.nl/villamedia

Praat mee

Colofon

Villamedia is een uitgave van Villamedia Uitgeverij BV

Uitgever

Dolf Rogmans

Postadres

Villamedia Uitgeverij BV
Postbus 75997
1070 AZ Amsterdam

Bezoekadres

Johannes Vermeerstraat 22
1071 DR Amsterdam

Factuurgegevens

Villamedia Uitgeverij BV
Johannes Vermeerstraat 22
1071 DR Amsterdam

Contact

redactie@villamedia.nl

Redactie (tips?)

Chris Helt, hoofdredacteur

Marjolein Slats, adjunct-hoofdredacteur

Linda Nab, redacteur

Lars Pasveer, redacteur

Trudy Brandenburg-Van de Ven, redacteur

Rutger de Quay, redacteur

Sales

Sofia van Wijk

Emiel Smit

Teddy van der Laan

Webbeheer

Marc Willemsen

Vacatures & advertenties

vacatures@villamedia.nl

Bereik

Villamedia trekt maandelijks gemiddeld 120.000 unieke bezoekers. De bezoekers genereren momenteel zo’n 800.000 pageviews.

Rechten

Villamedia heeft zich ingespannen om alle rechthebbenden van beelden en teksten te achterhalen. Meen je rechten te kunnen doen gelden, dan kun je je bij ons melden.