In memoriam Henk Kolb (1930-2014)
In zijn woonplaats Scottsdale, Arizona, VS, overleed Henk Kolb (83). Begonnen bij Het Vrije Volk (zoals zovelen van zijn generatie), leverde zijn overstap in de jaren ‘50 naar de steenrijke Haagsche Courant (HC) van Sijthoff hem de aanmerking op: ‘Waarom? Je gaat nu naar de burgerlijke pers!’.
Bij de Haagsche Courant, de centrale van de regionale dagbladencombinatie GPD, verwierf Henk de begeerde functie van reisredacteur, een baan die door alle bezuinigingen vandaag niet meer bestaat. Henk coverde zowel de oorlog in Vietnam, als de rellen in Soweto Zuid-Afrika, als het Midden-Oosten, als Indonesië. In Israël ontmoette Henk zijn Amerikaanse levenspartner Lori.
Fameus was zijn reis hals over kop in de middag van 22 november 1963 meteen na de moord op president John F. Kennedy van Schiphol naar Dallas. Topdirecteur de beminnelijke ‘meneer Freddy’ Sijthoff scheurde met hem naar Schiphol waar Henk ontdekte zijn regenjas te zijn vergeten. ‘Hier, neem de mijne’, zei de courantier. Daags daarna beschreef Henk vanuit Dallas voor een miljoen abonnees van HC en GPD-dagbladen het vreselijke gebeuren.
Later was Henk twee decennia de GPD- correspondent in Brussel en later, tevens voor de Avro, in Washington DC. In Amerika trok hij op met zijn goede vriend Haye Thomas (†1996).
Henk Kolb had een scherpe tong en bijpassende pen. Zijn analyses waren to the point wat zijn reportages kleurde.
Hij deelde in 1982 met Nico Scheepmaker de Prijs van de Nederlandse Dagblad Journalistiek. Later werd hij Ridder in de Orde van Oranje Nassau.
Iedere ochtend, tot zijn allerlaatste dagen, volgde Henk de Nederlandse dagbladen.
Jarenlang trainde hij jonge voetballertjes. Vooral vond hij tijd voor Lori, voor hun negen kleinkinderen aan beide zijden van de Atlantische Oceaan, voor zijn oudste zoon de musicus Philip Kolb, de dochters Debby en Dani en de jongste zoon David.
Henk Kolb vertegenwoordigde een generatie ‘roving reporters’ die wij vandaag niet meer kennen.
Jan Werts,
Brussel