Minister wil onderzoek naar aanslag Syrië
Minister Uri Rosenthal van Buitenlandse Zaken heeft Syrië opgeroepen onderzoek te doen naar de precieze toedracht van de aanslag woensdag in de stad Homs. Daarbij kwam de Franse journalist Gilles Jacquier om en raakte ook een Nederlandse fotograaf lichtgewond. Het gaat om freelancer Steven Wassenaar. Hij stond op vier meter afstand van de France 2-journalist die omkwam bij een reeks explosies van vermoedelijk granaten. In de Volkskrant vertelt Wassenaar dat ze met busjes bij een wijk waren afgezet die onder controle staat van de Syrische autoriteiten. Bewoners vroegen of ze wilden komen kijken bij een school waar een paar dagen eerder een bom zou zijn ontploft en twee kinderen zouden zijn gedood.
“Toen we daar naartoe liepen, ontplofte er een bom of mortier op het dak van een gebouw. Iedereen rende erheen en vluchtte het gebouw in. Voor de ingang ontplofte toen opnieuw een bom of mortier. ‘Ik hoorde een enorme knal en vreselijk gegil en gehuil. Mensen waren in paniek. Ik bloedde, er zaten glas- of granaatscherven net naast mijn oog. De omgekomen Franse journalist stond in dezelfde gang als ik. Ik ben naar boven gerend en heb me met collega’s in een appartement tussen twee bedden verscholen. We hebben zo snel mogelijk de ambassade gebeld. Ik heb ook foto’s gemaakt. Pas later besefte ik dat Gilles was omgekomen.”
De fotograaf en de overgebleven journalisten proberen nu weg te komen uit het land.
Praat mee
1 reactie
Jacqueline Wesselius, 13 januari 2012, 13:22
Volgens de Franse dagbladen Le Monde en Le Figaro is er iets heel erg ‘niet pluis’ met de dood van Gilles Jacquier. Zij citeren zijn baas bij France Télévisions, Thierry Thuillier, die zegt dat Jacquier eigenlijk geweigerd had om naar Homs te gaan. Toen hadden de Syriërs hem onder druk gezet: ‘Als u nog langer weigert, gaat u ogenblikkelijk terug (naar Frankrijk).’ De kranten citeren nog een ‘bron in de omgeving van Sarkozy’ die zegt dat ‘de Syrische autoriteiten de enigen waren die wisten waar de groep journalisten zich bevond’. Ook schijnt de militaire ‘bescherming’ ineens te zijn verdwenen.